Ministerie van Verkeer en Waterstaat


1 Aanbieden rapporten Kustwacht Nederland Nieuwe Stijl:

Tussenrapportage Dienstverleningsplan 2010, Handhavingsplan 2010 6 en Activiteitenplan en Begroting 2010

Geachte voorzitter,

Hierbij bieden wij u aan, mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie, de derde Tussenrapportage over voortgang van de

ontwikkeling van de Kustwacht Nederland Nieuwe Stijl. Dit in overeenstemming met de toezeggingen gedaan tijdens de algemeen overleggen van 15 maart 20061 en het Algemeen Overleg van 17 januari 20082. Zoals toegezegd in de eerste Tussenrapportage zouden wij u tot 2010 door middel van jaarlijkse tussenrapportages op de hoogte stellen van de van de ontwikkeling van de Kustwacht Nederland Nieuwe Stijl. Dit betekent dat dit de laatste Tussenrapportage is. Met deze rapportage stellen wij u op de hoogte van de huidige stand van zaken en noemen wij de ontwikkelingen die in 2009 in gang zijn gezet.

Tevens bied ik, de minister van Verkeer en Waterstaat, u het Activiteitenplan en Begroting (APB) 2010, het Dienstverleningsplan 2010 en het Handhavingsplan 2010 van de Kustwacht Nederland aan (bijlagen 3 t/m 6). De Ministerraad heeft op 11 december 2009 ingestemd met de bovengenoemde plannen. In bijlage 2 wordt een korte toelichting gegeven op het karakter van genoemde plannen.

Het afgelopen jaar is aan het transitieproces naar een Kustwacht Nederland Nieuwe Stijl nog verder vorm en inhoud gegeven. Een aantal belangrijke verbeteringen kunnen worden genoemd:
Het Sturingsmodel voor de Kustwacht is geëvalueerd en verbeterd; Een informatiedelingsprotocol wordt uitgewerkt en zal in 2010 worden afgerond, waarmee informatiegestuurd optreden (IGO) nog meer vorm en inhoud zal kunnen krijgen;
De pilot-fase van het Veiligheidsconcept Noordzee is succesvol afgerond, waarna besloten is om het Veiligheidsconcept in 2010 op het Kustwachtcentrum verder te implementeren;


1 Functioneren Kustwacht Nederland, Tweede Kamer, vergaderjaar 2005-2006, 30 060 en 30 490, nr. 7.

2 Kustwacht In Nederland, Tweede Kamer, vergaderjaar 2007-2008, 30 490, nr. 4. a
agina 1 van 13 P





De juridische grondslag voor de Kustwachtopsporingsambtenaar (KOA) is vastgelegd. De KOAs zullen in 2010 na het volgen van de daarvoor benodigde opleidingen worden ingezet;
Op basis van de eindevaluatie Kustwacht zal een aantal gerichte korte termijn acties opgepakt worden om de Kustwacht Nieuwe Stijl nog verder te optimaliseren.

Met betrekking tot uitgevoerde Kustwachttaken kan gemeld worden dat 2009 een productief jaar is geweest. Bovendien wordt zichtbaar dat de Kustwacht haar taken steeds effectiever en efficiënter uitvoert. Zo is bijvoorbeeld 92 procent van het totaal aantal afgesproken controles uitgevoerd, een stijging van 3 procent ten opzichte van 2008. In 2009 is voor het eerst in de geschiedenis van de Kustwacht 100 procent van alle afgesproken luchtsurveillances uitgevoerd, ten opzichte van 2008 een stijging van 22 procent. Verder geeft de Kustwacht steeds meer invulling aan het informatiegestuurd optreden en zijn er in 2009 23 IGO-controles uitgevoerd door de varende en vliegende eenheden.

