Centraal Bureau voor de Statistiek
Persbericht
PB10-039
20 mei 2010
Groei van de uitgaven aan zorg blijft hoog
· Beperkte toename uitgaven aan huisartsenpraktijken en
geneesmiddelen
· Bovengemiddelde toename uitgaven aan geestelijke
gezondheidszorg en gehandicaptenzorg
· Aandeel zorguitgaven in bruto binnenlands product fors gestegen
In 2009 waren de uitgaven aan de zorg, gezondheids- en welzijnszorg
tezamen, 83,8 miljard euro. Dit is 5,8 procent meer dan in 2008. In de periode
2004-2008 zijn de uitgaven aan zorg steeds harder gaan groeien. De stijging
in 2009 is iets lager dan een jaar eerder. Maar in 2008 werd dit beïnvloed door
de incidentele sterke stijging van de uitgaven aan hulpmiddelen (brillen). Door
een toenemend aantal banen en de stijging van de lonen nam de loonsom van
de zorginstellingen in 2009 met ongeveer 5,5 procent toe.
De uitgaven aan ziekenhuiszorg en specialistenpraktijken zijn in 2009 met 7,3
procent gestegen. In 2008 bedroeg de stijging bijna 9 procent. De uitgaven
aan ziekenhuiszorg en specialistenpraktijken maken ruim een kwart uit van de
totale uitgaven aan zorg.
De uitgaven aan tandartsen- en paramedische praktijken zijn in 2009 met
respectievelijk 8,1 en 7,6 procent gestegen. Bij de tandheelkundige zorg
namen met name de kosten van implantaten en prothesen bij volwassenen
toe. De uitgaven aan huisartsenpraktijken vertoonden een groei van 2,7
procent.
De uitgaven aan via apotheken verstrekte geneesmiddelen zijn met 1,7
procent toegenomen. De voortzetting van het preferentiebeleid van de
zorgverzekeraars heeft geleid tot een verdere prijsdaling van medicijnen
waarvan het patent is verlopen. Het preferentiebeleid houdt in dat een
zorgverzekeraar binnen een groep van onderling vergelijkbare
ln.... geneesmiddelen een voorkeursmiddel aanwijst. Meestal is dat het
goedkoopste geneesmiddel in de groep.
sbc.... De uitgaven aan gehandicaptenzorg en ouderenzorg zijn in 2009 gestegen
met respectievelijk 9,0 en 4,7 procent. De groei bij de gehandicaptenzorg is
onder meer het gevolg van capaciteitsuitbreidingen, terwijl de relatief beperkte
groei bij de ouderenzorg is veroorzaakt door versoberingen op het gebied van
begeleiding.
w De uitgaven aan geestelijke gezondheidszorg laten in deze eerste raming een
forse groei zien in 2009. Over de laatste twee jaar zijn deze uitgaven met
w gemiddeld ongeveer 8,5 procent per jaar toegenomen. De overgang in 2008
w van een groot deel van de geestelijke gezondheidszorg van de AWBZ naar de
Zorgverzekeringswet, in combinatie met de introductie van een nieuwe
CBS Persbericht PB10-039 pagina 1 van 4
financieringssystematiek, heeft tot gevolg dat de cijfers over de geestelijke
gezondheidszorg met extra onzekerheden zijn omgeven.
Het aandeel van de zorguitgaven in het bruto binnenlands product (bbp) is in
2009 gestegen tot 14,7 procent. In 2008 was dit nog 13,3 procent. Deze forse
stijging is het gevolg van een sterke daling van het bbp (-4,0 procent) door de
economische recessie gecombineerd met een voortgaande groei van de
zorguitgaven.
Ook in 2002-2003 was er sprake van een sterke stijging van het aandeel van
de zorguitgaven in het bbp. In deze periode groeide de Nederlandse
economie nauwelijks. Destijds is dit niet gevolgd door een periode waarin het
het aandeel van de zorguitgaven daalde.
In 2009 bedroegen de uitgaven per hoofd van de bevolking 5069 euro tegen
4818 euro in 2008 (+5,2 procent).
Grafiek 1. Uitgaven aan zorg als percentage van het BBP 1998-2009
15,0
14,6
14,2
13,8
13,4
13,0
12,6
12,2
11,8
11,4
11,0
1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007' 2008* 2009*
') 2007 en volgende jaren: cijfers zorguitgaven na revisie.
*) voorlopige cijfers.
Bron: CBS
Technische toelichting
De cijfers in de Zorgrekeningen zijn gereviseerd. De belangrijkste wijzigingen
houden verband met het niet meer opnemen van de niet-zorgactiviteiten van
de zorgaanbieders (met name bij de instellingen) en het gebruik maken van
de uitkomsten van statistieken die worden samengesteld in het kader van de
maatschappelijke verantwoording (jaardocument zorg). Op het niveau van het
totaal van de zorguitgaven hebben deze wijzigingen echter slechts een gering
effect.
De Zorgrekeningen omvatten het volledige terrein van de gezondheids- en
welzijnszorg. De terreindekking in de Zorgrekeningen wijkt af van die van het
ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Het ministerie van
VWS bakent de zorgkosten af in termen van ministeriële verantwoordelijkheid.
