Stand van zaken implementatie Europese richtlijnen en kaderbesluiten in
eerste kwartaal 2010
Kamerbrief inzake Stand van zaken implementatie Europese richtlijnen en
kaderbesluiten in eerste kwartaal 2010
Kamerbrief | 27 april 2010
Zeer geachte Voorzitter,
Hierbij leg ik uw Kamer het overzicht voor van de stand van zaken met
betrekking tot de implementatie van EG-richtlijnen en EU-kaderbesluiten
in de Nederlandse wet-en regelgeving aan het einde van het eerste
kwartaal van 2010.
In deze brief wordt eerst ingegaan op de implementatie-achterstand
zoals die op 31 maart jl. gold. Daarna worden de oorzaken van
implementatie-achterstand behandeld en worden tevens dreigende
implementatie-achterstanden genoemd.
Vervolgens volgt een opsomming van de ingebrekestellingsprocedures die
de Europese Commissie tegen Nederland is gestart als gevolg van
niet-tijdige implementatie.
Huidige achterstand
De totale implementatie-achterstand is in het eerste kwartaal van 2010
ten opzichte van het laatste kwartaal van 2009 met 8 richtlijnen
gedaald en met 1 toegenomen. Daarmee bedraagt de totale achterstand
ultimo eerste kwartaal 2010 7 richtlijnen. Dit is de kleinste
achterstand die tot nu toe is bereikt sinds het kabinet deze
overzichten in deze vorm stuurt.
Aan het einde van het vierde kwartaal 2009 waren 14 richtlijnen waarvan
de implementatietermijn is verlopen, nog niet geïmplementeerd. Van deze
richtlijnen zijn er acht gedurende het eerste kwartaal 2010
geïmplementeerd, hetgeen betekent dat zes van de `oude' richtlijnen ook
in de loop van dit eerste kwartaal nog niet zijn weggewerkt. Tegenover
de afname van acht `oude' richtlijnen staat dat in de periode 1 januari
- 31 maart 2010 één nieuwe richtlijn (die in het eerste kwartaal
geïmplementeerd diende te worden) is toegevoegd aan de achterstand. Het
gaat om één richtlijn van VROM^1.
De overschrijding van de implementatiedatum van de 7 richtlijnen
varieert sterk: zo bedroeg op 31 maart 2010 de kleinste overschrijding
77 dagen (voor 1 richtlijn bij het ministerie van VROM^1), terwijl de
uiterste implementatiedatum van een andere richtlijn (bij het
ministerie van Economische Zaken ^^1 ) met ruim 22 maanden was
overschreden. Een exacte aanduiding van de overschrijding per richtlijn
wordt vermeld op pagina 130 van bijgevoegd kwartaaloverzicht.
Bij dit alles wordt vermeld dat in het eerste kwartaal van 2010 45
richtlijnen tijdig zijn geïmplementeerd.
Het kabinet is verheugd dat de achterstand in het eerste kwartaal van
2010 het laagste niveau tot nu toe heeft bereikt.
Ook blijkens het Interne Markt Scoreboard van de Europese Commissie nr
20 (gepubliceerd 1 maart jl.) presteert Nederland naar behoren bij de
implementatie van richtlijnen op het gebied van de interne markt. Met
een gemiddelde van 0,5% achterstand (=7 richtlijnen) blijft Nederland
onder het gemiddelde van 0.7% voor de gehele Unie.
Uiteraard blijft het kabinet het implementatieproces nauwlettend in de
gaten houden, waarbij gestreefd wordt naar de voortzetting van de
dalende trend in de implementatie-achterstand.
Achterstanden en hun oorzaken
Wat betreft de oorzaken voor de implementatie-achterstand ultimo eerste
kwartaal van 2010 speelt een aantal factoren een rol. Deze factoren
worden hieronder - per ministerie - toegelicht.
Economische Zaken:
1. RL 2006/32 van 5 april 2006 betreffende energie-efficiëntie bij het
eindgebruik en energiediensten en houdende intrekking van Richtlijn
93/76/EEG van de Raad.