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

ir. Camiel Eurlings

DE MINISTER VAN DEFENSIE

E. van Middelkoop





Tussenrapportage Kustwacht Nederland Nieuwe Stijl


1. Inleiding
In november 2006 heeft de Ministerraad het ,,Besluit instelling Kustwacht vastgesteld. De Kustwacht was tot dat moment een samenwerkingsverband van zes Ministeries. Vanaf 1 januari 2007 is de Kustwacht één organisatie met eigen taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden.
Met het Instellingsbesluit wordt door de betrokken ministers de uitvoering van een deel van het beleid en de wet- en regelgeving bij de Kustwacht belegd met als doel een effectieve en efficiënte uitvoering van een aantal overheidstaken op de Noordzee. Achtergronden van deze omvorming zijn de rapporten van de Algemene Rekenkamer (ARK) van 1998 en 2005, de Evaluatie Kustwacht 2003 (Directoraat Generaal Goederenvervoer van het ministerie van Verkeer en Waterstaat) en de Kamermotie Van Hijum en Van der Ham (Kamerstukken II, 2004/05 29 800 XII, nr. 19). Hierin wordt gevraagd het beheer van de Kustwacht onder te brengen bij één departement en de capaciteit af te stemmen op een gedegen analyse van de risicos op de Noordzee.
Voorts sluit de omvorming van de Kustwacht aan bij de ambities van het kabinet voor de verbetering van de kwaliteit van het openbaar bestuur en bij het Integraal Beheerplan Noordzee 2015.
De Kustwacht Nederland Nieuwe stijl is een goed voorbeeld van "de Andere Overheid", waarbij de overheid een krachtig instrument in handen krijgt om effectief en efficiënt op te treden. De Kustwacht wordt daarbij, zichtbaar voor de samenleving, op een beleidsmatige en zakelijke manier aangestuurd.


2. Stand van zaken
Om de huidige stand van zaken met betrekking tot de omvorming naar een Kustwacht Nederland Nieuwe Stijl weer te geven, is uitgegaan van het besluit van de Ministerraad over de Kustwacht. Hieruit vloeit een tweetal speerpunten voort, welke de basis vormt voor deze tussenrapportage:
Versterking van de aansturing. De van de Kustwacht verlangde taakuitvoering wordt transparanter en het wordt scherper inzichtelijk gemaakt dat deze ook wordt geleverd;
Vergroten van de effectiviteit van de Kustwacht.


2.1 Aansturing van de Kustwacht
De aansturing van de Kustwacht is versterkt. De minister van Verkeer en Waterstaat is coördinerend minister voor Noordzee-aangelegenheden en als zodanig coördineert hij de voorbereiding van de besluitvorming in de Ministerraad over de opdrachtformulering voor de Kustwacht. De verantwoordelijkheid voor het beheer en de taakuitvoering van de Kustwacht is nu belegd in één hand, bij de minister van Defensie. De directeur Kustwacht draagt de dagelijkse verantwoordelijkheid voor de uitvoering van een heldere en haalbare opdracht, die hij jaarlijks van de Ministerraad krijgt. De opdracht is gebaseerd op beleid en wordt voorbereid door de Raad voor de Kustwacht.
In de Raad voor de Kustwacht zijn alle opdrachtgevende departementen vertegenwoordigd en de Raad heeft tot taak de minister van Verkeer en Waterstaat bij te staan. De Raad doet dit door het stellen van beleidsprioriteiten in het Handhavingsplan en het Dienstverleningsplan en door, indien nodig, op te treden als





besluitvormend orgaan ten aanzien van knelpunten die bij de uitvoering van kustwachttaken zijn ontstaan.
Niet veranderd is de beleidsverantwoordelijkheid van de vakdepartementen.

Daarnaast is er een ,,Kustwachtdriemanschap, bestaande uit: De Hoofdingenieur-directeur van de dienst Noordzee van Rijkswaterstaat, door de Raad voor de Kustwacht aangewezen als gedelegeerd opdrachtgever op het gebied van dienstverleningstaken;
De voorzitter van de Permanente Kontaktgroep Handhaving Noordzee, door de Raad aangewezen als gedelegeerd opdrachtgever voor de handhavingstaken; De directeur Kustwacht, als opdrachtnemer verantwoordelijk voor de uitvoering van de kustwachttaken.
Het ,,Kustwachtdriemanschap ziet toe op de uitvoering van de opdracht van de Ministerraad.

In het Sturingsmodel Kustwacht wordt nader omschreven op welke wijze de in het instellingsbesluit omschreven aansturing van de Kustwacht plaatsvindt. Ook is in het Sturingsmodel het financieel spelregelkader van de Kustwacht opgenomen. Het Sturingsmodel stelt de kaders waarbinnen en op welke manier de Kustwacht wordt aangestuurd, zodanig dat zowel voor de Kustwacht zelf, als voor de opdrachtgevers, leveranciers en beheerder een werkzame en beheersbare situatie ontstaat.

