Ingezonden persbericht
Ouder anno 2010: zelfverzekerd, maar wel op zoek
naar bevestiging
Veelheid adviezen van 'zelfbenoemde opvoedexperts' veroorzaakt verwarring
Amstelveen, 19 mei 2010 - Ouders van baby's en peuters anno 2010 zijn zelfverzekerd over hun rol als ouder, maar hebben daarnaast veel behoefte aan begeleiding en advies over opvoeding. Dat blijkt uit een onderzoek van Fisher-Price onder meer dan 2.000 ouders van kinderen in de leeftijdscategorie van 0-2 jaar uit Nederland, Denemarken, Zweden, Noorwegen, Finland, Duitsland en België. Het overschot aan adviezen van 'zelfbenoemde opvoedexperts' in de media en zogenaamde 'internetwijsheid' veroorzaakt regelmatig verwarring.
Speelgoedfabrikant Fisher-Price voerde begin 2010 een onderzoek uit onder 2.116 ouders van 0-2 jarigen in 7 Europese landen: Denemarken, Zweden, Noorwegen, Finland, Duitsland, België en Nederland. Hiervan kwam 15% uit Nederland (314 ouders).
Bevestiging buitenwereld belangrijk voor jonge ouder
Het onderzoek toont aan dat de gemiddelde ouder zich 'zeker voelt' in de rol van ouder, of zegt dat hij of zij dat is. Wel geeft de helft van de ouders aan voortdurend bevestiging van de buitenwereld te zoeken. Ouders hechten veel belang aan het beeld dat andere mensen van hen als ouder hebben. Bijna driekwart van de Nederlandse ouders is voortdurend op zoek naar informatie over opvoeding en ouderschap. Gemiddeld was dat in de onderzochte landen meer dan de helft. Zo zoeken ouders vaak naar antwoorden op internet en vragen ze een arts, expert, familielid of vriend(in) om advies. Enerzijds zeggen ouders dus dat ze zelfverzekerd zijn, maar blijkt dat ze dat in de praktijk niet altijd zijn. Deense en Finse ouders vormen hier een uitzondering op; zij zijn minder op zoek naar kennis over opvoeding.
Dr. Frans Plooij, psychobioloog en auteur van de serie Oei, ik groei!-boeken, tijdschrift en website zegt over deze paradox: "Als er een fase in je leven is waarin je duidelijk merkt dat ratio en emoties niet op een lijn liggen, dan is het de fase van het ouderschap wel, en dan met name de babytijd. Dit onderzoek laat zien dat ouders rationeel eigenlijk best wel weten dat ze goed bezig zijn, maar emotioneel toch altijd een beetje twijfelen, tips zoeken of bevestiging. Die twijfels over het ouderschap zijn eigenlijk heel erg goed. Het houdt ouders scherp."
Verwarring door tegenstrijdigheden
De meerderheid van de ouders gelooft dat er voldoende goede informatiebronnen zijn over ouderschap en opvoeding. Dat geldt iets minder voor ouders in Duitsland en België. Wel vinden ouders (meer dan 87%) regelmatig conflicterende antwoorden op hun vragen, wat ertoe leidt dat ouders verward en onzeker raken. In dat geval vertrouwen ze vooral op hun eigen instinct, met name ouders uit de Scandinavische landen.
Volgens Frans Plooij ontstaat er verwarring, doordat steeds meer mensen de rol van opvoedexpert op zich nemen en conflicterende boodschappen verspreiden.
"Vroeger stelde je je vragen aan je moeder, en dat was dat. Lekker duidelijk en altijd een goed bedoeld advies. Of dat advies de juiste was laat ik in het midden, maar het veroorzaakte in ieder geval niet zoveel twijfels bij ouders als tegenwoordig. Er is in Nederland, maar ook in andere landen een grote markt van zelfbenoemde experts die veel en allerlei soorten advies geven aan ouders, terwijl deze nauwelijks zijn onderbouwd. Denk aan beroemdheden, andere vaders en moeders, coaches en adviseurs, de schoenverkoper die iets zegt over de manier waarop een kind loopt. Zij zullen ongetwijfeld iets over opvoeding weten, maar niet genoeg om een echte mening daarover te kunnen vormen, laat staan advies te geven. Door al deze tegenstrijdige meningen weten ouders niet meer wat ze moeten denken en worden ze onzeker. Ouders zijn erbij gebaat als de zelfbenoemde experts duidelijk zouden maken dat iets hun mening is, maar niet perse een feit. Nog beter zou het zijn als mensen iets minder vaak adviezen en commentaar zouden geven aan jonge ouders, maar dat is een utopie. We leven in een wereld waarbij ieders mening belangrijk is. Communicatie is zo makkelijk geworden dat mensen, zonder er lang bij na te denken, informatie op het web gooien en zich niet realiseren welke impact dit kan hebben. Mijn advies is dat ouders zich kritisch moeten opstellen t.o.v. zelfbenoemde experts en beroemdheden in de media. Ze zouden zich meer moeten richten op vakprofessionals met de juiste expertise en ervaring anno 2010'' aldus Plooij.
