Hoge Raad der Nederlanden

Op 20 april uitspraak Hoge Raad over tapverbalen van gesprekken met een advocaat

De verdachte is veroordeeld wegens brandstichting in de woning van zijn ex-schoonmoeder, waarbij een bewoner om het leven is gekomen. Hij kreeg een gevangenisstraf van zeven jaar.
Tijdens het opsporingsonderzoek heeft de officier van justitie de telefoon van familieleden van de verdachte door de politie laten tappen. Daarbij zijn ook telefoongesprekken van die familieleden met de (toenmalige) advocaat van de verdachte getapt en op de band opgenomen.
De officier van justitie vermoedde dat de advocaat in die telefoongesprekken de getuigenverklaringen probeerde te beïnvloeden die de familieleden nog over het alibi van de verdachte moesten afleggen. Daarom werden de tapverbalen met toestemming van de rechter-commissaris in het strafdossier van de verdachte gevoegd. De rechtbank vond dat niet goed omdat het om vertrouwelijke gesprekken ging met een advocaat die om die reden vernietigd hadden moeten worden en gaf opdracht de tapverbalen uit het dossier te halen (rechtbank Arnhem, 22.4.2008 LJN BD0012).
In hoger beroep draaide het hof dat besluit in het belang van de waarheidsvinding weer terug. Het hof betrok vervolgens die gesprekken bij zijn bewijsbeslissingen (hof Arnhem, 16.12.2008, LJN BG7100).

Procedure bij de Hoge Raad
De verdachte heeft cassatieberoep bij de Hoge Raad ingesteld. Namens hem is door mr. W.J.E. Hendriks, advocaat in Amsterdam, onder meer geklaagd over het oordeel van het hof over de tapverbalen. Volgens hem behoort de inhoud van die verbalen tot het verschoningsrecht van de toenmalige advocaat. De verbalen hadden dus niet aan het dossier mogen worden toegevoegd en het hof had met de inhoud ervan geen rekening mogen houden.
Advocaat-generaal mr. A.J.M. Machielse heeft op 3 november 2009 in zijn conclusie de Hoge Raad geadviseerd tot vernietiging van de uitspraak van het hof Arnhem.

Uitspraak van de Hoge Raad
De Hoge Raad doet op dinsdag 20 april, 12.00 uur, uitspraak in deze zaak. Op 20 april zal om 12.30 uur een samenvatting van de uitspraak aan de pers worden gemaild en tegelijkertijd zal deze op de website rechtspraak.nl en hogeraad.nl worden gepubliceerd, met doorklik naar de volledige uitspraak.

Persraadsheer Jhr. mr. B.C. de Savornin Lohman zal op 20 april in de zittingzaal bij de uitspraak aanwezig zijn om aansluitend een toelichting te kunnen geven. Hij zal tussen 12.30 en 13.30 uur en tussen 16.00 en 17.00 uur telefonisch bereikbaar zijn (via onderstaand telefoonnummer) voor het geven van een toelichting.

Den Haag, 16 april 2010