In 2009 is het (functioneren van het) Sturingsmodel door een onafhankelijk bureau geëvalueerd. Geconcludeerd werd dat het Sturingsmodel goed functioneert en bijdraagt aan de verbetering van de Planning & Control cyclus, het sturen op prestaties, de samenwerking tussen de deelnemende departementen en uiteindelijk ook bijdraagt aan een resultaatgerichte en efficiënte Kustwachtorganisatie. Op basis van deze evaluatie is het Sturingsmodel aangepast en is een aantal verbeteringen doorgevoerd. Zo sluit bijvoorbeeld de Planning & Control cyclus van de Kustwacht nu beter aan op die van de departementen.

Op basis van het (aangepaste) Sturingsmodel zijn voor 2010 het Dienstverleningsplan en Handhavingsplan opgesteld. Op basis van deze plannen heeft de directeur Kustwacht het Activiteiten Plan en Begroting (APB) 2010 kunnen opstellen. In het APB worden de taken op outputsturing vastgelegd en zijn prestatie-indicatoren (PINs) opgenomen. De plannen voor 2010 zijn 11 december 2009 vastgesteld door de Ministerraad.
Op basis van de in het APB opgenomen PINs legt de directeur Kustwacht viermaandelijks verantwoording af aan de Raad voor de Kustwacht. De Ministerraad heeft in juni 2009 het Jaarverslag 2008 van de Kustwacht goedgekeurd, waarmee de directeur Kustwacht décharge wordt verleend voor de uitvoering van de in 2008 gerealiseerde Kustwachttaken en de daarbij gebruikte personele, materiële en financiële middelen. Het Jaarverslag is in juni 2009 aan u toegezonden.

Met alle deelnemende departementen heeft de directeur Kustwacht Operationele Overeenkomsten afgesloten. In deze Overeenkomsten worden nadere afspraken gemaakt over de input van mensen en middelen die de opdrachtgevende departementen aan de directeur Kustwacht beschikbaar stellen voor het uitvoeren van de activiteiten zoals beschreven in het APB.






2.2 Vergroten van de effectiviteit van de Kustwacht

2.2.1 Effectief gebruik van mensen en middelen

Kustwachtopsporingsambtenaar (KOA)
Teneinde de opsporingsdiensten Kustwacht meer te betrekken bij de kwaliteitsborging ten behoeve van het intakeproces processen-verbaal Noordzee is het Openbaar Ministerie (OM) op het coördinatie- en communicatiecentrum van de Nederlandse Kustwacht voornemens om op korte termijn een Centraal Bureau Zeezaken Kustwachtcentrum (hierna CBZK) op te richten. Het CBZK zal onder toezicht komen te staan van het nieuw te werven Hoofd Coördinator Handhaving Kustwacht (HCHK).

De Kustwachtopsporingsambtenaar (hierna KOA) is in juridische zin geëffectueerd, alle bij de Kustwacht betrokken opsporingsdiensten zijn bij vaststelling dan wel redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit opsporingsbevoegd en kunnen te allen tijde proces-verbaal opmaken; het komt nu aan op een effectieve operationalisering. Om hen op de meeste voorkomende overtredingen op de Noordzee ook bekwaam te maken zullen de Kustwachtopsporingsambtenaren (KOAs) in 2010 onderling bijgeschoold worden. De coördinatie van de opleidingen voor de KOA ligt bij de Kustwacht. De bij de Kustwacht betrokken handhavingsdiensten leveren hun expertise voor de vakinhoudelijke invulling van de opleidingen. De KOA-opleidingen zullen belegd worden in de opleidingsstructuur van de Koninklijke Marine, waarbij de afdeling opleidingen van het Commando Zeestrijdkrachten zal assisteren bij het vaststellen en geborgd houden van de opleidingskwaliteit vanuit onderwijskundig oogpunt. De opleidingen zullen begin 2010 aanvangen.

De toedeling van toezichts- en controlebevoegdheden kan echter niet door het OM worden geregeld, nu het toezichtspoor bestuursrechtelijk wordt geformaliseerd. De in kustwachtverband betrokken departementen/diensten zijn zelf verantwoordelijk voor de overdracht van de aan hen wettelijk toegewezen taken van toezicht. De komende periode zal, met coördinatie vanuit het OM, worden bekeken in hoeverre middels mandaatregelingen en mogelijk daarin opgenomen aanwijzingsbevoegdheden, toezichthoudende bevoegdheden voor de kustwachtfunctionaris geëffectueerd kunnen worden.

