Gemeente De Marne


Collegeprogramma 2010-2014

Voorwoord

Graag presenteren wij, CDA, PvdA en GroenLinks, het collegeprogramma De Marne 2010-2014.

De gemeente De Marne is een prachtige en unieke gemeente met een landschappelijk en agrarisch karakter, gelegen aan de kust en met twee nationale parken,
het Lauwersmeer en de Waddenzee, binnen haar grenzen. Kijkend naar het inwoneraantal, behoren we tot de kleinere gemeenten. Gerekend naar het grondgebied staan we hoog op de lijst van gemeenten met de grootste oppervlakte. Deze gegevens verklaren voor een groot deel de kwaliteiten van onze gemeente, waaronder rust en ruimte, en maken De Marne tot een gemeente waarvoor we ons met hart en ziel willen inzetten.

In dit collegeprogramma noemen we allereerst de overwegingen die bepalend zijn voor de aard van dit programma. Vanuit gedeelde waarden en beginselen pakken we onze rol de komende bestuursperiode op. Aan de hand van een drietal themas laten we zien hoe dit fundament richtinggevend is voor ons handelen. Onze politieke agenda laat een selectie zien van de onderwerpen voor de komende periode.

Inleiding

De gemeente De Marne ziet zich gesteld voor een begrotingsproblematiek

die dwingt tot een herbezinning op de gemeentelijke ambities en rol. Het gemeentebestuur heeft daarom onlangs het initiatief genomen om een advies te vragen aan een kerngroep Visie en ambitie. De kerngroep windt er in haar advies
Op eigen kracht geen doekjes om wanneer zij in haar aanbevelingen over de rol van de gemeente schrijft:

Deze nieuwe rol noodzaakt tot een grotere eigen verantwoordelijkheid en creativiteit, zowel van de zijde van de gemeente als die van de maatschappelijke partners.
Een terugtredende rol op het punt van financiering, vraagt om een actieve opstelling in het stimuleren van maatschappelijke verantwoordelijkheid en ideeën. In overleg met partners zoekt de gemeente naar de beste oplossingen binnen de gegeven beperkingen. Veranderingsbereidheid is nodig, bij het gemeentebestuur om voor de nieuwe rol te kiezen.. De kern van ons advies vormt een politieke keuze voor een nieuwe maatschappelijke rol van de gemeente. Deze visie zal in het collegeprogramma van het nieuwe college vastgelegd moeten worden.

Wij nemen die handschoen op! In dit collegeprogramma maken we duidelijk hoe wij de komende vier jaar willen inspelen op wat er op ons af komt. En er komt nogal wat op ons af. De tijd waarin een college van een min of meer voorspelbare toekomst uit kon gaan is voorbij. Verandering is een constante geworden. Naast de financieel zware tijden die zich aftekenen in de meerjarenbegroting liggen er omvangrijke opdrachten op het gebied van krimp, vergrijzing en duurzaamheid.

Gelijktijdig is ook in De Marne duidelijk geworden dat de afstand tussen de gemeentelijke overheid en de burgers, de inwoners van onze gemeente als te groot wordt ervaren. Te veel mensen hebben weinig vertrouwen in hun lokale bestuurders en de ambtenaren. En diezelfde bestuurders en ambtenaren kunnen op hun beurt meer gebruik maken van de kennis die aanwezig is bij de inwoners.

Sint Jan
Het initiatief voor een woonwerkvoorziening voor kinderen met een verstandelijke en/of lichamelijke beperking.Vanuit een integrale benadering wordt zowel gekeken naar landschapshistorie als naar zorgontwikkeling.De manier waarop in Kloosterburen dit initiatief wordt ontwikkeld doet een appél op een vernieuwende interactieve werkwijze.

