College van Beroep voor het bedrijfsleven
Verzoek om voorlopige voorziening ten behoeve van zondagopenstelling
van supermarkt afgewezen
Den Haag, 31 maart 2010 - De voorzieningenrechter van het College van
Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 31 maart 2010 het verzoek om
een voorlopige voorziening van een supermarkt te Deventer afgewezen.
Op 18 december 2009 heeft verweerder een verzoek van verzoekster om
haar supermarkt met ingang van 1 januari 2010 op zondag te mogen
openstellen voor publiek afgewezen. Ondanks deze afwijzing heeft
verzoekster haar supermarkt sinds 1 januari 2010 op zondag toch voor
publiek geopend gehouden. Vanwege deze overtreding van de wettelijke
bepalingen heeft verweerder voorts op 8 januari 2010 aan verzoekster
een last onder dwangsom opgelegd. Bij het verzoek om voorlopige
voorziening vraagt verzoekster om schorsing van beide besluiten.
Nadat de voorzieningenrechter heeft geconstateerd dat er van de zijde
van verzoekster sprake is van een voldoende spoedeisend belang om het
verzoek inhoudelijk te beoordelen, overweegt hij dat het belang van
verweerder bij een onverkorte uitvoering van het beleid met betrekking
tot de zondagopenstelling moet prevaleren boven het belang van
verzoekster. Volgens de voorzieningenrechter heeft verzoekster geen
bezwaar gemaakt tegen de aan vier andere supermarkten verleende
ontheffing om op zondag voor publiek geopend te zijn. Omdat er volgens
de gemeentelijke Verordening in Deventer maximaal vier supermarkten op
zondag open mogen zijn, betekent dit dat toewijzing van het verzoek om
voorlopige voorziening niet zou kunnen inhouden dat verzoekster haar
supermarkt alsnog op zondag voor het publiek mag openstellen.
Tevens is de voorzieningenrechter van oordeel dat verweerder niet in
strijd heeft gehandeld met het vertrouwens-, rechtszekerheids- en
zorgvuldigheidsbeginsel. Aan de omstandigheid dat aan verzoekster voor
het jaar 2009 ontheffing ten behoeve van zondagopenstelling is
verleend, kon zij niet de verwachting ontlenen dat zij voor het jaar
2010 wederom een ontheffing zou verkrijgen. Bovendien kon verweerder
de maximaal vier ontheffingen verlenen op volgorde van ontvangst van
de aanvragen. De aanvraag van verzoekster is als vijfde door
verweerder ontvangen.
Met betrekking tot de last onder dwangsom heeft de
voorzieningenrechter overwogen dat de politie heeft geconstateerd dat
de supermarkt op zondag 3 januari 2010 voor het publiek geopend was.
Deze openstelling is door verzoekster niet ontkend. Volgens de
voorzieningenrechter volgt daaruit dat het besluit, waarbij een last
onder dwangsom is opgelegd, niet onmiskenbaar onrechtmatig is.
LJ Nummer:
BL9683
Zie het origineel
Bron: College van Beroep voor het bedrijfsleven
Datum actualiteit: 31 maart 2010