Een uitgebreide bevoegdheid van de kustwachtfunctionaris zal resulteren in een effectieve en efficiënte werkwijze met betrekking tot de handhaving op de Noordzee.

Oefening Search & Rescue
Om ervoor te zorgen dat de Kustwacht-organisatie op het gebied van Search & Rescue (SAR) bekwaam is en blijft worden regelmatig oefeningen georganiseerd. In 2009 is een grote ontruimingsoefening van een passagiersschip georganiseerd, de zgn. LIVEX09. Bij deze oefening is daadwerkelijk gebruik gemaakt van een cruise ferry op zee, de eerste keer dat in Nederland een dergelijke oefening op zee plaatsvond. De oefening is succesvol verlopen en heeft nuttige aanbevelingen voor verdere verbeteringen opgeleverd.

2.2.2 Informatiegestuurd optreden (IGO)

De Raad voor de Kustwacht heeft in 2008 het Informatieplan Kustwacht vastgesteld.





In het informatieplan worden de benodigde informatiebehoeften, informatieproducten en de werkwijze van het informatiecentrum van de Kustwacht en de gerelateerde diensten in kaart gebracht. Tevens wordt aangegeven aan welke middelen en relaties op het gebied van gegevensuitwisseling tussen de betrokken diensten behoefte is.

Systemen zoals radar, Automatic Identification System (AIS), Vessel Monitoring System (VMS), satellietbeelden en Long Range Identification and Tracking (LRIT) vormen de middelen om de informatiepositie van de Kustwacht te versterken en een actueel beeld van de situatie op de Noordzee te genereren.

De handhavingsdesk, met een 24 uurs-bezetting door handhavers van verschillende departementen, heeft zich als een belangrijk onderdeel van IGO in de praktijk bewezen. De handhavingsdesk maakt deel uit van het Coördinatie en Communicatiecentrum (CCC) op het Kustwachtcentrum in Den Helder. De medewerker van de handhavingsdesk analyseert het actuele beeld en koppelt dit aan de handhavingactiviteiten van de Kustwacht.

In 2010 zal een informatiedelingsprotocol worden opgesteld, op basis waarvan de onderlinge verstrekking van informatie en gegevens tussen de handhavingsdiensten binnen de Kustwacht op een juridisch verantwoorde manier kan worden gerealiseerd.

Bij de start van de Kustwacht Nieuwe Stijl is aangekondigd dat mede op basis van de verbeterde informatiepositie met betrekking tot de Noordzee een veiligheidsconcept zou worden opgesteld. Met het Veiligheidsconcept kunnen op structurele wijze de risicos op het gebied van veiligheid (safety en security) op de Noordzee in kaart worden gebracht. Het Veiligheidsconcept beoogt verder een integrale handhaving en toezicht op de Noordzee door middel van een juridisch toegestane mate van informatiedeling. In 2009 is hiertoe een pilot van het Veiligheidsconcept Noordzee met succes uitgevoerd. De Raad voor de Kustwacht heeft op basis daarvan besloten om het Veiligheidsconcept in 2010 op het Kustwachtcentrum verder te implementeren. In relatie tot de Handhavingsdesk vormt deze de ,,front-office en het Veiligheidsconcept Noordzee de ,,back-office.

Met de implementatie van het Veiligheidsconcept Noordzee en het Informatiedelingsprotocol kan de Kustwacht nog verder invulling kan geven aan de ambitie om hét informatiecentrum voor de handhaving op zee te worden en van waaruit informatiegestuurd wordt opgetreden.

2.2.3 Verwerving middelen

Schepen
Per 1 juli 2009 is de Rijksrederij formeel van start gegaan. In totaal 140 schepen van de Douane, het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Rijkswaterstaat zijn bij de Rijksrederij ondergebracht. Met de samenvoeging van schepen en bemanningen binnen de Rijksrederij wordt beoogd de volgende voordelen te realiseren:
Multi-inzetbaarheid van de schepen waardoor de flexibiliteit wordt bevorderd; Efficiencywinst doordat inzet van schepen en bemanningszaken centraal wordt georganiseerd;
Centraal technisch vlootbeheer levert schaalvoordelen op; Kennis en expertise worden gebundeld.





