Ingezonden persbericht


PERSBERICHT

Prins van Oranje opent vrijheidstrein
Iedereen wordt uitgenodigd na te denken over vrijheid wereldwijd

5 maart 2010

In het kader van het lustrumjaar 65 jaar Viering Bevrijding rijdt vanaf 31 maart gedurende vijf weken de trein Stilstaan bij vrijheid door het hele land. De vrijheidstrein is een project van het Nationaal Comité 4 en 5 mei in samenwerking met de NS en vele andere partijen. Prins Willem-Alexander geeft het startsein voor de reis. In de trein staat de vraag centraal wat er nodig is voor vrijheid wereldwijd.

De honderd meter lange vrijheidstrein is van binnen en van buiten omgebouwd tot een bijzondere rijdende expositie. Reizigers worden onderweg geattendeerd op historische en actuele sporen van de bevrijding en van vrijheid die overal in het land te vinden zijn. Hierbij is in het bijzonder samengewerkt met het Nationaal Historisch Museum.

Door de week rijdt de vrijheidstrein mee in de reguliere NS- dienstregeling. Iedereen kan meereizen. Op zaterdagen rijdt de trein speciale routes en vinden er in de trein debatten met studenten plaats. Op zondagen staat de vrijheidstrein de hele dag stil op een station in het kader van 'Actie Niet Weggooien', een samenwerking van de oorlogs- en verzetsmusea. Via www.4en5mei.nl is de trein op de voet te volgen.

Bij de Tweede Wereldoorlog waren bijna alle landen van de wereld betrokken. Sinds 1945 leven wij in vrijheid, maar is er wereldwijd nog geen dag zonder oorlog geweest. Tijdens en na de Tweede Wereldoorlog spanden mensen zich in voor vrijheid en dachten na over wat nodig is om vrijheid wereldwijd te realiseren. Ook 65 jaar na de Bevrijding is die vraag nog altijd actueel.

De vrijheidstrein is een initiatief van het Nationaal Comité in samenwerking met de NS, bovenstaande partijen en vele andere zoals: Pro Rail, Beeld en Geluid, AkzoNobel, Da Vinci College Dordrecht, reïntegratiebedrijf gemeente Tilburg, V-Fonds, FDO, ministerie van VWS, ministerie van AZ, universiteiten en hoge scholen uit Amsterdam. Groningen, Tilburg, Maastricht en Nijmegen, oorlogs- en verzetsmusea, het FDO, het NCDO, Philips, Metro en de NOS. Een groot aantal van hen ondersteunt het project met inhoudelijke bijdragen.