Die kloof tussen burger en bestuur zal kleiner moeten worden. De trefwoorden vertrouwen, verbinden en vernieuwen vormen hierbij een belangrijk deel van ons fundament. Wij geven in dit collegeprogramma geen kant en klare oplossingen en antwoorden. We formuleren geen uitgewerkte en meetbare beleidsdoelen. In dit collegeprogramma geven onze waarden en beginselen aan waar wij voor staan en waar we de komende jaren aan gehouden mogen worden. Dat is onze koers en vervolgens willen we samen met onze inwoners de precieze route bepalen.

Als gemeente zul je een visie moeten ontwikkelen op wat voor gemeente wil je zijn, om vervolgens vanuit die visie de omvangrijke opdrachten waar onze gemeente voor staat aan te pakken. En om vanuit die visie kansen te creëren en ambities te verwezenlijken. Wij willen deze visie niet eenzijdig formuleren. De visie op onze nieuwe maatschappelijke rol als gemeente komt tot stand in samenspraak met onze inwoners, ondernemers en het maatschappelijk veld. En vanuit die visie gaan we samen met onze inwoners het proces in en werken we aan de vraagstukken die er liggen. Natuurlijk gaan we hierbij voor resultaat, maar lang niet altijd zal vooraf de uitkomst vast staan. Gaande de route zullen daadkrachtige keuzes gemaakt worden.

Onze keuze voor een ruimtegevend collegeprogramma betekent zeker niet dat we geen concrete doelen hebben, zoals ook uit ons collegeprogramma blijkt. Het schept wel de voorwaarden om de inbreng van de gemeenteraad te benutten en om de kennis die aanwezig is in de samenleving, bij onze burgers en ondernemers,
te betrekken bij de opgave van de komende jaren. Het betekent wel dat we mogelijkheden creëren om adequaat te kunnen handelen op de uitdagingen die de toekomst ons biedt.

Hoofdstuk 1 - Het fundament

Het fundament onder dit collegeprogramma wordt gevormd door waarden die drie partijen delen: respect, duurzaamheid en solidariteit. Samen met de drie trefwoorden vertrouwen, verbinden en vernieuwen vormt het een betrouwbaar en stevig grondvest waarop dit college tot stand is gekomen en waarop we de komende jaren zullen bouwen.

Respect
We willen op een respectvolle wijze omgaan met onze burgers. Dit betekent dat we open, eerlijk en duidelijk willen zijn. We houden rekening met verschillende belangen in onze gemeente. Hierbij geven we ruimte aan diversiteit en worden individuele inwoners en organisaties in hun waarde gelaten.

Duurzaamheid
Onze gemeente is een prachtige gemeente waarbij het milieu en ons unieke landschap van grote waarde zijn en dat willen we ook zo houden. De leidende gedachte hierbij is met een ons passende nuchterheid te streven naar balans tussen mens, milieu en munten. Daarin proberen we een voorbeeld te zijn.
We zetten in op duurzame en innovatieve ontwikkelingen in onze gemeente.

Ruimer denken dan uw dak groot is
Niet ieder dak is geschikt voor zonnepanelen. Daarom gaan we op een plek die zich er wel goed voor leent, bijvoorbeeld een boerderijdak, een zonnepanelenbeurs starten, zodat iedereendie dat wil daarin kan participeren.

Solidariteit
Solidariteit vormt de basis voor cohesie in leefgemeenschappen, waarbij zorg voor elkaar belangeloos is. Deze solidariteit maakt dorpen vitaal. In het overleg met de dorpen zullen we aandacht hebben voor de (mogelijkheden tot versterken van de ) sociale cohesie. In aanvulling hierop staan we voor zorg waarbij het streven is dat alle inwoners van onze gemeente naar vermogen zo lang mogelijk zelfstandig in hun eigen omgeving kunnen functioneren en deel kunnen blijven nemen aan het maatschappelijk verkeer.
We vinden dragen naar kracht een wezenlijk onderdeel van solidariteit.