Ook de (vier) schepen voor de Kustwacht zijn ondergebracht bij de Rijksrederij.

Vliegtuigen
Eind 2007 is het oude Kustwachtvliegtuig vervangen door twee nieuwe toestellen waardoor de beschikbaarheid is vergroot. In deze situatie moet er nu altijd een toestel beschikbaar zijn voor de Kustwachttaken. De twee nieuwe3 Kustwachtvliegtuigen zijn juli 2008 door het ministerie van Verkeer en Waterstaat overgedragen aan het ministerie van Defensie. De vliegtuigen zijn op vliegveld Schiphol geplaatst en zijn civiel geregistreerd.

De twee nieuwe vliegtuigen stellen de Kustwacht nog beter in staat om de Kustwachttaken uit te voeren. Met de allernieuwste technische apparatuur kan de Kustwacht Search and Rescue-acties beter uitvoeren en meer ondersteuning bieden bij incidenten en handhavingstaken. De vliegtuigen kunnen met infraroodcameras bijvoorbeeld s nachts (type) schepen identificeren, olie detecteren (in combinatie met een special radar) en drenkelingen opsporen.

De twee nieuwe vliegtuigen zijn in 2008 verminderd inzetbaar geweest vanwege technische problemen. In 2009 is de inzetbaarheid fors verbeterd, waardoor voor de vliegende surveillances voor het eerst sinds 1993 het gewenste aantal vlieguren is gerealiseerd.

In 2008 en 2009 waren de vliegtuigen voor Rampen en Incidentenbestrijding (RIB) en ,,Search and Rescue (SAR) en IGO-handhavingstaken op een "3-uur-notice" inzetbaar. Daarbij werd aangekondigd dat gewerkt zou worden aan een inzetbaarheid van het vliegtuig binnen 1 uur na alarmering gedurende 365 dagen per jaar. De Raad voor de Kustwacht heeft breder gekeken naar mogelijke inzet van alle vliegende middelen die de Kustwacht tot zijn beschikking heeft om een kortere notice tijd te realiseren. Besloten is om niet het aantal luchtwaarnemers uit te breiden maar dat bij Search and Rescue (SAR) en Rampen en Incidentenbestrijding (RIB) de Kustwacht in eerste instantie gebruik zal maken van de SAR helikopter (op 20 - 60 minuten notice), waarbij in urgente gevallen het vliegtuig op maximaal 1,5 uur notice als opvolging wordt ingezet. Op termijn blijft de ambitie om een 1 uur notice tijd te realiseren echter bestaan.


3. Evaluaties
Zoals vermeld in par. 2.1 is in 2009 een evaluatie van het Sturingsmodel uitgevoerd. Na een aantal tussenmetingen heeft eind 2009 de eindevaluatie naar het functioneren van de Kustwacht Nieuwe Stijl plaatsgevonden. Hierbij is gekeken of de Kustwacht Nieuwe Stijl anno 2009 voldoet aan de wettelijke en politieke uitgangspunten zoals verwoord in het Instellingsbesluit Kustwacht. De eindevaluatie heeft aangetoond dat de Kustwacht in opzet op de juiste wijze is vertaald naar de verschillende onderliggende plannen en instellings-documenten. Ook is geconstateerd dat er een


3 Het betreft 2 bestaande Dorniers 228-212 die zijn aangekocht en tot op het kale casco ,,gestript. Daarna zijn ze met nieuwe motoren, instrumenten, bedrading en andere specifieke uitrusting volledig opnieuw opgebouwd tot vliegtuigen die optimaal zijn afgestemd op de taken van de Kustwacht.





duidelijke verbetering heeft plaatsgevonden in de effectiviteit en efficiëntie van de Kustwacht ten opzichte van de situatie vóór 2007.

De eindevaluatie biedt voldoende houvast om de met de Kustwacht Nieuwe Stijl ingeslagen weg voort te zetten en verder uit te bouwen. Een aantal korte termijn verbeteracties is inmiddels in gang gezet, zoals verdere optimalisatie van de prestatie- indicatoren, het vergroten van de informatiedeling, het scherper formuleren van de missie en visie van de Kustwacht en het creëren van een breed en gezamenlijk draagvlak voor deze missie en visie. Ook zullen de mogelijkheden onderzocht worden om het uitvoerende handhavingspersoneel van de afzonderlijke diensten te detacheren bij de Kustwacht.

