toezeggingen tijdens plenair debat Staat van de Unie d.d. 1 december
2009
Kamerbrief inzake toezeggingen tijdens plenair debat Staat van de Unie d.d.
1 december 2009
Kamerbrief | 13 april 2010
Tijdens het plenaire debat over de Staat van de Unie op 1 december
2009 heeft uw Kamer een motie over belasting op sms-berichten van het
lid Van Bommel aangenomen. Daarnaast zijn door toenmalig
staatssecretaris voor Europese Zaken Timmermans een tweetal
toezeggingen gedaan, te weten over de samenstelling van expertgroepen
en de financiële vergoeding aan de leden daarvan, en over de
bereikbaarheid van de overheid vanuit het buitenland. Hieronder zal ik
op deze drie zaken ingaan.
Belasting op sms-berichten
Per motie van het lid Van Bommel is de regering door uw Kamer verzocht
aan de Europese Commissie kenbaar te maken dat Nederland niet zal
instemmen met een belasting op sms-berichten. Dit verzoek is in lijn
met de Nederlandse inzet in de EU-begrotingsherziening.
Langs deze lijn heeft de toenmalige staatssecretaris voor Europese
Zaken op 4 februari jl. dan ook tijdens een gesprek met DG Budget,
Hervé Jouanjean, aangegeven dat de regering tegen een EU-belasting is.
Aldus is invulling gegeven aan uw motie.
Samenstelling en vergoeding van expertgroepen
Aan uw Kamer was toegezegd om na te gaan hoe de samenstelling van
expertgroepen tot stand komt en te bezien of die evenwichtig genoeg
is. De toenmalige staatssecretaris voor Europese Zaken zegde uw Kamer
toe eveneens te bekijken of er ondanks de financiële vergoeding die de
Commissie verstrekt nog assistentie van Nederlandse zijde nodig is.
De Europese Commissie heeft een website waarop informatie te vinden is
over de samenstelling van expertgroepen:
http://ec.europa.eu/transparency/regexpert/index.cfm . De grote
diversiteit aan expertgroepen maakt het echter lastig om een precies
overzicht te krijgen van de mate waarin verschillende soorten
organisaties, zoals kleine en grote bedrijven, koepelorganisaties of
NGO's, vertegenwoordigd zijn. Wel stelt de Commissie zich tot doel om
in de samenstelling van expertgroepen een goede spreiding in
achtergrond en sectoren van experts, een diversiteit aan meningen en
ook een goede verdeling tussen man en vrouw te krijgen.
De ondervertegenwoordiging van afgevaardigden uit het MKB baart zowel
de Europese Commissie als de regering zorgen. Deze
ondervertegenwoordiging van het individuele midden- en kleinbedrijf is
deels organisatorisch van aard. In een klein bedrijf is het moeilijker
om mensen af te vaardigen dan in bijvoorbeeld een multinationaal
bedrijf. Veelal wordt nu voorzien in afvaardiging vanuit
koepelorganisaties. De vertegenwoordiging van het MKB in dergelijke
groepen blijft een aandachtspunt voor de regering.
Deelnemende experts krijgen geen salaris, maar wel een volledige
reisvergoeding, een vergoeding voor hotelovernachtingen en daarnaast
een dagtoelage van EUR 92,- van de Commissie. Assistentie van
Nederlandse zijde lijkt dan ook niet noodzakelijk.
Bereikbaarheid van de overheid vanuit het buitenland
Tot slot de bereikbaarheid van de overheid vanuit het buitenland. Dit
is een belangrijk aandachtspunt voor het kabinet. Het kabinet heeft
ervoor gezorgd dat er een speciale nummerreeks (met startcijfers 14)
is ingevoerd voor diensten met een bijzonder maatschappelijk belang,
waaronder overheidsdiensten. Daarin bevinden zich bijvoorbeeld al de
centrale nummers van een aantal gemeenten. Net als 0800- en
0900-nummers hebben ook de 14-nummers gezorgd voor verbetering van de
bereikbaarheid van overheidsinstanties binnen Nederland. In de
praktijk kunnen deze nummers nu niet in alle gevallen vanuit het
buitenland bereikt worden.
Conform Europese richtlijnen geldt er momenteel een verplichting voor
telefonieaanbieders om niet-geografische nummers, zoals 14-, 0800- en
0900-nummers, uit andere landen binnen de EU in hun netwerken
bereikbaar te maken. De bereikbaarheid van deze Nederlandse
telefoonnummers in het buitenland zou dus door buitenlandse
toezichthouders kunnen worden afgedwongen. De eventuele kosten van
deze bereikbaarheid dienen dan wel, afhankelijk van de situatie en
welk type nummer wordt gebruikt, door de overheidsinstanties die deze
nummers gebruiken te worden gedragen.
Overheden zijn nu vanuit het buitenland telefonisch bereikbaar door
middel van een geografisch nummer (31-netnummer-abonneenummer). Bij
veel instanties wordt dat nummer op hun Engelstalige webpagina
weergegeven.
Het kabinet onderkent het belang van de bereikbaarheid van de overheid
vanuit het buitenland. Uw zorgen dienaangaande zal ik onder de
aandacht brengen van de minister van Economische Zaken en van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Ministerie van Buitenlandse Zaken