Ministerraad
Kabinetsvisie op hardnekkige knelpunten zorg voor jeugd
Persbericht | 09-04-2010
De ministerraad heeft op voorstel van minister Rouvoet voor Jeugd en
Gezin en minister Hirsch Ballin van Justitie ingestemd met toezending
aan de Tweede Kamer van de kabinetsvisie op de toekomst van de zorg
voor jeugd. De kabinetsvisie is erop gericht om ouders en kinderen te
ondersteunen om gezond en veilig te kunnen opvoeden en opgroeien.
Kernwoorden daarbij zijn: versterken van eigen kracht, meer
ondersteuning, zorg van hoge kwaliteit die snel en dichtbij
beschikbaar is en eenvoudige bestuurlijke verantwoordelijkheid. Dit
bouwt voort op de verbeteringen in de jeugdzorg van de afgelopen jaren
en biedt oplossingen voor de hardnekkige knelpunten die naar voren
zijn gekomen in de evaluatie van de Wet op de Jeugdzorg. Het kabinet
presenteert de visie nu zodat het volgende kabinet en de nieuwe Tweede
Kamer erover kunnen beschikken bij het nemen van besluiten.
Om de zorg voor jeugd zo goed en eenvoudig mogelijk te organiseren,
wordt de bestuurlijke verantwoordelijkheid in de kabinetsvisie op
termijn bij gemeenten gelegd. Gemeenten zijn in staat hulp en zorg op
buurtniveau te organiseren voor jongeren en hun ouders. Ook kunnen zij
jeugdzorg op maat combineren met bijvoorbeeld hulp op school,
begeleiding naar werk en schuldhulpverlening.
Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) wordt in de kabinetsvisie de
spil van alle hulp en zorg voor jeugd. Ouders en jongeren hoeven dan
niet meer te kiezen waar zij aankloppen met vragen en problemen.
Antwoorden op opvoedvragen en lichte hulp biedt het CJG direct zelf.
Zo wordt de eigen kracht van gezinnen versterkt en kan worden
voorkomen dat opvoedvragen uitgroeien tot zorgvragen. Voor zwaardere
zorg schakelt het CJG -als `pedagogische huisarts'- specialisten in,
bijvoorbeeld vanuit instellingen voor jeugdzorg of geestelijke
gezondheidszorg. Het gedwongen kader van de jeugdzorg - de
gezinsvoogdij en de jeugdreclassering - gaat niet naar het CJG om het
laagdrempelige karakter te behouden.
De kabinetsvisie voorziet in extra inzet in het verder ontwikkelen van
kwaliteit en professionaliteit in de jeugdzorg. Zoals meer onderzoek
naar effectieve methoden, betere opleiding en bijscholing en een
accreditatiesysteem voor zorgaanbieders. Ook komen er maatregelen om
verschillende disciplines - geestelijke gezondheidszorg en jeugdzorg -
beter te laten samenwerken. Dat moet leiden tot behandelingen die de
deskundigheid van verschillende disciplines combineren voor jongeren
die zowel gedragsproblemen als psychische problemen hebben.
De vereenvoudigde manier van werken betekent het einde van het systeem
waarbij jongeren en gezinnen ook voor lichtere vormen van zorg eerst
moeten wachten op een indicatie van bureau jeugdzorg. De huidige wijze
van indiceren is te bureaucratisch en kost te veel tijd, zoals ook
blijkt uit de evaluatie van de Wet op de Jeugdzorg. Wat jongeren nodig
hebben, kan in korte tijd veranderen. Wachten op een indicatie past
daar niet bij. Hulpverleners moeten dan direct aan de slag kunnen.
Om de brede omslag van de kabinetsvisie te realiseren, is een
overgangsperiode nodig van enkele jaren. In die periode moeten
gemeenten voldoende expertise en kwaliteit opbouwen om hun nieuwe
bestuurlijke verantwoordelijkheden te kunnen dragen. Het geld voor
jeugdzorg zal in het eindperspectief rechtstreeks naar gemeenten gaan.
Het overgrote deel van de gemeenten is te klein om de meer
specialistische taken - zoals inkoop van specialistische zorg en
jeugdbescherming - goed uit te voeren. Gemeenten moeten daarom
samenwerken op het schaalniveau van GGD-regio's.