Vertrouwen
Vertrouwen is de basis om samen met onze burgers, de maatschappelijke organisaties, de raad en de ambtelijke organisatie oog te hebben voor de vitaliteit van de verschillende dorpen in de gemeente De Marne, zodat het er voor een ieder goed wonen en werken is. Vertrouwen geven we aan onze inwoners door hen nadrukkelijk uit te nodigen om mee te denken en te participeren in het identificeren van problemen en het zoeken naar oplossingen.

Verbinden
In plaats van ons te richten op verschillen richten we ons vooral op het bevestigen van wat ons als college, als gemeente, als maatschappelijk veld, kortom als burgers samenbindt. Zo vinden we een basis voor het maken van keuzes en dus een basis voor beleid. We willen burgers dichter bij elkaar brengen en onderlinge verbanden in en tussen de dorpen versterken. Ook de band tussen burgers en lokale bestuurders willen we hechter maken.

Vernieuwen
De veranderende rol van de gemeente vergt een vernieuwende wijze van werken van het bestuur en de ambtelijke organisatie. Dat betekent dat we voor de hand liggende oplossingen van problemen niet zomaar kiezen, maar kritisch bekijken en nauwkeurig overwegen. De veranderende rol zal deels tot verschuivingen leiden, waarbij burgers, verenigingen en instellingen meer verantwoordelijkheid krijgen.

Vertrouwen, verbinden en vernieuwen in de praktijk Bezuinigingen op sport Samen met de betrokken sportverenigingen wordt gezocht naar oplossingen. Hierbij zou de beste oplossing wel eens ingebracht kunnen worden door de sinds jaar en dag trouwe supporter, die elk weekend langs de lijn staat om zijn club toe te juichen.

Het hierboven beschreven grondvest geeft aan waar we als coalitie voor staan. Het zijn de waarden en beginselen van waaruit we onze rol de komende jaren zullen oppakken en die richtinggevend zijn bij al ons handelen.

Hoofdstuk 2 - Verdere concretisering op een drietal themas

In dit hoofdstuk worden een drietal onderwerpen nader belicht. Het betreft verbinding gemeentelijk bestuur en samenleving, krimp en financiën en belastingen. Verbinding gemeentelijk bestuur en samenleving is een thema dat iets zegt over de grondhouding waarmee we de komende periode onze opgave tegemoet treden. De themas krimp en financiën en belastingen betreffen ontwikkelingen die bepalend zijn voor de omvangrijke opgave die wij de komende collegeperiode hebben.

Verbinding gemeentelijk bestuur en samenleving
Interactief beleid en burgerparticipatie zijn onderwerpen die het college nadrukkelijk op de agenda zet. Wij willen luisteren naar onze burgers. Want wie kunnen ons beter vertellen wat nodig is om prettig te wonen, werken en leven in De Marne dan de inwoners zelf? Zij zijn immers de ervaringsdeskundigen wat hun leefomgeving betreft. En die kennis willen wij als bestuur niet ongebruikt laten.

Daarnaast staan we voor ingrijpende bezuinigingen. De organisatie werkt aan een andere visie op haar rol. Dat zijn twee processen die direct onze inwoners raken.
Wij willen open, eerlijk en duidelijk zijn over die veranderingen. En waar mogelijk onze burgers betrekken bij dat proces.

Het louter en alleen meedelen van plannen en wachten op reacties heeft weinig met interactieve beleidsvorming te maken. Wat daar wel mee te maken heeft is: mensen zo vroeg mogelijk in het proces uitnodigen en luisteren naar hun reacties. Het spreekt vanzelf dat vooraf duidelijk is wat er wel en niet met die reacties gedaan gaat worden.

Hoe gaan wij dat interactief beleid vorm geven?
Gelukkig hoeven wij niet bij nul te beginnen, er zijn al enkele zaken in gang gezet waar we bij kunnen aansluiten. Het dorpenoverleg om te beginnen. Het college heeft reeds regulier overleg met de dorpsverenigingen van onze gemeente. In de ogen van het college spreekt het voor zich dat de dorpsverenigingen een rol spelen bij het vormgeven van het interactief beleid in De Marne.

