Gerechtshof 's-Gravenhage
Haags Gerechtshof vernietigt aan Staat opgelegde verbod tot uitvoering
en toepassing van het Tijdelijk besluit arbeidsovereenkomst post
Den Haag, 13 april 2010 - Het gerechtshof in Den Haag heeft op 13
april 2010 het kort-gedingvonnis van de Haagse rechtbank vernietigd
waarin de Staat werd verboden uitvoering en toepassing te geven aan
het Tijdelijk besluit arbeidsovereenkomst post. De rechtbank deed dit
op vordering van de Werkgeversvereniging Postverspreiders Nederland en
twee nieuwe postbedrijven (Sandd en DPMD). Het hof is van oordeel dat
eisers bij deze zaak geen spoedeisend belang hebben en dat de zaak
zich daarmee niet voor een kort geding leent.
In het Tijdelijk besluit arbeidsovereenkomst post staat voorgeschreven
dat de postverspreiders allemaal op arbeidsovereenkomst dienen te
werken, tenzij tussen de werkgevers en werknemersorganisaties een cao
van kracht is op grond waarvan gefaseerd wordt toegewerkt naar een
situatie waarin op 1 oktober 2012 ten minste 80% van de
postverspreiders op arbeidsovereenkomst werkzaam is. De
voorzieningenrechter van Rechtbank Den Haag achtte dat besluit in
strijd met de Postwet 2009. Wegens het door het Haags gerechtshof
geconstateerde gebrek aan spoedeisend belang bij dit kort geding is
het hof niet aan deze vraag toegekomen.
Het gerechtshof in Den Haag heeft geconstateerd dat voor de eisende
partijen geldt dat zij een cao hebben die aan de minimumeisen van het
Tijdelijk besluit voldoet. Voor hen geldt daarmee dus niet de eis om
op grotere schaal, dan waartoe ze zich in die cao al verplicht hebben,
arbeidsovereenkomsten te moeten sluiten. De eisende partijen hadden
dit ter onderbouwing van hun spoedeisend belang bij hun vorderingen
aangevoerd. Mede in het licht van de voor de rechter geldende
verplichting tot terughoudendheid bij de toetsing van algemeen
verbindende voorschriften heeft het hof geoordeeld dat de eisers bij
hun vorderingen geen spoedeisend belang hebben. Daarom heeft het hof
met vernietiging van het vonnis de vorderingen alsnog afgewezen.
LJ Nummer
BM0859
Zie het origineel
Bron: Gerechtshof 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 13 april 2010 Naar boven