Persbericht 1/2010
Diemen, 8 april 2010
Nadruk op gepast gebruik zorg
CVZ-Pakketadvies 2010: aanbevelingen voor basispakket
Het College voor zorgverzekeringen (CVZ) heeft het zorgpakket doorgelicht en
adviseert om het verzekerde pakket aan te passen: anticonceptiemiddelen,
eenvoudige loophulpmiddelen en tandheelkundige zorg voor 18 tot 22 jarigen
kunnen uit het pakket. De vergoedingsmogelijkheden voor hoortoestellen moeten
volgens het CVZ juist verruimd worden. Verder neemt het CVZ het standpunt in dat
onder meer voetzorg bij diabetes, de second opinion en protonentherapie deel
uitmaken van de verzekerde zorg.
Naast nieuwe adviezen en standpunten bevat het Pakketadvies 2010 ook een
overzicht met aanbevelingen die het CVZ het afgelopen jaar heeft gedaan. Het CVZ
heeft het Pakketadvies deze week aan demissionair minister Klink van VWS
aangeboden.
Om te zorgen dat verzekerden nu en in de toekomst de zorg krijgen die ze nodig
hebben - tegen aanvaardbare kosten - beoordeelt het CVZ nieuwe en bestaande zorg op
grond van vier criteria: noodzakelijkheid, effectiviteit, kosteneffectiviteit en
uitvoerbaarheid van de zorg. Naast adviezen bevat het CVZ-rapport ook bindende
standpunten waarin het CVZ aangeeft of specifieke zorgvormen op grond van de stand
van de wetenschap en de praktijk (wel of niet) tot het verzekerde pakket behoren.
Adviezen CVZ
· Anticonceptiemiddelen uit pakket
Het CVZ adviseert om anticonceptieve middelen - zoals `de pil' en het `spiraaltje' - niet
langer te vergoeden. Het voorkomen van zwangerschap is geen geneeskundige zorg en
kan voor eigen rekening komen - ook wanneer er wel een medische indicatie voor het
gebruik van deze middelen is.
· Mondzorg beperken tot 18 jaar
Het CVZ adviseert om het recht op mondzorg te beperken tot 18 jaar. Uit onderzoek van
het CVZ blijkt dat er geen reden is om de groep 18 tot 22 jarigen als risicogroep aan te
merken. Vergoeding kan daarom beperkt worden tot verzekerden tot 18 jaar (nu 22
jaar).
· Eenvoudige loophulpmiddelen niet langer vergoeden
Het CVZ adviseert om eenvoudige mobiliteitshulpmiddelen niet langer te vergoeden.
Voor de rollator geldt dat dit hulpmiddel algemeen gebruikelijk is: de rollator is breed
verkrijgbaar en hoort min of meer bij het dagelijks leven in een bepaalde levensfase -
zoals de leesbril. Andere mobiliteitshulpmiddelen kunnen vanwege de lage kosten voor
eigen rekening komen. Uitzonderingen hierop vormen de blindentaststok en de
loopwagen: het CVZ adviseert om deze hulpmiddelen in het te verzekeren
pakket te laten.
· Vergoedingsmogelijkheden hoortoestellen verruimen
Het CVZ adviseert de indicatiecriteria voor hoortoestellen aan te passen zodat ook
eenzijdig slechthorenden voor vergoeding van een hoortoestel in aanmerking komen.
Verder adviseert het CVZ om de huidige maximum vergoedingen voor deze
hulpmiddelen te laten vervallen, waardoor meer marktwerking kan ontstaan.
Standpunten CVZ
Het CVZ oordeelt dat de volgende zorgvormen - soms onder voorwaarden - tot het
verzekerde pakket behoren:
· Voetzorg bij diabetes
Voetzorg bij diabetespatiënten maakt volgens CVZ deel uit van de verzekerde zorg.
Het gaat dan om jaarlijkse voetcontrole en behandeling van huid- en nagelproblemen én
om de controle van voetvorm- en standsafwijkingen. Maar bijvoorbeeld ook om
advisering over adequaat schoeisel.
· Second opinion
Verzekerden maken aanspraak op een second opinion wanneer zij een verwijzing
hebben van hun (eerste) behandelaar, de `opinie' betrekking heeft op de al bestaande
geneeskundige zorg en de verzekerde terugkeert naar de oorspronkelijke behandelaar.
· Indicaties Protonentherapie
Het CVZ oordeelt dat protonentherapie bij bepaalde tumoren deel uitmaakt van het
basispakket. Omdat protonentherapie in Nederland (nog) niet beschikbaar is, kan een
verzekerde hierop een beroep doen in het buitenland. De medische beroepsgroep zal
richtlijnen opstellen waarin zij aangeven op welke wijze selectie van patiënten
plaatsvindt.
Gepast gebruik
In het Pakketadvies 2010 benadrukt het CVZ het belang van het gepast gebruik van het
verzekerde pakket: zorgverzekeraars en zorgaanbieders moeten ondoelmatig gebruik
van zorg én overbehandeling voorkomen. Maar ook eventuele onderbehandeling
verdient aandacht. Voor het aangeven van de norm van gepast gebruik zijn richtlijnen
(van zorgverleners) het instrument bij uitstek. Waar richtlijnen ontbreken, kan het CVZ
bijvoorbeeld met standpunten zelf aangeven wie er redelijkerwijs op welke zorg is
aangewezen.
Kosten
De zorgkosten ten laste van de Zorgverzekeringswet en AWBZ bedragen in 2010 naar
verwachting 59,3 miljard. Dat betekent een stijging sinds 2008 (in twee jaar) van 7,6%,
toen 55,1 miljard werd uitgegeven.
De uitstroomadviezen van CVZ zijn goed voor een kostenreductie van 193 miljoen.
Na aftrek van de kosten van de instroomadviezen resteert per saldo een vermindering
van de geraamde kostenstijging van 125 miljoen op jaarbasis.
College voor zorgverzekeringen