Ingezonden persbericht


Persbericht:

16 mei 2010

Jaime Ortega: de bangelijke kardinaal?


* Cubaanse kerk wil kleine voorrechten niet verliezen
* Instemming met pleidooi voor Damas de Blanco

Bijna 30 jaar is Jaime Lucas Ortega y Alamino (1936) nu aartsbisschop van Havana. De omwenteling in Cuba in 1959 maakte hij niet mee omdat hij toen als priesterstudent in Quebec studeerde. In 1964 werd hij tot priester gewijd, maar al snel daarna gevangen gezet in een zogeheten UMAP, een straf- en heropvoedingskamp. Met hem verkeerden daar vele duizenden kunstenaars, vrijmetselaars, Jehova's Getuigen, intellectuelen, priesters en dominees die in de ogen van het Castro-regime tot de contrarevolutie behoorden en afweken van de 'juiste lijn van de Revolutie.'

Ortega en de andere Cubaanse bisschoppen hadden in 1993 een scherpe aanvaring met Fidel Castro toen de brief El amor todo lo espera - Ieder hoopt op Liefde werd gepubliceerd. Een harde campagne tegen de katholieke kerk in de Cubaanse partijpers was het gevolg. De voorbereidingen van het bezoek van paus Johannes Paulus II stagneerden er door. Dat vond uiteindelijk pas in 1998 plaats, waarna er ook meer ruimte kwam voor activiteiten van de katholiek kerk. Bijvoorbeeld in radio-en en televisieprogramma's, bij kerkelijke feestdagen, er kwamen meer mogelijkheden voor kerkrestauratie en het houden van processies.

De relaties tussen kerk en staat zijn verbeterd. Jaime Ortega* speelde daarbij een belangrijke rol. Cubaanse ballingen verwijten hem in harde bewoordingen het steeds vaker op een akkoordje te gooien met 'de onderdrukkers' in Cuba. Maar een Nederlandse journalist schreef kortgeleden over 'een van de weinige onafhankelijke geesten op het eiland.' De Argentijnse publicist Andres Oppenheimer noemde hem kortgeleden in een van zijn veelgelezen columns een 'bangelijke kardinaal.' Het bisdom reageerde scherp: 'Riooljournalistiek.'

Jaime remt af
Oppenheimer, auteur van Castro's Final Hour, meent dat Ortega een rem is bij de pogingen de schendingen van mensenrechten in Cuba aan te klagen. Hij baseert zich o.a. op gesprekken met Cubaanse priesters en met de hongerstakende dissident Fariñas. Oppenheimer verwelkomt de recente uitspraken van Ortega waarin hij het opneemt voor de Damas de Blanco, maar concludeert dat hij 'weinig bewondering' voor Ortega kan opbrengen. Woordvoerder Márquez van de Cubaanse bisschop spreekt over 'riooljournalistiek'.

Orlando Márquez, die tevens redacteur van het kerkelijk blad Palabra Nueva is, schrijft dat dit 'snelgefabriceerde artikel, zonder overleg en onderzoek, de geest vergiftigt en de omgeving vervuilt met de leugens die zich ongeremd verspreiden onder de passieve lezers.' Oppenheimer stelt in zijn column dat 'na jaren van beschamend gebrek aan daadkracht, de leider van de katholieke kerk in Cuba, kardinaal Jaime Ortega, zich ietwat explicieter verzet tegen de meest flagrante schendingen van de Cubaanse dictatuur. Maar het gebeurt timide en het is te laat.'

Mediageweld
Andres Oppenheimer is vooral beledigd door de term 'mediageweld', die de kardinaal in een recent interview in april jl. gebruikte om de internationale reactie te beschrijven op de dood van hongerstaker Orlando Zapata, de acties tegen de Damas de Blanco en de hongerstaking van Fariñas. Márquez geeft toe dat de term 'mediageweld' hard geformuleerd is, maar wijst op 'de agressiviteit, strijdbaarheid, bitterheid, boosheid, oorlogszucht, overdrijving en haat' in de berichtgeving over genoemde gebeurtenissen. Dat heeft geleid tot een 'verergering van de crisis,' aldus de woordvoerder. Oppenheimer vraagt zich af of de kardinaal 'de internationale media beschuldigt omdat zij informatie verstrekken over de dood van een persoon, die na een hongerstaking en een veroordeling omdat hij vreedzaam zijn opvattingen verspreidde, stierf. (...) 'Beschuldigt de kardinaal de internationale media omdat zij signaleren dat Cuba meer dan 200 politieke gevangenen telt? Beschuldigt de kardinaal de journalisten dat zij melden dat het Internationale Rode Kruis wel de gevangenis op Guantamo Bay kan bezoeken terwijl Cuba dit verzoek om Cubaanse gevangenissen te bezoeken, naast zich neerlegt?’

Hongerstaker Fariñas
Oppenheimer heeft hongerstaker Farinas ook gevraagd waarom de reacties van de kardinaal zo voorzichtig zijn. Volgens Fariñas komt dat omdat 'Jaime Ortega in het begin zelf politiek gevangene was en men weet hoe hij werd mishandeld, hoe ze hem sloegen en hoe degenen die nu aan de macht zijn, geprobeerd hebben hem van gedachten te doen veranderen.' (...) 'De kerkelijke hiërarchie wil nu de voorrechten waarover men beschikt niet verliezen, zoals het hebben van seminaries en wat ruimte op de radio en televisie. Maar ik spreek over de nationale hiërarchie van de katholieke kerk, want we kunnen niet zeggen, dat alle ambtsbroeders in het land er hetzelfde over denken.’

Waarom?
Orlando Márquez zegt veel artikelen over Cuba en de kerk onder ogen te krijgen, waarbij hij zijn wenkbrauwen fronst of moet lachen. Maar hij vraagt zich wel af waarom iemand die niet ontwetend is en wiens woord geloofd wordt als 'het woord van God' een dergelijk artikel publiceert. Oppenheimer blijft geen andere conclusie over dan dat kardinaal Ortega de geschiedenis zal ingaan als de kardinaal die de opdracht van welke godsdienst dan ook om de onderdrukten te verdedigen, niet vervulde en dat hij door veel collega-priesters in Cuba slechts wordt beschouwd als een rem op een minder timide verdediging van de mensenrechten in het land.


* in 1994 werd Ortega benoemd tot kardinaal.

Reactie van het bisdom Havana op de tekst van Oppenheimer (Spaanstalig) Het kerkblad van het aartsbisdom publiceerde op deze webpagina ook een recent bericht van het persbureau AP over de rol die de kardinaal begin mei speelde rond de stille tochten van de Damas de Blanco. Dankzij de druk die Ortega uitoefende op de Cubaanse autoriteiten, kan deze mensenrechtengroepen op zondag weer de stille tocht organiseren, waarin om de vrijlating van hun gevangen familieleden wordt gevraagd.

Tekst van Oppenheimer