Toespraak Job Cohen bij presentatie programma
op 7 april 2010
Job Cohen hield een korte toespraak bij de presentatie van het
concept-verkiezings programma. 'Ik hoef niemand uit te leggen dat we
in een moeilijke periode zitten en dat er veel zal worden gevraagd van
ons allemaal. De economische crisis, de vergrijzing, de noodzaak om
ons leven in een duurzaam vaarwater te brengen, het zijn even zo vele
dwingende redenen om ons te herbezinnen. En die herbezinning gaat over
veel meer dan het heroverwegen van de wijze waarop het rijk zijn
financiën organiseert.'
Cohen vervolgde:
'Hoe mobiliseren we de kracht van Nederland? Dat is de politieke vraag
waar wij de komende jaren voor staan. Het programma van de Partij van
de Arbeid heeft daar een visie op, een visie op de samenleving, een
samenleving waarin wij eerlijk delen, waarin iedereen meetelt, waarin
arbeidsparticipatie bevorderd wordt, een samenleving die het moet
hebben van goed opgeleide burgers, een samenleving waarin mensen zich
veilig voelen en erbij horen. En een samenleving die in financieel
opzicht structureel gezond is. Dat laatste betekent dus inderdaad, dat
wij grote structurele aanpassingen in financiële zin niet uit de weg
gaan. Daarnaast wordt in dit programma voorgesteld om te komen tot een
tweetal nationale akkoorden, één op het gebied van het sociaal beleid,
en één op het gebied van democratie.
Door het sluiten van akkoorden op juist deze terreinen krijgen burgers
het vertrouwen dat wij in ons land samen werken om de problemen op te
lossen. In beide gevallen vragen wij alle betrokken partijen om over
hun eigen schaduw heen te springen, vanuit de gedachte: beter een paar
stappen voorwaarts zonder dat je op ieder punt je zin krijgt, dan
opnieuw een pas op de plaats en je daar wentelen in het eigen gelijk.
Een nieuw sociaal akkoord. De noodzaak is er: de economische
uitdagingen voor werkgevers, werknemers en de overheid zijn groot. Er
is sprake van oplopende werkloosheid, ondernemers krijgen moeizaam
krediet, de pensioenkosten drukken steeds zwaarder en financiële
ruimte voor nieuw beleid is ver te zoeken. De PvdA kiest voor een
verantwoorde loonontwikkeling, voor investeringen van werkgevers in
oudere werknemers en loonkostensubsidies. Maar wij timmeren de boel
niet vast. Zoals ik al zei, de noodzaak is er. Nu komt het aan op
politieke wil. Ons programma bevat een open uitnodiging aan werkgevers
en werknemers om met ons en alle partijen om tafel te gaan om het
vraagstuk van de arbeidsmarkt samen aan te pakken.
Iedereen telt mee, iedereen moet, zeker in de komende jaren, zijn of
haar bijdrage leveren, groot of klein, zodat het prettig blijft om in
ons land te leven. Dat vraagt om perspectief. En om de zekerheid dat,
in goede en in slechte tijden, de lusten en de lasten eerlijk worden
gedeeld. Het vraagt om morele helderheid, om het slaan van bruggen, om
iedereen het gevoel te geven dat hij erbij hoort en meedoet. Dit zijn
onze uitgangspunten.
Nederland is altijd een land van minderheden geweest. Wij zijn er
altijd in geslaagd om op een fatsoenlijke manier met elkaar samen te
leven. Onze rechtstaat is daarvan het resultaat. Dat is een prachtig
bezit, dat wij voortdurend moeten onderhouden en waarin veiligheid een
essentiële rol speelt, want mensen voelen zich niet thuis als zij zich
niet veilig voelen. Een rechtstaat met betrokken burgers. Burgers die
zich betrokken voelen bij ons land, maar ook bij hun omgeving en bij
elkaar, burgers die op een fatsoenlijke manier met elkaar omgaan, en
elkaar in hun waarde laten over verschillen in cultuur en leefstijl
heen.
Burgerschap groeit naarmate er meer vertrouwen is in onze democratie.
Ik vind het van belang dat dat vertrouwen groter wordt, en dat kan,
wanneer burgers meer te zeggen krijgen dan één keer in de vier jaar
stemmen. Het vraagt erom dat burgers de politiek vertrouwen en dat
politici burgers vertrouwen. Het vraagt om helderheid en
transparantie, om het overbruggen van verschillen. Het vraagt om een
zo beperkt mogelijke bureaucratie, om een herinrichting van het huis
van Thorbecke, om een zelfbewuste overheid, een effectief parlement en
de introductie van directe vormen van democratie. Dit programma bevat
daarvoor vorstellen, voorstellen die wat ons betreft niet heilig zijn,
omdat wij doorbraken van groter belang vinden dan ons eigen gelijk.
Daarom stellen wij ook hier een Nationaal Akkoord voor, om onze
democratie te verbeteren.
Wij willen eerlijk delen, wij willen dat iedereen meetelt. Dat vraagt
om onderlinge solidariteit. Maar solidariteit is niet gratis; de
bereidheid van mensen om voor solidariteit te betalen, is niet
onuitputtelijk. Wederkerigheid is daarvoor noodzaak. Het betekent dat
we mensen helpen als het tegenzit. Maar er staat tegenover dat wij
mensen aanspreken om zelf het uiterste te doen om de
verantwoordelijkheid te nemen voor hun eigen leven. En dat betekent
ook dat wij misbruik en fraude op dit gebied op geen enkele manier
aanvaarden en dus met alle kracht bestrijden.
