-
Datum 16 april 2010
Antwoorden op de vragen van het lid Cramer over duurzaam zoab
-
Geachte voorzitter,
Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de vragen van het lid Cramer over
duurzaam zoab.
1. Kent u de berichten "Zoab niet langer heilig bij politiek"1, "Vorst verandert
snelwegen in groten gatenkaas"2 en "Zoab spekglad bij viaducten"3?
1. Ja, die berichten ken ik. Overigens wil ik met betrekking tot het artikel "Zoab
spekglad bij viaducten" opmerken dat ter plaatse van de beschreven locatie
een dichte deklaag aanwezig is en dus geen zoab-deklaag.
2. Is het waar dat u nog steeds uitgaat van een levensduur van gewoon zoab
van ruim 11 jaar? Is dit gezien de ervaringen in de afgelopen winter nog
steeds een realistisch uitgangspunt?
2. De technische levensduur van gewoon zoab dat wil zeggen zoab met
standaard bitumen - varieert van 7 tot 19 jaar en is gemiddeld 12 jaar. Hoe
lang een zoabwegdek meegaat wordt in sterke mate bepaald door de
verkeersintensiteit en door het al dan niet optreden van extreme
weersomstandigheden. Als gevolg van de voor Nederlandse begrippen tot nu
toe extreme winter is de schade aan het wegdek in de afgelopen maanden
inderdaad groter dan in dezelfde periode in andere jaren. Daarbij is 60
procent van de vorstschade te relateren aan factoren die te maken hebben
met het feit dat sprake is van zoab dat tegen het einde van de technische
levensduur aan zit. 40 procent van de vorstschade is niet aan de levensduur
van het zoab gerelateerd. Van het zoab dat tegen het einde van de
technische levensduur aan zit, heeft tot nu toe 98 procent de winter
schadevrij doorstaan.
1 Cobouw, 21 januari 2010
2 Algemeen Dagblad, 31 januari 2010
3 De Telegraaf, 2 februari 2010
a
1
Ons kenmerk
3. Is er op basis van de monitoringsresultaten voldoende inzicht waar, en welk RWS/SDG/NW10/472/88601
preventief onderhoud moet plaatsvinden zodat de grote schades op oude
verhardingen na een paar koude winterdagen kunnen worden voorkomen? Is
het gekozen onderhoudsregime voldoende dekkend?
3. Rijkswaterstaat monitort periodiek de kwaliteit van het zoab op het
Nederlandse hoofdwegennet. Op basis van die monitoring wordt vastgesteld
of een deklaag het einde van de van de technische levensduur nadert.
Afhankelijk van de geconstateerde kwaliteit wordt de betreffende deklaag dan
binnen 1 of 2 jaar vervangen.
Door de periodieke monitoring zijn de wegvakken met verhoogd risico voor
vorstschade bekend. Dit zijn immers alle wegvakken die tegen het einde van
de technische levensduur aanzitten. Omdat niet te voorspellen is of op een
wegvak met verhoogd risico ook daadwerkelijk vorstschade optreedt, worden
dergelijke wegvakken in een vorstperiode dagelijks in de gaten gehouden
door weginspecteurs. Indien er vorstschade wordt geconstateerd, wordt deze
afhankelijk van de ernst direct of zo spoedig mogelijk hersteld. Veiligheid van
de weggebruiker, het voorkomen van verkeershinder en het voorkomen van
verdere schade staan daarbij uiteraard voorop.
4. Welke methoden worden onderzocht om zoab vorstproof te maken en
wanneer zijn daarvan de resultaten bekend?
4. Rijkswaterstaat doet op dit moment samen met TU Delft en TNO onderzoek
naar zoab dat een langere levensduur heeft en dat beter tegen de inwerking
van vorst bestand is. Het gaat om een uitgebreid en meerjarig onderzoek,
waarin ook het effect van de verbetering van andere functionele
eigenschappen als waterbergend vermogen en geluidsreductie worden
onderzocht. Ook volgt Rijkswaterstaat nauwgezet onderzoek dat in het
buitenland verricht wordt om zoab te ontwikkelen dat minder gevoelig is
voor de inwerking van vorst.
5. Kunt u aangeven wat de ervaringen zijn met het proefvak op de A9 tussen
Haarlem en Velsen in 2007 met zoab met gemodificeerde bitumen?
