Rechtbank Utrecht
Dertig en zestien jaar gevangenisstraf na drugsmoord in Utrecht
28 april - Een 27-jarige en 22-jarige man uit Rotterdam zijn woensdag
veroordeeld tot gevangenisstraffen van respectievelijk 30 jaar en 16
jaar. De rechtbank in Utrecht achtte bewezen dat het tweetal in januari
2008 aan de Dickenslaan in Utrecht een man met een vuurwapen om het
leven bracht na een ruzie om drugs.
De rechtbank baseerde die overtuiging onder meer op
getuigenverklaringen, aangetroffen DNA-sporen in een vluchtwagen en
afgeluisterde telefoongesprekken. De rechtbank verbond geen
consequenties aan het feit dat voor een deel van de afgeluisterde
telefoongesprekken het wettelijk vereiste bevel van de officier van
justitie ontbrak. De rechtbank oordeelde dat de verdachten hierdoor
niet in hun verdediging waren geschaad, omdat zowel de
rechter-commissaris als het college van Procureurs-Generaal toestemming
hadden gegeven voor het opnemen van de gesprekken.
De rechtbank achtte de twee daarnaast schuldig aan een later gepleegde
poging tot beroving in een woning in Eindhoven, waarbij zij ook gebruik
maakten van een vuurwapen. De jongste verdachte werd daarnaast schuldig
bevonden aan een beroving in Breda, waarbij ook een vuurwapen werd
gebruikt.
De straf die de rechtbank aan de 22-jarige verdachte oplegde was
conform de eis. De officier van justitie had tegen de 27-jarige man een
levenslange gevangenisstraf geëist. De man was net elf dagen vrij,
nadat hij zes jaar had uitgezeten van een gevangenisstraf van negen
jaar wegens berovingen met gebruikmaking van een vuurwapen. Dat heeft
hem er niet van weerhouden om zich weer schuldig te maken aan een
soortgelijk feit - waarbij nu een slachtoffer werd gedood - en later
nog een poging tot het plegen van een woningoveral te doen. De
rechtbank noemde in dat licht bezien de vordering van de officier van
justitie begrijpelijk
De rechtbank stelde daar tegenover dat de verdachte nu 27 jaar oud is,
dat levenslange gevangenisstraf - behalve de mogelijkheid van gratie -
levenslang duurt en dat tussentijdse toetsing van zo'n straf naar de nu
van kracht zijnde wettelijke regelingen niet aan de orde is. Daarom zou
veroordeling tot levenslange gevangenisstraf de verdachte ieder
perspectief op invrijheidstelling ontnemen.
De rechtbank koos er daarom voor om verdachte te veroordelen tot een
tijdelijke gevangenisstraf van de maximale duur. Dat betekent dat
verdachte vele jaren uit de samenleving is verwijderd en dat, er vanuit
gaand dat op termijn een voorwaardelijke invrijheidstelling
plaatsvindt, terugkeer naar de samenleving dan onder strikte
voorwaarden kan plaatsvinden en langdurig kan worden begeleid. De
rechtbank was van oordeel dat daarmee zowel vanuit het oogpunt van
vergelding als vanuit het oogpunt van beveiliging van de maatschappij
recht wordt gedaan aan de ernst van de feiten en de gevolgen die deze
hebben gehad voor de nabestaanden.
De uitspraken worden zo spoedig mogelijk op deze website gepubliceerd
Bron: Rechtbank Utrecht
Datum actualiteit: 28 april 2010 Naar boven