Met dit programma tekent de Partij van de Arbeid de contouren van de
toekomst van Nederland. Een toekomst, waarin er voor iedereen een
plaats moet zijn. Wij kiezen voor álle Nederlanders. Voor jongeren die
moeite hebben om een baan te vinden. Voor ouderen die na een leven
lang hard werken recht hebben op een fatsoenlijke oude dag. Voor
ondernemers die Nederland welvarend maken. Voor middengroepen, de
ruggengraat van onze samenleving. Voor nieuwe Nederlanders en oude
Nederlanders die ondanks verschillen in religie, cultuur en traditie
kiezen voor een gezamenlijke toekomst. Iedereen telt mee. Omdat we
iedereen nodig hebben. Omdat het onze economie sterker, onze vrijheid
groter en samenleving prettiger maakt.
Dat is het perspectief, dat wij schetsen in het licht van een
economische crisis, van vergrijzing en van de noodzaak om onze
samenleving duurzamer te maken, en dus de noodzaak om onze samenleving
aan te passen en te hervormen. Dat vraagt heel veel van mensen, mensen
die op al die ontwikkelingen niet zitten te wachten, mensen die zich
afvragen wat al die veranderingen voor hen te betekenen hebben. Wie
gaat de rekeningen van de economische crisis betalen? Wie moet er
langer werken? Kan ik mijn huis en mijn auto nog wel betalen? Houd ik
grip op mijn eigen leven en mijn omgeving?
Het zijn deze vragen waarop wij in ons programma een antwoord
formuleren, vanuit de geschetste uitgangspunten. En onze antwoorden
zijn dat onderwijs en arbeidsdeelname daarvoor vitaal zijn; daarin
investeren wij dan ook. En daar houden wij dan ook uitdrukkelijk
rekening mee als het gaat om het invoeren van de hervormingen die wij
voorstaan omdat wij ze noodzakelijk vinden. Daarom nemen wij de tijd
voor drie hervormingen. De AOW gaat in twee stappen naar 67 jaar, de
eerste naar 66 jaar in 2020, de tweede in 2025 naar 67 jaar, en wij
nemen maatregelen voor mensen met een laag inkomen en voor die
diegenen die "versleten" zijn. En de tussenliggende periode benutten
we om de arbeidsmarktpositie van ouderen te verstevigen.
Wij willen een nieuw stelsel van hypotheekrente aftrek invoeren waar
wij dertig jaar de tijd voor nemen en dat er uiteindelijk toe moet
leiden dat alle huizenbezitters met een hypothecaire schuld een
rente-aftrek van 30 % krijgen over een schuld van maximaal de
gemiddelde huizenprijs. En ja, wij willen een nieuwe schijf in de
inkomstenbelasting invoeren van 60% over het belastbaar inkomen boven
de 150.000 euro; wij noemen dat een solidariteitsbijdrage, en vinden
dat in het licht van de economische crisis een vraag die wij aan dit
selecte deel van de Nederlandse samenleving mogen stellen, en wij
denken ook dat deze groep dat zal begrijpen.
Tenslotte de studiefinanciering. Evenals D66 stellen wij voor om de
basisbeurs in het hoger onderwijs op termijn om te zetten in een
sociaal leenstelsel, waarmee de studiefinanciering naar draagkracht
wordt gefinancierd door diegenen die hoger onderwijs genieten en daar
later de vruchten van plukken. De aanvullende beurs voor studenten uit
gezinnen met lagere inkomens blijft bestaan. De opbrengsten komen ten
goede aan de kwaliteit van het onderwijs.
Ik zeg tenslotte iets over de vraag hoe wij om denken te gaan met de
29 miljard. Wij willen dit vraagstuk in twee kabinetsperiodes
oplossen. Ik voeg daaraan toe dat het economisch gezien beter is om
structurele hervormingen met opbrengsten op de lange termijn te
realiseren dan willekeurig te snijden in de uitgaven alleen maar om
zoveel mogelijk opbrengsten op korte termijn te realiseren. Dat
laatste doen wij dus niet. Gedurende de komende kabinetsperiode nemen
wij voor zo'n 20 miljard beslissingen. Dat valt uiteen in een tweetal
typen maatregelen. Wij brengen het tekort in 2015 terug met ongeveer
10 miljard. Daarnaast nemen wij in de komende kabinetsperiode al
beslissingen die het houdbaarheidstekort met nog eens 1.5 % BBP
verkleinen; daarvoor is `ingroeitijd' nodig, die wij vinden door de
maatregelen die wij voorstellen o.a. met betrekking tot AOW en
hypotheekrente-aftrek. Bij elkaar hebben we dan voor zo'n 20 miljard
beslissingen genomen. In de volgende kabinetsperiode resteert dan,
voor zover nu te overzien valt, nog een taakstelling van ongeveer 9
miljard.
Het programma bevat op dit moment geen gedetailleerd overzicht over de
vraag hoe wij deze problematiek benaderen. Net als andere partijen
zijn wij de Heroverwegingsvoorstellen heel precies aan het bestuderen.
Dat zijn een aantal hoofdlijnen uit ons programma. En ik ben de
voorzitter van onze commissie, Hans Kamps, buitengewoon erkentelijk
voor zijn werk, dat hij zoveel sneller dan verwacht en onder hoge druk
heeft moeten afleveren.
Ik rond af. De kracht van Nederland organiseren wij door samenwerking,
door ervoor te zorgen dat iedereen meetelt over alle onderlinge
verschillen, gevoelens van vervreemding, ongemakken en misverstanden
heen. Dat beschouw ik als de grootste opdracht voor de komende jaren.'
Partij van de Arbeid