Rijksvoorlichtingsdienst

Omgeving voelt zich verantwoordelijk voor kinderen in de buurt

Mensen in de omgeving voelen zich verantwoordelijk voor andermans kinderen. Twee van de drie volwassenen denken dat het geven van het goede voorbeeld, een aanmoediging of een waarschuwing invloed heeft op het gedrag van andere kinderen. Ouders waarderen het vaak dat anderen hun kinderen aanspreken op hun gedrag. Dit staat in het onderzoek dat het ministerie voor Jeugd en Gezin heeft laten uitvoeren naar de rol van de omgeving bij de opvoeding.

Ongeveer de helft van de ondervraagden geeft aan dat ze kinderen die aan klieren zijn in een restaurant aanspreken op hun gedrag. Eén op de vijf zou helemaal niets doen in deze situatie. Een kleine groep spreekt de ouders aan of het bedienend personeel.

Veel mensen geven graag het goede voorbeeld aan kinderen in de buurt. Bijna de helft van de respondenten geeft aan normaal een rood stoplicht te negeren, maar niet als er kinderen in de buurt zijn. In het Online Opvoeddebat geeft zelfs 88% van de deelnemers aan niet door rood te lopen als er kinderen bij staan (www.opvoeddebat.nl).

Zestig procent spreekt kinderen aan op gevaarlijk gedrag, maar slechts 13 procent zou een groep jongeren van 10 jaar aanspreken op hun gedrag als ze een ander kind pesten. Zes op de tien ondervraagden geeft aan in deze situatie niets te doen, maar de jongeren goed in de gaten te houden.

Bijna acht op de tien ondervraagden zou een buurjongen of -meisje willen helpen met een vak op school. Vijftig procent zou dit zelf aanbieden, ruim 30 procent helpt alleen wanneer het hem of haar gevraagd wordt.

Eén derde van de ondervraagden zou in gesprek gaan met een ongelukkig ogend buurmeisje, maar net zoveel mensen zouden niets doen.

Twintig procent van de ondervraagden voelt zich geremd om andermans kinderen aan te spreken op hun gedrag. De onderzoekers denken dat dat te maken heeft met angst om impliciet andere ouders ervan te beschuldigen dat ze geen goede ouders zijn.

Minister André Rouvoet (Jeugd en Gezin) vindt het een mooi signaal dat het onderzoek uitwijst dat de omgeving zich medeverantwoordelijk voelt voor kinderen in de buurt. 'Het opvoeddebat dat ik nu bijna een jaar geleden heb gestart, is bedoeld om opvoeders met elkaar in contact te brengen en opvoeding bespreekbaar te maken. Als je elkaar spreekt, kun je ook makkelijker elkaars kinderen aanspreken.'

Rouvoet is blij met de uitkomst dat veel mensen bereid zijn elkaars kinderen te helpen met huiswerk en zelf het goede voorbeeld willen geven aan jongeren in de omgeving. Een positieve en betrokken sociale omgeving is van groot belang voor een gunstige ontwikkeling van kinderen. Veel minder tevreden is hij met het feit dat slechts 13 procent van de volwassenen een groep jongeren die een leeftijdsgenoot pest, op hun gedrag zou aanspreken. 'Eigenlijk een vrij schokkende uitkomst. Het geeft aan dat er sommige situaties zijn, waarin het moeilijk is om kinderen op hun ongewenste gedrag aan te spreken. Des te belangrijker is het dat mensen met elkaar in gesprek gaan. Daarom is het opvoeddebat ook zo belangrijk.'

Noot voor redacties (