De oorzaken van de achterstand zijn al in eerdere appreciatiebrieven
uiteengezet. De huidige stand van zaken is dat het nader rapport
betreffende de novelle binnenkort aan de Minister van Economische Zaken
wordt voorgelegd. Daarnaast heeft recentelijk de deelnotificatie van
een aantal maatregelen plaatsgevonden zoals werkprogramma's,
meerjarenafspraken en convenanten.
Financiën:
2. RL 2007/44/EG van het EP en de Raad van 5 september 2007 tot
wijziging van Richtlijn 92/49/EEG van de Raad en de Richtlijnen
2002/83/EG, 2004/39/EG, 2005/68/EG en 2006/48/EG wat betreft
procedureregels en evaluatiecriteria voor de prudentiële beoordeling
van verwervingen en vergrotingen van deelnemingen in de financiële
sector.
Voor RL 2007/44 is een nadere toelichting voor de vertraging aan uw
Kamer per brief, d.d. 20 januari 2009, toegestuurd. (Kamerstukken II,
2008/09, 31 052, nr. 17, p. 5.) Het wetsvoorstel is op 22 januari jl.
aan de Tweede Kamer aangeboden. Daarnaast is de Tweede Kamer bij brief
van 12 april 2010 nader toegelicht over de gevolgen van vertraagde
implementatie. In de procedurevergadering van de vaste commissie voor
Financiën van woensdag 7 april 2010 is besloten dat in de
procedurevergadering na de behandeling van het eerste rapport van de
tijdelijke commissie onderzoek financieel stelsel (commissie De Wit)
het wetsvoorstel geagendeerd wordt om de inbrengdatum voor het verslag
vast te stellen.
3. RL 2008/8/EG van de Raad van 12 februari 2008 tot wijziging van
Richtlijn 2006/112/EG wat betreft de plaats van een dienst.
RL 2008/8 kent vijf verschillende implementatiedata waarvan de eerste
implementatiedatum 1 januari 2009 was. Een aantal bepalingen van
richtlijn 2008/8 moest reeds per 1 januari 2009 in de wetgeving
geïmplementeerd zijn.
Voor vier bepalingen van deze Richtlijn wordt de beperkte
geldigheidsduur verlengd met 1 respectievelijk 6 jaar. Bedoelde
bepalingen zijn destijds in de Nederlandse BTW-wetgeving
geïmplementeerd zonder een vaste einddatum. Deze bepalingen uit de
richtlijn hebben daarom niet tot nieuwe implementatiewetgeving in de
Nederlandse wetgeving geleid.
De inwerkingtredingbepalingen van de overige onderdelen van de
Richtlijn zijn nog niet verstreken. Het tweede onderdeel, met
inwerkingtreding op 1 januari 2010, is op 21 december 2009 gepubliceerd
in het Staatsblad (nr 546) en op 01 januari 2010 in werking getreden.
Notificatie bij de Commissie heeft op 5 januari 2010 plaats gevonden.
De overige onderdelen dienen te zijn geimplementeerd op 1 januari 2011,
1 januari 2013 en op 1 januari 2015.
Justitie:
4. RL 2007/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 juli 2007
betreffende de uitoefening van bepaalde rechten van aandeelhouders in
beursgenoteerde vennootschappen.
Het wetsvoorstel ter uitvoering van de richtlijn is op 8 december 2009
door de Tweede Kamer aanvaard en ligt thans voor behandeling in de
Eerste Kamer. De Eerste Kamer heeft op 19 februari 2010 een voorlopig
verslag uitgebracht. De memorie van antwoord zal naar verwachting in
april verzonden worden.
VenW:
5. RL 2007/58/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober
2007 tot wijziging van Richtlijn 91/440/EEG van de Raad betreffende
ontwikkeling van de spoorwegen in de Gemeenschap, en van Richtlijn
2001/14/EG van het Europees Parlement en de Raad inzake de toewijzing
van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het
gebruik van spoorweginfrastructuren.