Naast dat reguliere overleg is er in de afgelopen periode een pilot interactie (dorpspiegels) gestart met vier dorpen. De ervaringen uit die pilot zullen natuurlijk de wijze waarop we interactief beleid vormgeven beïnvloeden.
Ook mogen op deze plek de al ontwikkelde dorpsvisies niet ontbreken. Een dorpsvisie komt maar al te vaak als een vergeten document in een la te liggen. Duidelijker kun je niet laten zien dat een herijking van de verbinding tussen gemeentelijk bestuur en samenleving noodzakelijk is.

De afgelopen jaren zijn in Nederland veel manieren en modellen ontwikkeld om die gewenste participatie vorm te geven. Daar gaan wij ons voordeel mee doen.
Niet in die zin dat wij klakkeloos één of ander model over nemen, want uit de praktijk blijkt dat het zo niet werkt. Een model moet aansluiten op de bestaande overlegpraktijk en bestuurscultuur. Wel is er vanuit de opgedane ervaring elders in Nederland al een beeld te herkennen over wat werkt en wat niet.

We noemen hier twee dingen:

1) De focus ligt verrassend genoeg bij een cultuuromslag van de gemeentelijke organisatie. In eerste instantie kan de gedachte opkomen dat er bij interactief beleid en burgerparticipatie ander gedrag van burgers verwacht wordt.
Dat blijkt niet het geval te zijn. De gemeente stelt zich open en uitnodigend op en daar hoort een andere opstelling en werkwijze bij.
2) Het moet vooraf duidelijk zijn wat het gewenste niveau van participatie is
bij een specifieke onderwerp of beleid. En dus ook wat er met de reacties gedaan gaat worden.

Interactiviteit is geen doel op zich
Bij elk onderwerp wordt bewust op basis van meerwaarde voor het bestuurlijke proces- de meest passende vorm van
interactiviteitgekozen. Iets niet interactief aanpakken is als zodanig niet fout. Het niet bewust afwegen van de meerwaarde van een interactieve aanpak en daarmee kansen missen wel.

In 2010 kan de raad een beleidsnota interactief beleid in De Marne verwachten. Daarin wordt uiteengezet op welke manier wij de verbinding met de burger vorm gaan geven. We zien dit nadrukkelijk als een verantwoordelijkheid voor het gehele college. Daarbij staan ons drie doelen voor ogen:

- We willen de kennis en deskundigheid van onze inwoners betrekken bij
de beleidsontwikkeling.

- We willen draagvlak creëren voor specifieke beslissingen.
- We willen met deze manier van werken de verbinding, de relatie tussen
de gemeentelijke overheid en onze inwoners verbeteren.

In de nota zal ook bekeken worden in hoeverre een dorpsbudget bijdraagt aan de betrokkenheid van de inwoners bij hun directe leefomgeving, het creëren van mogelijkheden voor het dorp voor co-financiering en kostenbesparing.

Krimp
De afgelopen jaren is het aantal inwoners van de gemeente De Marne licht gedaald. Deze trend zal zich waarschijnlijk de komende jaren doorzetten. Prognoses laten zien dat we naast een dalend inwoneraantal ook, en misschien wel vooral, te maken krijgen met een veranderende leeftijdsopbouw. Meer ouderen en minder jongeren, dus vergrijzing en ontgroening. Uiteraard moeten wij adequaat inspelen op deze ontwikkeling. Krimp kan een bedreiging vormen voor bestaande voorzieningen zoals woningvoorraad, scholen en zorgvoorzieningen.