De Algemene Rekenkamer (ARK) heeft recent het zogenaamde terugblikonderzoek 2009 naar het functioneren van de Nederlandse Kustwacht afgerond. De ARK zal daarbij onderzoeken in hoeverre de aanbevelingen en conclusies van de onderzoeken van de ARK naar het functioneren van de Kustwacht Nederland in 2005 respectievelijk 2007 ter harte zijn genomen.


4. Internationale samenwerking
Tijdens het Algemeen Overleg van 17 januari 20084 is toegezegd dat in deze Tussenrapportage uitgebreider zal worden ingegaan op de samenwerking met de (kustwacht)autoriteiten van Duitsland en België.

De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de Kustwachten in Europa zijn zeer verschillend. Op het gebied van Search and Rescue (SAR) echter is er eenduidigheid conform de richtlijnen van de International Maritime Organisation (IMO). Het Nederlandse Kustwachtcentrum heeft als Joint Rescue Co-ordination Centre (JRCC) directe en snelle contacten met de andere Europese Rescue Co-ordination Centres waaronder die van Duitsland, België en het Verenigd Koninkrijk. Met Duitsland heeft de Kustwacht daarnaast een aparte overeenkomst aangaande de Emergency Towing Vessels van beide landen over wederzijdse assistentie. Het voorgaande laat onverlet de samenwerking van de Kustwacht met andere Europese organisaties.

Sinds 2007 is de Nederlandse Kustwacht lid van het North Atlantic Coast Guard Forum. Dit Forum bestaat nu uit 20 aan de Atlantische Oceaan en de Baltische Zee grenzende landen waaronder de Verenigde Staten, Rusland en Canada. Het Forum heeft ten doel op vrijwillige en vrijblijvende basis informatie te delen, ervaringen uit te wisselen en oefeningen te houden. Het Forum kent een aantal onderliggende expertgroepen. Dit jaar heeft Noorwegen het voorzitterschap van Denemarken overgenomen.

De Raad voor de Kustwacht heeft op 18 november 2009 ingestemd met het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek om in 2010 gedurende een periode van twee weken een Kustwachtvliegtuig in te zetten ter ondersteuning van Frontexoperaties in de Middellandse Zee. Door de Koninklijke Marechaussee wordt daartoe thans een inventarisatie uitgevoerd.


5. Conclusie


4 Kustwacht In Nederland, Tweede Kamer, vergaderjaar 2007-2008, 30 490, nr. 4.





Het afgelopen jaar zijn wederom verschillende stappen gezet om de aansturing van de Kustwacht verder te verbeteren en de effectiviteit van de Kustwacht verder te vergroten:
Het Sturingsmodel voor de Kustwacht is geëvalueerd en verbeterd; Een informatiedelingsprotocol wordt uitgewerkt en zal in 2010 worden afgerond, waarmee informatiegestuurd optreden (IGO) nog meer vorm en inhoud zal kunnen krijgen;
De pilot-fase van het Veiligheidsconcept Noordzee is succesvol afgerond, waarna besloten is om het Veiligheidsconcept in 2010 op het Kustwachtcentrum verder te implementeren;
De juridische grondslag voor de Kustwachtopsporingsambtenaar (KOA) is vastgelegd. De KOAs zullen in 2010 na het volgen van de daarvoor benodigde opleidingen worden ingezet;
Op basis van de eindevaluatie Kustwacht zal een aantal gerichte korte termijn acties opgepakt worden om de Kustwacht Nieuwe Stijl nog verder te optimaliseren.

De eindevaluatie heeft aangetoond dat goede resultaten zijn geboekt. Tegelijkertijd biedt de eindevaluatie ons voldoende houvast om, samen met de collegas van de andere departementen, de ingeslagen weg voort te zetten en de Kustwacht Nederland Nieuwe Stijl nog verder te optimaliseren.





Bijlage 1: Overzicht Kustwachttaken en productiecijfers

De Kustwacht Nederland Nieuwe Stijl levert een bijdrage aan: Een verantwoord gebruik van de Noordzee;
De veiligheid op zee, zowel op het gebied van dienstverlening als van handhaving; Het toezien op de naleving van (inter-)nationale wetgeving en verplichtingen.

