Verbod sekse-onderscheid geldt ook voor fietsenstalling
16-04-2010
De gelijke behandeling van man en vrouw is wettelijk beschermd. Dat
geldt voor belangrijke onderwerpen als gelijke beloning en het verbod
op onderscheid bij zwangerschap. Het geldt óók voor zaken die van
minder belang lijken, zoals de verplichting om geen onderscheid te
maken bij het aanwijzen van fietsrekken in een rijwielstalling.
De CGB sprak onlangs twee oordelen (2010-62 en 2010-63) uit in een
zaak over een rijwielstalling waar een bord is geplaatst met de tekst:
`heren uw fiets bovenste fietsrek, dames onderste fietsrek'. Een man
die elke ochtend zijn fiets onderin een nagenoeg leeg fietsenrek
wilde plaatsen, mocht dat niet van de beheerder. De man legde deze
zaak voor aan de CGB met de vraag of dit in strijd is met de wet.
De fietsenstalling stelt aan mannen die hun fiets stallen andere eisen
dan aan vrouwen. Daarmee is er sprake van direct onderscheid op grond
van geslacht. De Algemene wet gelijke behandeling verbiedt dit. Deze
wet kent uitzonderingen, maar niet voor het feit dat mannen gemiddeld
genomen sterker zijn dan vrouwen. Er zijn immers ook vrouwen die hun
fiets bovenin kunnen zetten en mannen die dit niet kunnen. De
fietsenstalling maakt dan ook verboden onderscheid op grond van
geslacht.
De fietsenstalling meent dat de boven/onder verdeling voor mannen en
vrouwen nodig is om alle rekken gevuld te krijgen. De CGB heeft begrip
voor dit standpunt, maar constateert dat de wet dit niet toelaat. Het
onderscheid dat de fietsenstalling maakt is dan ook verboden.
Al eerder oordeelde de CGB in een zaak (1999-90) waarin het verschil
in kracht tussen mannen en vrouwen een rol speelde. Ook hier gold dat
fysiek zwaardere taken niet uitsluitend aan mannen kunnen worden
voorbehouden. Onderscheid maken tussen man en vrouw is slechts onder
bijzondere, bij wet omschreven, omstandigheden toegestaan.
Commissie Gelijke Behandeling