De gemeente heeft een start gemaakt met het ontwikkelen van een visie om te bepalen hoe om te gaan met het dalende inwoneraantal en met de druk die daardoor op de voorzieningen komt. Werkend vanuit ons fundament en dan met name vanuit de begrippen solidariteit, vertrouwen, verbinden en vernieuwen zien we krimp vooral als een uitdaging om samen met de inwoners te zoeken naar creatieve oplossingen en nieuwe initiatieven. Een voorbeeld daarvan kan zijn om bestaande gebouwen multifunctioneel te gebruiken zodat voorzieningen toch behouden kunnen blijven in de verschillende dorpen. Krimp niet als bedreiging maar als kans.

Een veranderende leeftijdsopbouw van de bevolking heeft gevolgen voor de woningbouw. Er zal meer levensloopbestendig gebouwd moeten worden, zodat onze oudere inwoners in de verschillende dorpen kunnen blijven wonen. Volgens ons zal er meer behoefte ontstaan aan kleinschalige nieuwbouwlocaties die invulling geven aan met name de lokale behoefte. Ook woningstichtingen, zorgverleners en andere spelers in het maatschappelijk veld zullen anders moeten gaan kijken naar krimpgebieden.

Bij het rijk en de provinciale overheid staan de krimpgebieden inmiddels goed op de agenda. Er is steeds meer aandacht voor het feit dat in de huidige wijze van financieren van gemeenten via het gemeentefonds onvoldoende rekening gehouden wordt met de gevolgen van krimp. Minder inwoners betekent minder geld terwijl het inspelen op krimp juist om investeringen vraagt. Wij zullen ons er dan ook voor inzetten dat De Marne profiteert van de landelijke aandacht én van financiële regelingen voor de krimpgebieden.

Financiën en belastingen
Het in februari 2010 vastgestelde Herstelplan voor de financiën is voor ons uitgangspunt. Het totaalbedrag van de vastgestelde bezuinigingen zal niet worden aangetast. De bezuinigingen weerspiegelen bovendien een nieuwe positionering van de lokale overheid, die de komende jaren zijn beslag zal moeten krijgen. Bij het realiseren van de bezuinigingen zal altijd het door ons gedeelde waarden-fundament als basis dienen. Dit betekent voor ons dat bezuinigen niet synoniem kan zijn met het toebrengen van schade of het ontwrichten van onze leefgemeenschap. De nog te ontwikkelen visie en de resultaten van de begrotingsanalyse zullen hierbij een belangrijke rol spelen. Wellicht dat in de loop van 2010/2011 nog wel enkele verschuivingen tussen bezuinigingsbedragen mogelijk en wenselijk zijn naar aanleiding van de nog komende begrotingsanalyse.

De opdracht om onze financiële positie te versterken betekent niet dat kansen en mogelijkheden om ambities te verwezenlijken totaal genegeerd worden. Hoewel we ons zeer bewust zijn van onze beperkingen op dit moment kan investeren ook leiden tot het binnenhalen van geld. Daar waar beperkte cofinanciering een groot multiplier effect heeft zullen we een zorgvuldige keuze maken.

We gaan er van uit dat het Herstelplan nog niet voldoende zal zijn om de komende jaren een sluitend begrotingsbeeld te houden. Er zal hoogstwaarschijnlijk nog meer bezuinigd moeten worden. Bovendien is het zicht op de achtergronden en de samenstelling van de huidige begroting nog niet optimaal. De begrotingsanalyse die voorjaar 2010 wordt uitgevoerd zal dat zicht moeten geven en richtingen moeten opleveren voor deze bezuinigingen.
Wij zullen een actieve lobby starten richting het rijk als het verdeelmodel van het gemeentefonds daar aanleiding toe geeft.

De beheersing van de gemeentelijke uitgaven zal verder worden verbeterd.
Er wordt een helder intern uitgavenkader opgesteld waaraan budgethouders zich dienen te houden. De bestuursrapportages aan de raad worden verder uitgebouwd en zullen een goed beeld geven van de financiële stand van zaken. Wij streven naar een goedkeurende rechtmatigheidsverklaring.