Centraal daarin staan de begrotingsgefinancierde uitgaven, bijvoorbeeld op
het terrein van de programmatische preventie, en het Budgettair Kader Zorg
(BKZ) dat de zorg omvat die uit de collectieve premies wordt gefinancierd.
Daarbuiten vallen bijvoorbeeld de kosten van gemeentelijke
gezondheidsdiensten, arbodiensten, praktijken voor alternatieve
CBS Persbericht PB10-039 pagina 2 van 4
gezondheidszorg en kinderopvangcentra, evenals de uitgaven aan zorg die
via aanvullende verzekeringen worden gedekt.
Tegelijk met de overheveling van de curatieve geestelijke gezondheidszorg
naar de basisverzekering in 2008 is in de geestelijke gezondheidszorg ook
een nieuwe financieringssystematiek op basis van Diagnose Behandel
Combinaties (DBC's) ingevoerd. De wijze van declareren door de
zorgaanbieders en de manier van boeken van de schade door de
zorgverzekeraars zijn hierdoor ingrijpend gewijzigd. De instellingen declareren
hun kosten vanaf 2008 op basis van DBC's, terwijl de zorgverzekeraars de
kosten van een DBC in hun geheel moeten boeken bij de opening van een
DBC. De in dit persbericht vermelde cijfers over 2008 en 2009 voor de
geestelijke gezondheidszorg zijn gecorrigeerd voor administratieve effecten
van deze wijziging. Omdat van deze effecten nog geen definitief beeld
beschikbaar is zijn de cijfers voor 2008 en 2009 van de geestelijke
gezondheidszorg met extra onzekerheden omgeven.
In de ziekenhuiszorg wordt voor de financiering onderscheid gemaakt tussen
het DBC-A en DBC-B segment. Voor de geleverde diensten in het DBC-A
segment gelden vaste tarieven, terwijl voor de diensten in het DBC-B segment
de tarieven het resultaat zijn van onderhandelingen tussen zorgaanbieders en
zorgverzekeraars. In 2009 is de omvang van het DBC-B segment verder
vergroot van circa 20 naar ruim 30 procent van de totale DBC-gefinancierde
zorg.
De kosten van beleids- en beheerorganisaties hebben betrekking op de
kosten van de zorgverzekeraars voor de uitvoering van de
Zorgverzekeringswet, AWBZ en aanvullende verzekeringen, alsmede op de
kosten van de overheid voor beleid en toezicht en op de kosten van
overkoepelende organen op gezondheids- en welzijnsterrein.
Naast het nationale cijfer over de uitgaven aan gezondheids- en welzijnszorg
is er ook een internationaal afgestemd cijfer over de uitgaven aan
gezondheidszorg. Met dat cijfer is het mogelijk de uitgaven aan
gezondheidszorg tussen landen te vergelijken. Het aandeel van de uitgaven
aan gezondheidszorg (volgens de internationale definitie) in het BBP bedraagt
in 2009 naar schatting 10 procent, tegen 9,1 procent in 2008.
De gepresenteerde bedragen zijn in lopende prijzen. Gegevens over prijs- en
volumeontwikkelingen komen in een later stadium beschikbaar.
CBS Persbericht PB10-039 pagina 3 van 4
Tabel 1. Uitgaven aan aanbieders van zorg, 2007-2009
2007 2008* 2009* 2009*
%-mutatie
mln euro t.o.v. 2008
Totale uitgaven 74362 79241 83809 5,8
Aanbieders gezondheidszorg 43138 46026 48602 5,6
Ziekenhuizen, specialistenpraktijken 18275 19902 21353 7,3
Verstrekkers van geestelijke gezondheidszorg 4634 4894 5470 11,8
Huisartsenpraktijken 2425 2439 2505 2,7
Tandartsenpraktijken 2021 2193 2371 8,1
Paramedische praktijken 1602 1702 1831 7,6
Gemeentelijke Gezondheidsdiensten 708 734 781 6,4
ARBO- en reïntegratiediensten 1177 1211 1272 5,0
Leveranciers van geneesmiddelen 6020 6098 6200 1,7
Leveranciers van hulpmiddelen 2634 2929 2636 -10,0
Verstrekkers van ondersteunende diensten 1320 1503 1640 9,1
Overige verstrekkers van gezondheidszorg 2322 2420 2545 5,1
Aanbieders welzijnszorg 28183 30223 32106 6,2
Verstrekkers van ouderenzorg 13974 14774 15466 4,7
Verstrekkers van gehandicaptenzorg 6626 7194 7844 9,0
Verstrekkers van kinderopvang 3276 3682 3960 7,5
Verstrekkers van jeugdzorg 1257 1303 1360 4,4
Asielzoekerscentra en internaten 535 541 569 5,1
Sociaal-cultureel werk 1070 1146 1218 6,3
Overige verstrekkers van welzijnszorg 1445 1582 1689 6,7
Beleids- en beheersorganisaties 3040 2992 3100 3,6
Uitgaven zorg per hoofd van de bevolking 4539 4818 5069 5,2
Uitgaven zorg als % BBP 13,1 13,3 14,7
*) voorlopige cijfers.
Bron: CBS.
CBS Persbericht PB10-039 pagina 4 van 4
---- --