Vorderingen Loterijverlies in civiele zaak tegen Staatsloterij
afgewezen
Den Haag, 31 maart 2010 - De rechtbank 's-Gravenhage heeft vandaag
uitspraak gedaan in een civiele zaak van de Stichting Loterijverlies
tegen de Stichting Exploitatie Nederlandse Staatsloterij. Op 4
februari 2010 zijn in deze zaak de pleidooien gehouden. De rechtbank
heeft de vorderingen van Loterijverlies afgewezen.
Het ging in deze zaak inhoudelijk om een geschil tussen Loterijverlies
en Staatsloterij over de standpunten van Loterijverlies dat de
reclame-uitingen van Staatsloterij misleidend zijn, dat deze
reclame-uitingen wat betreft inhoud en omvang strijdig zijn met de
voorschriften die Staatsloterij moet naleven en dat Staatsloterij ten
opzichte van de deelnemers onrechtmatig heeft gehandeld.
De rechtbank heeft de vordering van Loterijverlies tot verklaring voor
recht dat de reclame-uitingen van Staatsloterij misleidend zijn en
strijdig met de voorschriften die Staatsloterij moet naleven,
afgewezen omdat Loterijverlies onvoldoende feiten en omstandigheden
heeft gesteld om haar standpunten te onderbouwen. Ook de gevorderde
verklaring voor recht dat Staatsloterij onrechtmatig heeft gehandeld
jegens de deelnemers, is op deze grond afgewezen
De vordering tot veroordeling van Staatsloterij om zorg te dragen voor
rectificatie via verscheidene media, is volgens de rechtbank
inhoudelijk zo verweven met de hiervoor genoemde vorderingen, dat deze
vordering ook is afgewezen.
De vordering om Staatsloterij te veroordelen tot vergoeding van de
volgens Loterijverlies ten behoeve van deze procedure door haar
gemaakte en nog te maken kosten, was een nevenvordering. Deze is
niet voor toewijzing in aanmerking gekomen omdat geen van de
hoofdvorderingen van Loterijverlies in deze procedure is toegewezen.
Het volledige vonnis is gepubliceerd op deze site en te openen via
onderstaand LJ-nummer.
LJ Nummer
BL9558
Zie het origineel
Bron: Rechtbank 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 31 maart 2010
Rechtbank 's-Gravenhage