Jaarlijks wordt een overzicht van alle reserves en voorzieningen voorgelegd aan de raad. Ons college streeft naar zo weinig mogelijk aparte bestemmingsreserves.
De minimale hoogte van de algemene bedrijfsreserve wordt gerelateerd aan een systematische inschatting van de risicos in de gemeentebegroting en de uitkomsten van de begrotingsscan. Er wordt een proactief risicomanagement opgezet. Uitgangspunt is zo veel mogelijk voorkomen dat risicos tot schade voor de begroting leiden door vroegtijdig bij te sturen.

In het kader van het financieel beleid zal er speciaal aandacht zijn voor de beheersing van de zogenaamde open-eindregelingen (zoals de wet Werk en Bijstand en de wet Maatschappelijke Ondersteuning) en voor het planmatig onderhoud van de kapitaalswerken (zoals wegen, kades en openbare verlichting).

De OZB en de forensen- en toeristenbelasting zullen, naast de verhogingen opgenomen in het herstelplan, in principe alleen worden verhoogd in relatie met de inflatieontwikkeling. Hiervoor wordt in 2010 een systematiek vastgesteld die de komende jaren consequent zal worden toegepast. We willen inzichtelijk maken waaraan de inkomsten vanuit de belastingen besteed worden. Dit geldt eens te meer voor eventuele extra belastingverhogingen boven de inflatieontwikkeling. Deze worden alleen voorgesteld als de opbrengst daarvan wordt gebruikt voor het instandhouden of uitbreiden van concrete voorzieningen.

Ons uitgangspunt is kostendekkende tarieven voor de afvalstoffenheffingen, rioolrechten en de leges, waarbij steeds kritisch naar de kostenzijde zal worden gekeken. Voorzover er rechten worden geheven voor diensten waarbij de burger een keuzemogelijkheid heeft, bijvoorbeeld begrafenisrechten, zal naast de kostendekkendheid ook worden gelet op de kostenverhouding ten opzichte van die alternatieven.

Hoofdstuk 3 - Politieke agenda

In de komende collegeperiode willen wij een aantal concrete speerpunten verhoogde aandacht geven, waardoor realisatie dichterbij moet komen.
Dit is geen uitputtende lijst van prioriteiten, maar een overzicht van actuele na te streven doelen.

Wij nemen de samenwerking in BMW-verband voortvarend ter hand. Een herijking van de relatie tussen burger en overheid wordt hierbij nadrukkelijk betrokken Dit moet leiden tot concrete samenwerkingsonderwerpen en vormen waarmee de kwaliteit wordt verbeterd en de kosten en de kwetsbaarheid worden verminderd. Ter bevordering van de recreatie en het toerisme in het Lauwersmeergebied willen wij de mogelijkheden van samenwerking onderzoeken met nabije Friese gemeenten.

Wij blijven ons inzetten voor de vernieuwing van de N361, met name het realiseren van de wegomlegging rond Mensingeweer. Het fietspad MensingeweerBaflo maakt hier onlosmakelijk deel van uit. De huidige Flexbus is in meerdere opzichten een succesvol vrijwilligersproject.
Wij streven er naar de Flexbus in de hele gemeente in te zetten en zullen de mogelijkheden hiervan onderzoeken.
We ondersteunen de inzet van diverse partijen om het herstel van het trekpad van Leens naar Ulrum dichterbij te brengen.

De verdere ontwikkeling van toerisme en recreatie in onze gemeente is belangrijk. Wij willen ons hier in nauw overleg met de ondernemers voor inzetten.
Het Lauwersmeergebied, en dan met name Lauwersoog, neemt hierin een aparte positie in. Lauwersoog heeft de potentie om dé centrale toeristische en recreatieve trekpleister van het gebied te worden. Hierbij hebben we ook aandacht voor de toekomstige ontwikkeling van Robbenoort.

