Universiteit van Tilburg

Persbericht 17 mei 2010

Civiele zittingen kunnen beter

Civiele partijen en advocaten zijn over het algemeen goed te spreken over de manier waarop zij door de rechter in civiele zaken worden behandeld en over de mogelijkheid om hun verhaal te doen. Maar verbeterpunten zijn er ook: Van der Linden pleit er onder meer voor de informatievoorziening rondom de zitting te verbeteren, evenals het faciliteren van schikkingen.

Van der Linden komt tot haar conclusies na uitgebreid onderzoek van 150 civiele zittingen in Nederland. De informatievoorziening zou een behoorlijke verbeterslag moeten krijgen.

Partijen blijken niet goed op de hoogte van wat er gebeurt op de zitting. De rechter geeft voorafgaand of aan het begin van de zitting maar weinig informatie over de gang van zaken tijdens de zitting. Partijen en advocaten zouden graag meer informatie van de rechter willen krijgen over de bedoeling van de zitting, wie wanneer zijn verhaal mag doen en over welke onderwerpen de rechter hen vragen gaat stellen tijdens de zitting.

Verder stelt Van der Linden dat partijen vaak niet tevreden zijn over de door henzelf overeengekomen schikkingen. Een derde van de partijen en advocaten denkt dat een rechter eigen motieven heeft om tot een schikking te komen. Bijna de helft van deze groep advocaten meent dat rechters dat doen om zelf geen vonnis te hoeven schrijven. Ook wordt de manier waarop de rechter een schikking faciliteert vaak als reden genoemd waarom men de totale gang van zaken op de zitting onaanvaardbaar of twijfelachtig vond. Van der Linden beveelt de rechters dan ook aan om goed na te denken over de wijze waarop ze een schikking faciliteren.

Betere communicatie nodig

Daarnaast vindt Van der Linden dat de communicatie en afstemming tussen de rechter en de aanwezigen verbeterd kan worden. Partijen en advocaten van dezelfde zitting vertrekken nu met heel verschillende ideeën over hoe goed de informatievoorziening door de rechter was en hoe respectvol de rechter hen behandeld heeft. Ook blijven belangen van partijen nogal eens onderbelicht. Zo blijken rechters de oplossingsbereidheid van de partijen structureel te onderschatten. Verder geven ze in meer dan de helft van de zaken een voorlopig oordeel over een zaak zonder te weten of partijen daar behoefte aan hebben. Van der Linden stelt daarom voor dat er bij opleidingen van rechters meer aandacht besteed wordt aan specifieke zittingsvaardigheden, zoals open vragen stellen en samenvatten.

In landen als Duitsland en de Verenigde Staten is veel meer aandacht voor goede manieren om een schikking te faciliteren en wat breder: om een zitting aan te pakken. Zo zijn er in de VS bijvoorbeeld verschillende gedragscodes voor rechters opgesteld. Van der Linden doet tot slot voorstellen voor een goede zittingsaanpak voor civiele rechters.

Janneke van der Linden (Breda 1978) studeerde Personeelwetenschappen en Nederlands Recht aan de Universiteit van Tilburg. Haar onderzoek werd mede gefinancierd door de Raad van de Rechtspraak.