Voor de uitoefening van haar taken kan de Kustwacht beschikken over de volgende middelen:
Twee patrouillevliegtuigen van Defensie
Een sleepboot
Diverse vaartuigen van de Rijksrederij5
Diverse vaartuigen van de Koninklijke Marechaussee Schepen en een helikopter van Defensie
Diverse vaartuigen en een helikopter van de het Korps landelijke politiediensten (KLPD)
Vaartuigen van de Koninklijke Nederlandse Reddingsmaatschappij (KNRM) Een reddingboot van de firma BST Dintelsas (Hellegat) Op basis van afspraken met de Duitse Küstenwache kan een beroep worden gedaan op Duitse noodsleepcapaciteit en (olie)bestrijding. Met de UK & Noord Ierland is een overeenkomst voor visserij-inspecties afgesloten

Op basis van de afgesloten operationele overeenkomsten kan de Directeur Kustwacht voor de uitvoering van de Kustwachttaken beschikken over ter beschikking gesteld personeel van de Algemene Inspectiedienst (AID), Belastingdienst/Douane, Defensie/Koninklijke Marechaussee, Binnenlandse Zaken/KLPD en Rijkswaterstaat.

Hieronder volgt een overzicht van de verschillende Kustwachttaken op de beleidsterreinen dienstverlening en handhaving. Ook wordt een aantal productiecijfers van de Kustwacht in 2007, 2008 en 2009 gepresenteerd.


5 Vier schepen (de Emergency Towing Vessel, de Visarend, de Zeearend en de Barend Biesheuvel) staan onvoorwaardelijk aan de directeur Kustwacht ter beschikking. Voor de overige schepen geldt een trekkingsrecht.





DIENSTVERLENING

KUSTWACHTTAAK PRODUCTIE 2007 PRODUCTIE 2008 PRODUCTIE 2009 Nood-, Spoed en 3139 meldingen 3317 meldingen 3219 meldingen Veiligheidsverkeer
Opsporing en Redding - KWC betrokken bij 1641 incidenten - KWC betrokken bij 1826 incidenten - KWC betrokken bij 1805 incidenten (SAR) - 358 Radio Medische Adviezen - 354 Radio Medische Adviezen gegeven - 381 Radio Medische Adviezen gegeven gegeven - 94 medische evacuaties uitgevoerd - 104 medische evacuaties uitgevoerd
- 104 medische evacuaties - 3124 varende en vliegende eenheden - 3128 varende en vliegende eenheden uitgevoerd ingezet ingezet
- 2749 varende en vliegende eenheden ingezet
Rampen- en - 16 scheepsongevallen - 16 scheepsongevallen - 16 scheepsongevallen Incidentenbestrijding - KWC betrokken bij 46 incidenten - KWC betrokken bij 72 incidenten - KWC betrokken bij 85 incidenten
- 66 eenheden ingezet - 107 eenheden ingezet - 116 eenheden ingezet
- 89 meldingen van drifters - 113 meldingen van drifters - 94 meldingen van drifters
- 41 meldingen van verloren ankers - 43 meldingen van verloren ankers en - 36 meldingen van verloren ankers en en kettingen kettingen kettingen
- 63 containers verloren door 2 - 2 containers verloren door 1 incidentschepen incidentschip Verkeersdiensten Advisering bij 14 nieuwe olie en gas Advisering bij 18 nieuwe olie en gas Advisering bij 23 nieuwe olie en gas platformen en verschillende offshore platformen en offshore windturbineparken platformen en offshore windturbineparken windturbineparken
Vaarwegmarkering In opdracht van DKW worden In opdracht van DKW worden In opdracht van DKW worden onderhouden: onderhouden: onderhouden:
- 21 Lichtopstanden/vuurtorens - 21 Lichtopstanden/vuurtorens - 21 Lichtopstanden/vuurtorens
- 1 Lichtplatform - 1 Lichtplatform - 1 Lichtplatform
- 107 Lichtboeien - 107 Lichtboeien - 107 Lichtboeien
- 28 Onverlichte objecten - 28 Onverlichte objecten - 28 Onverlichte objecten (Tonnen/Sparren) (Tonnen/Sparren) (Tonnen/Sparren) Beschikbaarheid meer dan 99,7 % Beschikbaarheid meer dan 99,8 % Beschikbaarheid meer dan 98,5 %





