Gemeente Maassluis

Vragen CU over Rotterdam Vooruit

De gemeenteraadsfractie van de ChristenUnie (CU) heeft schriftelijke vragen aan het college van burgemeester en wethouders gesteld over Rotterdam Vooruit. De vragen luiden als volgt:

Met grote instemming en betrokkenheid hebben wij kennis genomen van de brief die namens de gemeenten van Schiedam, Vlaardingen, Maassluis en Midden-Delfland op 6 april j.l. is gestuurd aan de minister van Verkeer en Waterstaat, het dagelijks bestuur van de stadsregio Rotterdam, het dagelijks bestuur van stadsgewest Haaglanden en het college van GS Zuid-Holland.

Uw zorg over de mogelijke aanleg van de Blankenburgtunnel tussen Vlaardingen en Maassluis wordt volledig door de fractie van de ChristenUnie gedeeld. De aantasting van het toch al zo schaarse natuurgebied in de Aalkeetpolder als in de Broekpolder wordt door de geplande rijkswegen ernstig bedreigd. Eén en ander brengt ons tot de volgende vragen.


1. Kunt u en wilt u ons mededelen wat de procedure van behandeling is en wat de mijlpalen zijn van "Rotterdam Vooruit" ? Op welke momenten wordt de Raad hierover geïnformeerd en kan er in de Raad over gesproken?

2. Wanneer is het bestuurlijk overleg MIRT voorjaar 2010 gepland? Wanneer worden naar verwachting voorkeursbesluiten voor de diverse projecten genomen?

3. Kunt u de Raad uiterlijk 30 april informeren over de inzet van het college en de stadsregio in dit bestuurlijke overleg MIRT t.a.v. Rotterdam Vooruit en andere infrastructurele plannen in de regio zodat de Raad nog voor deze bestuurlijke overleggen met het college hierover van gedachten kan wisselen?
4. Kunt u een overzicht geven van de bijdragen van Rijk en stadsregio die momenteel al gereserveerd zijn voor projecten uit Rotterdam Vooruit? Klopt het dat er voor de wegenprojecten al gelden gereserveerd?

5. In hoeverre voldoet naar uw mening de verkenning Rotterdam Vooruit momenteel aan de adviezen van de commissie Elverding, n.l. een brede verkenning waarbij zoveel mogelijk maatschappelijke partijen betrokken zijn en alle alternatieven op tafel komen waarna er een voorkeursbesluit wordt genomen dat in principe niet meer wordt gewijzigd?

6. Bent u bekend met het feit dat bij de ring Utrecht pas op het allerlaatste moment door de minister, onder druk van de Tweede Kamer naar de variant "Kracht van Utrecht" is gekeken maar dat deze studie niet conform de commissie Elverding is bestudeerd?
7. Bent u bereid er voor zorg te dragen dat middels het bestuurlijk overleg MIRT bij de minister wordt afgedwongen dat bij de studie Rotterdam Vooruit de fouten die in Utrecht zijn gemaakt niet weer worden gemaakt en dat de verkenning zo breed mogelijk is conform advies Elverding en daarom de voorwaarde te stellen dat er minimaal ook wordt gekeken naar een variant waarin substantieel meer in OV dan in wegen wordt geïnvesteerd en een variant waarbij de investering in deze modaliteiten ongeveer gelijk is?
8. Klopt het dat minister Eurlings uitspraak heeft gedaan dat A4 met Vaart niet zou kunnen omdat dan de mogelijke aanleg van een A24 niet meer mogelijk zou zijn? Bent u het met ons eens dat de aanleg van een A24, die aan zou moeten sluiten op de geenszins gewenste Blankenburgtunnel, een onaanvaardbare aanslag op het natuurlijke Midden-Delfland gebied zal betekenen? Bent u het met ons eens dat met de aanleg van de A4 noord de grens is bereikt van wat voor de natuurlijke omgeving aanvaardbaar is? Welk standpunt heeft het college hierin?

9. Waarom is de eerder genoemde brief niet mede namens de gemeente Westland ondertekend? Dit mede omdat de door de ondertekenende gemeenten de aanleg van de Oranjetunnel bepleiten? Hoe staat de gemeente Westland in dit proces?

Het college zal de vragen zo spoedig mogelijk beantwoorden.