Voor het bedrijventerrein Ulrum is belangrijk dat goed wordt geluisterd naar de wensen van de potentiële ondernemers. Uitgangspunt hierbij is het leveren van maatwerk en het actief meedenken met initiatieven. Een goede aansluiting bij het dorp Ulrum en de beeldkwaliteit blijven van belang.

De inzet van het college is dat MFA in Leens wordt gerealiseerd.

De vorming van een moderne centrale bibliotheek met steunpunten zal op zeer korte termijn ter hand worden genomen.

Sport heeft op vele terreinen een positief effect. Sportbeoefening zal dan ook gestimuleerd worden, waarbij het streven is dat zoveel mogelijk inwoners,
met speciale aandacht voor de jongeren, betrokken worden bij een (actieve) sport.
De gemeente heeft in relatie tot het inwoneraantal veel sportvoorzieningen.
Het college zal samen met de sportverenigingen kijken naar mogelijkheden om de voorzieningen in stand te kunnen houden. Multifunctioneel gebruik van accommodaties, zoals op het sportcomplex in Eenrum,
zal door de gemeente zo mogelijk ondersteund worden.

Er wordt niet bezuinigd op armoedebeleid. Projecten die werkgelegenheid voor jongeren bevorderen worden gestimuleerd.

Voor het behoud van de bestaande vormen van ouderenhuisvesting in 't Olde Heem in Kloosterburen en Asingahof in Ulrum blijft de gemeente zich inzetten.

Voor de maatschappelijke ondersteuning breekt een nieuwe fase aan. Na een beleidsluwe overgang van de oude regelingen naar de WMO is er nu behoefte aan duidelijke beleidskeuzes. Primair willen wij ons daarbij richten op het versterken van het prestatieveld bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen. Hiermee kan de onderlinge solidariteit en ondersteuning worden versterkt. Het voorzieningenbeleid is een afgeleide hiervan en wordt begrensd door de beschikbare middelen. Waar mogelijk wordt daarbij een inkomensafhankelijke bijdrage ingevoerd. Er zal daarnaast afdoende gecontroleerd dienen te worden op oneigenlijk gebruik.

Wij gaan onderzoeken of vormen van alternatieve energievoorziening kunnen worden toegepast voor gemeentelijke gebouwen. Daarnaast gaan we een zogeheten zonnepanelenbeurs (=collectieve inschrijving en aanbesteding) opzetten bij één van onze dorpen.

Een dorpshuis vervult feitelijk een soort huiskamerfunctie waar dorpsbewoners elkaar tegenkomen. Niet alle onze dorpen hebben momenteel een dorpshuis. Voor deze dorpen willen wij onderzoeken hoe er toch een ontmoetingsplaats kan worden gerealiseerd.

Ten behoeve van het vitaal houden van onze dorpen zullen we ons erg inspannen om financiële regelingen voor de krimpgebieden ten gunste van onze gemeente te laten komen.

We zetten ruimtelijke ordening in om een goede balans te vinden tussen ecologie en economie. Met ruimtelijk ordeningsbeleid wordt dit voor de langere termijn vormgegeven. De rust en ruimte die er in de gemeente De Marne is wil het college blijven koesteren.

Duisternis herkennen als kwaliteit.

Literatuur


- Op eigen kracht van de Kerngroep visie en ambitie
- Knollen of citroenen van de VNG-Commissie Talent!
- Vertrouwen op democratie van de Raad voor het openbaar bestuur
- Het programma burgerparticipatie: In actie met burgers van het ministerie
van BZK en VNG

- Interactief beleid, uitgangspunten, afwegingskader en afspraken van de
gemeente Zaanstad.

oude collegeprogramma's:

Collegeprogramma 2002-2006
Collegeprogramma 2006-2010

Leens, 07 april 2010.