NOC*NSF


Arnhem, 20 april 2010

Reactie Atletencommissie NOC*NSF op mogelijke nieuwe dopinggevallen

"Doping bestrijden met wat SMS-jes en een plasje, dat is toch niet teveel gevraagd ?"

De Atletencommissie van NOC*NSF ziet de beschikbaar gekomen informatie, die er op wijst dat drie Nederlandse sporters betrokken zijn bij een dopingaffaire in Wenen, Oostenrijk, als het bewijs dat een goed anti-dopingbeleid absoluut noodzakelijk is. De betrokken (ex-)sportlieden zouden zich in Oostenrijk bloedtransfusies hebben laten toedienen om hun zuurstof-opnamecapaciteit te vergroten. De Dopingautoriteit in Nederland, die nu door de Oostenrijkse collega is geïnformeerd, zal na ontvangst van de volledige dossiers mogelijk tuchtprocedures tegen deze sporters beginnen.

"Een cruciaal onderdeel van het anti-dopingbeleid is het invullen van de Whereabouts. De atleten moeten stoppen met klagen als zij regelmatig moeten aangeven waar zij voor een eventuele dopingcontrole te vinden zijn. Om het vertrouwen in de topsport te behouden, en waar nodig terugwinnen is het juist invullen van de Whereabouts belangrijk", zegt Trinko Keen, voorzitter van de Atletencommissie van NOC*NSF. Hij wijst op gemopper van topatleten Kromowidjojo (zwemmen) en Tuitert (schaatsen), omdat ook zij verplicht zijn tevoren te melden waar zij verblijven, de zogenoemde Whereabouts-regeling. Trinko Keen stelt er de constructieve houding van Ajax-coach Martin Jol tegenover, die er geen moeite mee had, toen drie spelers begin april wat urine moesten afstaan. Jol wees er op dat hij in Engeland met Hottenham Hotspur en in Duitsland met HSV aanzienlijk frequentere controles was gewend. Daar zijn controles bovendien helemaal geen punt van discussie. Internationaal is de anti-dopingbestrijding vastgelegd. Ieder land, iedere sport moet hieraan voldoen.

"Doping is een bedreiging voor de topsport en die bedreiging moet zo krachtig mogelijk worden bestreden.Tot zover is heel sportminnend Nederland het volstrekt met elkaar eens. Maar zodra een anti-dopingautoriteit ook daadwerkelijk gaat optreden, wordt vreemd genoeg het plaatje als bij toverslag anders. Dan stijgen er klaagzangen op over gebrek aan privacy en bureaucratie die buiten proportie zou zijn", zegt Trinko Keen.

"Maar doping slaat de bodem weg onder geloofwaardige topsport en onder de bereidheid van sponsors vele miljoenen in de sport te steken. Is het dan niet logisch dat je zelf als topsporter ook enige moeite moet doen?", aldus Keen, die zelf jarenlang als toptafeltennisser conform de Whereabouts-regeling moest laten weten waar hij was. Het doorgeven van die gegevens kost in praktijk overigens maar enkele minuten per dag en kan per SMS. De sporter hoeft per dag maar één specifiek uur aan te geven waar hij absoluut zeker is aan te treffen, voorgeval hij zou zijn aangewezen voor een controle. "Het is onderdeel van je vak", zegt Keen.

"Waarom vind je het invullen van een formulier voor een verzekeraar, of een woningcorporatie, of de fiscus wel normaal, maar noem je dat bij een Dopingautoriteit ineens "bureaucratie"? Keen vindt wel dat IOC en WADA moeten blijven zoeken naar een wat comfortabeler - maar even effectief ! - controlesysteem. De Atletencommissie van NOC*NSF zal iedere kans aangrijpen om verbeteringen in het systeem te bepleiten en atleten, coaches en beleidsmakers blijven wijzen om professioneel om te gaan met de verplichtingen rondom het anti-dopingbeleid.
-----------------------

Nederlands Olympisch Comité
Nederlandse Sport Federatie
Papendallaan 60
Postbus 302
6800 AH Arnhem
Telefoon (026) 4834400
Telefax (026) 4821245

---- --