Wageningen Universiteit en Researchcentrum

Persbericht 21 april 2010

Intellectueel eigendom van planten-eigenschappen moet anders

De ministers Van der Hoeven (EZ) en Verburg (LNV) hebben maandag 19 april een brief naar de Tweede Kamer gestuurd over de rol van octrooirecht in de plantenveredeling. Daarbij is het rapport "Veredelde Zaken" gevoegd dat door Wageningen UR in opdracht van beide ministers is opgesteld. In hun brief aan de Kamer stellen de ministers dat zij de problemen die voortvloeien uit het gebruik van het octrooirecht in de plantenveredeling zowel binnen als buiten Europa willen agenderen en dat zij het Nederlandse publieke kennissysteem op dit vlak verder willen ondersteunen.

Innovatieve plantenveredeling is essentieel voor de voedselvoorziening, de kwaliteit van voedsel, voor een duurzame landbouw en de beperking van pesticidengebruik. Nederland heeft een belangrijke positie in de plantenveredeling.

Tot voor kort waren genetische bronnen, de basis van de plantenveredeling, vrij beschikbaar doordat voor de plantenveredeling uitsluitend het zogenaamde kwekersrecht van toepassing was. Kwekersrecht is net zoals het octrooirecht een systeem voor de bescherming van het intellectueel eigendom van de ontwikkelaar. Maar volgens het kwekersrecht mogen plantenveredelaars elkaars rassen vrijelijk gebruiken voor de ontwikkeling van nieuwe rassen.

Door de ontwikkeling van de biotechnologie is ook het octrooirecht belangrijk geworden in de plantenveredeling. In tegenstelling tot het kwekersrecht beperkt het octrooirecht de toegang tot planteneigenschappen en onderzoeksmethoden. Daardoor kan het remmend werken op de innovatiekracht van de plantenveredeling.

Het toenemende belang van het octrooirecht binnen de plantenveredeling is een van de oorzaken geweest voor de recente concentratie van de veredelingsactiviteiten in een klein aantal grote bedrijven.

Op verzoek van beide ministers heeft het Centrum voor Genetische Bronnen, Nederland (CGN), onderdeel van Wageningen UR, een interdisciplinaire studie geleid over deze problematiek.

De studie geeft aan dat mede door de wijze waarop octrooirechten nu worden verleend en uitgeoefend, genetisch materiaal wordt afgeschermd. Ook dreigt vermindering in diversiteit aan veredelingsbedrijven te ontstaan en dreigt de innovatie in de plantenveredeling geblokkeerd te worden.

Daarom leidt de studie tot het advies om wijzigingen aan te brengen in het octrooistelsel vanwege de impact die het vigerende octrooistelsel heeft op de plantenveredeling. Dit kan onder andere gebeuren door de sector te verzoeken zichzelf te beperken in het zogenaamde strategisch octrooieren: het aanvragen van octrooien die vooral gericht zijn op het blokkeren van productontwikkeling door de concurrentie.

Daarnaast bevestigt het rapport eerdere signalen dat octrooibureaus in algemene zin veel strakker de hand zouden moeten houden aan hun eigen regels voor octrooïering. Op dit moment worden veel octrooien toegekend aan zaken die niet erg innovatief of niet absoluut nieuw zijn. Daar zou een einde aan moeten komen omdat grote aantallen overlappende octrooien, ten koste gaat van de innovatiekracht in de plantenveredeling.

Ook worden in het rapport verschillende opties aangedragen voor het veranderen van de octrooiwetgeving op nationaal, Europees en mondiaal niveau en constateren de onderzoekers dat het publieke veredelingsonderzoek versterkt moet worden.

Verder stelt het rapport dat ontwikkelingslanden gevrijwaard dienen te worden van strikte eisen van de zijde van de ontwikkelde landen ten aanzien van de inrichting van hun eigen systemen voor de bescherming van het intellectueel eigendom in de plantenveredeling.

De ministers van EZ en LNV hebben maandag 19 april het rapport met een begeleidende brief naar de Tweede Kamer gestuurd. In die brief stellen de ministers een groot aantal acties voor die grotendeels aansluiten bij de in het rapport naar voren gebrachte conclusies.


---------------------------------------