HANDHAVING

KUSTWACHTTAAK PRODUCTIE 2007 PRODUCTIE 2008 PRODUCTIE 2009 Algemene politietaak - 812 dossiers behandeld - 782 dossiers behandeld - 760 dossiers behandeld
- 215 processen verbaal - 183 processen verbaal - 161 processen verbaal
- 161 parate executies - 219 parate executies - 243 parate executies Douanetoezicht 805 douanecontroles uitgevoerd 976 douanecontroles uitgevoerd 672 douanecontroles uitgevoerd Grensbewaking - 428 controles van vaartuigen 463 controles van vaartuigen 545 controles van vaartuigen uitgevoerd uitgevoerd uitgevoerd
- 1757 personen gecontroleerd Handhaving wetgeving - 88 overtredingen tankerroutering - 107 overtredingen tankerroutering - 98 overtredingen tankerroutering m.b.t. scheepvaartverkeer waargenomen waargenomen waargenomen
- 184 overtredingen - 168 overtredingen
- 210 overtredingen verkeersscheidingsstelsel waargenomen verkeersscheidingsstelsel verkeersscheidingsstelsel waargenomen waargenomen Handhaving wetgeving 147 certificaat- en bemannings- 148 certificaat- en bemannings- 160 certificaat- en bemannings-controles m.b.t. uitrusting schepen controles visserijschepen controles visserijschepen visserijschepen Handhaving 611 controles uitgevoerd 468 controles uitgevoerd 517 controles uitgevoerd visserijwetgeving
Handhaving mijnwetgeving 9 onaangekondigde inspecties 2 onaangekondigde inspecties 3 onaangekondigde inspecties uitgevoerd uitgevoerd uitgevoerd

Noot: Vermeld kan worden dat 70% tot 80% van de door de Kustwacht medewerkers ingeleverde processen-verbaal door het OM wordt afgedaan middels het aanbieden van een transactie, waarbij de mogelijkheid wordt geboden tot het betalen van een bepaalde geldsom ter voorkoming van verdere strafvervolging. Dit heeft in het jaar 2008 geresulteerd in een totaalbedrag van 687.578,- (tot/met november 2008) aan aangeboden transactiegeldsommen en in 2009 tot 806.370,--. Bijna alle verdachten benutten deze mogelijkheid en betalen de transactiegeldsom (geïnd door het Centraal Justitieel Incasso Bureau).





Bijlage 2: Toelichting Dienstverleningsplan 2010, Handhavingsplan 2010, en Activiteitenplan en Begroting 2010

De Kustwacht Nederland Nieuwe Stijl is per 1 januari 2007 van start gegaan. Verkeer en Waterstaat is het coördinerend ministerie voor de Kustwacht en als zodanig coördineert zij de voorbereiding van de besluitvorming over het Handhavingsplan, het Dienstverleningsplan en het Activiteitenplan en Begroting. Volgens het Instellingsbesluit voor de Kustwacht van november 2006 stelt de Ministerraad de volgende documenten van de Kustwacht vast: Activiteitenplan en Begroting (APB): plan waarin is vastgelegd welke producten in het kader van de Kustwachttaken in het komende jaar worden geleverd, welke middelen daarmee zijn gemoeid en welke prioriteitsvolgorde bij de uitvoering wordt gehanteerd. Een overzichtsbegroting maakt hiervan deel uit. De Directeur Kustwacht stelt het APB op. Het APB geeft aan op welke wijze de Directeur Kustwacht uitvoering geeft aan de opgedragen taken. In dit plan zijn de beleidsbehoeften uit het Dienstverleningsplan en Handhavingsplan zo optimaal mogelijk afgestemd op het beschikbare materieel, personeel en financiële middelen.
Dienstverleningsplan: plan waarin de gewenste output van de Kustwacht op het gebied van dienstverlening is geformuleerd voor het komende jaar. Het plan is opgesteld door Verkeer en Waterstaat/Rijkswaterstaat. Handhavingsplan: plan waarin de gewenste output van de Kustwacht op het gebied van handhaving is geformuleerd voor het komende jaar. Dit plan wordt opgesteld door de Permanente Kontaktgroep Handhaving Noordzee (PKHN) onder de verantwoordelijkheid van Justitie.

agina 13 van 13 P