5. Doel van die specifieke proef is onder meer na te gaan wat de technische
levensduur is van zoab met bepaalde gemodificeerde bitumen en hoe dat
zoab zich gedurende de jaren houdt. Omdat het wegdek op dit proefvak in
2007 is aangelegd, zijn op dit moment nog geen goed te onderbouwen
conclusies te trekken.
6. Is het waar dat u een garantie vraagt van 7 jaar op het asfalt en dat hieraan
in de meeste gevallen kan worden voldaan met zoab onder toepassing van
standaard bitumen?
6. Ja, in de onderhoudscontacten wordt een garantie van 7 jaar gevraagd en in
de meeste gevallen kan hier met zoab onder toepassing van standaard
bitumen aan worden voldaan. Echter, sinds 2007 past Rijkswaterstaat op het
hoofdwegennet vrijwel uitsluitend zoab+ toe. In zoab+ zitten gemodificeerde
bitumen, waardoor die zoab-variant een gemiddeld twee jaar langere
levensduur heeft dan zoab met standaard bitumen.
agina 2 van 4
P
Ons kenmerk
7. Deelt u de mening dat hierdoor vooral op prijs zal worden geconcurreerd en RWS/SDG/NW10/472/88601
aannemers niet worden geprikkeld om producten aan te brengen die veel
langer mee kunnen gaan?
7. Nee, die mening deel ik niet. In de contracten met aannemers zijn namelijk
bonus/malus-bepalingen opgenomen met betrekking tot de levensduur van
de deklaag. Naarmate de levensduur langer c.q. korter is dan 7 jaar is de
bonus c.q. malus groter. Op deze wijze worden aannemers geprikkeld om
producten aan te brengen die veel langer mee kunnen gaan.
8. Is er vergelijkend onderzoek gedaan naar de "life-cycle" kosten van het nu
meest toegepaste zoab, inclusief het intensieve onderhoud als gevolg van
vorstschades tijdens de verwachte levensduur, en bijvoorbeeld zoab met
gemodificeerd bitumen? Zo ja, wilt u de Kamer de resultaten doen
toekomen?
8. Ja, Rijkswaterstaat heeft onderzoek verricht naar de life cycle-kosten van
gewoon zoab en van het sinds 2007 vrijwel altijd toegepaste zoab+. Daaruit
blijkt dat de aanleg van zoab+ iets duurder is dan de aanleg van gewoon
zoab. Daar staat tegenover dat zoab+ gemiddeld twee jaar langer mee gaat.
Per saldo zijn de life cycle-kosten van zoab+ lager dan die van zoab met
standaard bitumen.
9. Is het waar dat u tot op de dag van vandaag niet ontvankelijk bent voor
aanbiedingen om zoab deklagen te voorzien van gemodificeerde bitumen, dat
ervoor zorgt dat de zoab langer meegaat en dus minder snel gaten ontstaan?
Zo ja, waarom volgt u niet de keuze van Frankrijk waar vrijwel overal deze
nieuwe zoab variant wordt toegepast en ook van België en Duitsland waar op
doorgaande wegen wordt gekozen voor beton of asfalt met modificaties?
9. Zoals ik heb aangegeven in mijn antwoord op vraag 6, past Rijkswaterstaat
sinds 2007 vrijwel altijd zoab met gemodificeerde bitumen toe op het
hoofdwegennet.
Overigens is de vorstschade aan met name het Franse en Belgische
hoofdwegennnet de afgelopen winterperiode veel groter geweest dan in
Nederland. De Franse wegbeheerders hebben Rijkswaterstaat onlangs
benaderd met de vraag om advies over het vorstbestendiger maken van de
Franse snelwegen.
agina 3 van 4
P
10. Bent u bereid andere criteria op te nemen in aanbestedingen waarbij de "life- Ons kenmerk
cyclekosten" mede bepalend zijn? RWS/SDG/NW10/472/88601
10. Life cycle-kosten vormen reeds een belangrijk aspect bij de gunning van
contracten door Rijkswaterstaat. Dit komt onder meer tot uiting in het feit dat
Rijkswaterstaat sinds 2007 vrijwel uitsluitend zoab+ toepast, waarvan de life
cycle-kosten lager zijn dan die van gewoon zoab.
Hoogachtend,
DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,
ir. Camiel Eurlings
agina 4 van 4
P
Ministerie van Verkeer en Waterstaat