Toegankelijkheid en gemak belangrijker dan geloofwaardigheid
De bronnen die ouders primair gebruiken voor informatievoorziening blijken niet die bronnen te zijn die ze het meest geloofwaardig achten. Ouders vinden kinderartsen, opvoedkundigen en academische experts het meest geloofwaardig wat betreft advies over ouderschap en opvoeding. Echter, ouders richten zich in het dagelijks leven eerder tot familie en vrienden voor advies en begeleiding. Internet is een toegankelijke en eenvoudig te gebruiken bron. Daardoor is het voor ouders een meer populaire bron van informatie dan een boek, tijdschrift of krant. Ouders bezoeken ook graag sites waar ze met andere ouders in contact komen, zoals forums en communities. Tegelijkertijd beschouwen ze deze bronnen niet als zeer betrouwbaar.
Belgische en Nederlands ouders vertrouwen vooral op professionals, Duitse ouders op familie. Nederlandse en Deense ouders vertrouwen gemiddeld iets meer op beroemde ouders dan ouders uit anderen landen.
Thuissituatie wereld van verschil
De thuissituatie en opvoeding van kinderen verschilt per land. In Nederland wordt het kind het grootste deel van de week thuis verzorgd door een ouder of grootouder. Dit is alleen het geval bij naar schatting de helft van de kinderen in Noorwegen, Zweden en Denemarken. Daar maken ouders primair gebruik van opvangfaciliteiten. Ook is er een duidelijk verschil tussen het aantal ouders dat een fulltime baan heeft. Over het algemeen zijn ouders uit Denemarken, Zweden en Noorwegen een stuk ouder wanneer ze hun eerste kind krijgen. Ongeveer de helft van de ouders vindt het leven als ouder erg stressvol of stressvol. In Noorwegen ligt dit percentage een stuk lager (minder dan 30%).
80 jaar speelervaring
Waar mogelijk biedt Fisher-Price ouders voorlichting en advies over spelen en speelgoed om de ontwikkeling van kinderen positief te beïnvloeden. Daarbij maakt zij gebruik van 80 jaar speelervaring. Fisher-Price ontdekte al vroeg dat spelen, naast slapen en eten, één van de basisbehoeften van kinderen is. Spelen helpt kinderen hun omgeving te begrijpen en motorische en sensorische vaardigheden te ontwikkelen. Volgens Fisher-Price dient elk stuk speelgoed aan vier basisprincipes te voldoen: kwaliteit, veiligheid, speelplezier en educatieve waarde. Psychologen, pedagogen en ontwerpers zorgen er al 80 jaar voor dat deze belofte bij de productontwikkeling wordt nagekomen.
Over Fisher-Price:
Fisher-Price Inc., een dochterbedrijf van Mattel Inc., met hoofdkantoor in East Aurora (N.Y.), is wereldwijd toonaangevend op het gebied van speelgoed voor baby's en peuters. Het bedrijf staat al 80 jaar voor kwalitatief hoogwaardig speelgoed dat de ontwikkeling van kinderen bevordert en ondersteunt. Het vaak geïmiteerde Play Laboratory (Play Lab) was het eerste ontwikkelingscentrum van zijn soort in de speelgoedindustrie. Het stelt de onderzoekers in staat om te onderzoeken op welke manier kinderen spelen en hoe het spel de ontwikkeling van het kind positief beïnvloedt. De bekendste 'klassieke' merken van het bedrijf zijn Little People®, Power Wheels® en View-Master®. Fisher-Price is echter ook een toonaangevende fabrikant van babyspullen (babyschommels, wipstoeltjes, kinderstoelen, babyfoons) en biedt een breed aanbod licentiespeelgoed van hoogwaardig kinderseries zoals Sesamstraat®, Dora the Explorer(TM) en Winnie the Pooh(TM). Op
Noot voor de redactie,