Rijksvoorlichtingsdienst

Raad VenW: mobiliteitsbeleid sluit onvoldoende aan op de belevingswereld van de reiziger. Zonder ingrijpende maatregelen raken openbaar vervoer en fiets verder achterop.

Mensen willen zelf keuzes kunnen maken, individualisme neemt toe. Gebruik van ICT opent nieuwe wegen. Er is een grote kans dat de lontjes in het verkeer nog korter worden. Dit zijn trends waar overheden en vervoerbedrijven snel op in moeten spelen.

Dat stelt de Raad voor Verkeer en Waterstaat in zijn advies over de effecten van veranderingen in demografie en leefstijlen op mobiliteit ´Wie ik ben en waar ik ga´. Dit advies heeft de Raad op 3 mei aan demissionair minister Eurlings van Verkeer en Waterstaat aangeboden. Het beleid dient beter aan te sluiten bij wat de reiziger beweegt.

De Raad constateert dat bij ongewijzigd beleid de populariteit van de auto onverminderd hoog zal blijven en de populariteit van het openbaar vervoer en de fiets onder druk komen te staan. Dat heeft gevolgen voor de bereikbaarheid van stedelijke gebieden én van het platteland. Het zal het tegenovergestelde brengen van wat een duurzaam mobiliteitsbeleid nastreeft.

De voorkeur voor de auto heeft zowel te maken met veranderingen in de samenstelling van de bevolking als de manier waarop mensen in het leven staan.


- Zo gaat de babyboomgeneratie de komende jaren met pensioen. Het autobezit onder deze groep is hoog en zij zullen de auto blijven gebruiken.


- Onder allochtone bevolkingsgroepen heeft de auto een hoge status en wordt de fiets vaak geassocieerd met armoede. Nu maken zij nog veel gebruik van het openbaar vervoer, maar naar mate hun sociale positie verbetert, zullen ze gemakkelijker overstappen naar de auto.

Verder wordt bevestigd dat jongeren hoge eisen stellen aan informatie. Digitaal communiceren past bij hun belevingswereld. Met name in het openbaar vervoer worden hierbij veel kansen gemist. Innovatie moet niet alleen van deskundigen komen, maar juist ook van de burgers zelf..

De Raad verwacht een verschuiving in leefstijlen. Individualisme neemt toe, gezagsgetrouwheid wordt minder. De Raad constateert een groeiende behoefte aan zelfsturing: mensen willen hun eigen keuzes kunnen maken. Deze verschuivingen betekenen een toename van sociale groepen die status, gemak, snelheid, flexibiliteit, transparantie, keuzevrijheid en onafhankelijkheid hoog waarderen. Deze kenmerken worden nu voornamelijk aan de auto toegedicht. Het betekent ook een risico op een toename van asociaal verkeersgedrag. Overheid en vervoerbedrijven moeten hierop inspelen door intensief gebruik te maken van ICT-toepassingen, gemak te bevorderen, keuzemogelijkheden te bieden en door de grenzen van zelfsturing consequent te handhaven.

Noot voor redacties (