6. RL 2007/59/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober
2007 inzake de certificering van machinisten die locomotieven en
treinen op het spoorwegsysteem van de Gemeenschap besturen.
Er is een achterstand in de implementatie van richtlijn 2007/58/EG
(Liberaliseringsrichtlijn) en richtlijn 2007/59/EG
(Machinistenrichtlijn), beide onderdeel van het Derde Europese
spoorpakket. Dit wordt veroorzaakt door de grote omvang en complexiteit
van de wet- en regelgeving die voor de implementatie van de richtlijnen
nodig is. Het wetsvoorstel waarmee het Derde en Vierde Europese
Spoorpakket geïmplementeerd worden, is begin januari aangeboden aan de
Tweede Kamer. Implementatie zal in 2010 afgerond zijn.
VROM:
7. RL 2007/23 van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007
betreffende het in de handel brengen van pyrotechnische artikelen.
In de vorige appreciatiebrief werd reeds gemeld dat op 28 december 2009
en 31 december 2009 een AmvB en een regeling gepubliceerd zijn die
strekken tot gedeeltelijke implementatie van de richtlijn. De
resterende verplichtingen van de richtlijn zullen door middel van twee
regelingen worden geïmplementeerd. Een regeling met nadere technische
specificaties behorend bij de hiervoor genoemde AmvB is begin april
conform richtlijn 98/34/EG ter technische notificatie aangeboden aan de
Europese Commissie. De tweede regeling betreft nieuwe regelgeving met
betrekking tot producten die momenteel niet onder een regeling vallen.
Beide regelingen zullen naar verwachting medio 2010 gepubliceerd
worden. De implementatie van de richtlijn die op 4 januari 2010
voltooid had moeten zijn, zal daarmee een half jaar later worden
afgerond. De reden dat de regelingen vertraagd zijn, is enerzijds een
aantal lastige technische eisen en anderzijds onduidelijkheid bij de
implementatie over de uitleg van een aantal begrippen in de richtlijn.
Dreigende overschrijding
Bij een tweetal richtlijnen dreigt in meer of mindere mate een
overschrijding.
1. RL 2008/51/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2008
tot wijziging van Richtlijn 91/477/EEG van de Raad inzake de
controle op de verwerving en het voorhanden hebben van wapens
(Justitie). De implementatie betreft een technisch ingewikkelde
uitvoeringskwestie, hetgeen er vermoedelijk toe zal leiden dat de
uiterste implementatiedatum van 28 juli 2010 niet gehaald zal
worden.
2. RL 2008/57/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni
2008 betreffende de interoperabiliteit van het spoorwegsysteem in
de Gemeenschap (herschikking). De richtlijn 2008/57/EG is onderdeel
van het Vierde Europese spoorpakket dat samen met het Derde
Europese spoorpakket geïmplementeerd wordt. De dreigende
overschrijding kent derhalve dezelfde toelichting als boven bij de
richtlijnen 2007/58/EG en 2007/59/EG.
Ingebrekestellingsprocedures
Per brief d.d. 5 februari kenmerk 21109-194/2010D06375 verzocht u dat
in brieven zoals deze, naast de infracties ten aanzien van de termijnen
ook een overzicht van de lopende infracties wegens (vermeende) onjuiste
implementatie van Europese richtlijnen en kaderbesluiten wordt gegeven.
Het kabinet heeft neemt uw verzoek in positieve overweging, maar vraagt
begrip voor het feit dat het samenstellen van zo'n overzicht meer tijd
vergt. Daarom gaat u ditmaal nog toe een overzicht van infracties
wegens te late implementatie. Ik zeg u toe dat bij de volgende
kwartaalbrief de door u gewenste informatie zal worden verschaft.
Intussen wil ik u attenderen op het feit dat een actueel overzicht van
inbreukzaken voor eenieder te raadplegen is op de website van de
Europese Commissie via de link
http://ec.europa.eu/community_law/infringements/infringements_decisions
_nl.htm
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs M.J.M. Verhagen
Ministerie van Buitenlandse Zaken