Technische Universiteit Delft

TU Delft brengt waterverbruik voor landbouw wereldwijd in kaart

Hoeveel water is er nu eigenlijk nodig om een kilo tarwe of rijst te produceren? Sander Zwart van de TU Delft richtte zich op deze belangrijke vraag en bracht dit mondiaal in kaart. Zwart promoveert op woensdag 26 mei op dit onderwerp aan de TU Delft.

Schaars

'Waterverbruik is een belangrijk onderwerp omdat de druk op beschikbare waterbronnen, door de stijging van de wereldbevolking, almaar toeneemt. In de toekomst zal dus minder water beschikbaar zijn voor de landbouw door de competitie met bijvoorbeeld industrieel en huishoudelijk waterverbruik', zegt Sander Zwart.

'Tegelijkertijd zal de landbouwproductie moeten worden verhoogd om de groeiende wereldbevolking van voedsel te voorzien. Het is dus onvermijdelijk dat de waterproductiviteit omhoog moet.' De waterproductiviteit is de oogst van een bepaald gewas in kilo's gedeeld door het waterverbruik dat hiervoor nodig was.

Database

Er was weinig bekend over het huidige niveau van waterproductiviteit. Zwart bracht dit daarom systematisch over de gehele wereld in kaart. Hij deed dit voor de vier belangrijkste gewassen op aarde, te weten tarwe, maïs, katoen en rijst. Zwart zette een database op met wereldwijde experimentele metingen van de waterproductiviteit van de afgelopen 25 jaar.

FAO

Een van de conclusies is dat de waterproductiviteit momenteel hoger ligt dan eind jaren zeventig, toen de Voedsel- en Landbouworganisatie FAO van de VN hierover rapporteerde. Zo ligt de gemiddelde waterproductiviteit voor tarwe nu op 1,1 kg per kubieke meter water, terwijl de FAO destijds op 0,8 tot 1,0 kg per kubieke meter uitkwam.

Ook voor de andere drie gewassen noteerde Zwart hogere cijfers. 'Dit zou gedeeltelijk verklaard kunnen worden door de ontwikkeling van verbeterde gewassen die betere opbrengsten leveren en door beter (irrigatie)management.'

Satellieten

Naast de gegevens uit experimentele metingen, gebruikte Zwart informatie uit satellietbeelden om de waterproductiviteit, met behulp van computermodellen, ruimtelijk in beeld te brengen. Hij paste dit met succes toe op acht tarwegebieden en constateerde grote verschillen. In de Nijldelta blijkt de waterproductiviteit het hoogst, met een gemiddelde waarde van 1,52 terwijl die in de Sindh provincie in Pakistan op slechts 0,54 ligt. Oldambt komt op gemiddeld 1,39 kg tarwe per kubieke meter water.

Ook ontwikkelde de Delftse promovendus een model (WATPRO) om de waterproductiviteit op mondiale schaal te modelleren.

Besparing

Zwart concludeert dat ruimtelijke informatie over waterproductiviteit van groot belang is voor watermanagers om vast te kunnen stellen waar schaars beschikbaar water wordt verspild en waar de productiviteit kan worden verbeterd.

'Dit kan bijvoorbeeld door te investeren in technieken voor het vasthouden van regenwater of door het toedienen van extra irrigatiewater. Volgens een schatting kan in de acht onderzochte gebieden gemiddeld 14 procent op water worden bespaard bij gelijkblijvende opbrengsten.'




Technische Universiteit Delft