Senternovem
27-05-2010 |
Europese woonwijken aangepakt met Concerto
Wat hebben verschillende na-oorlogse woonwijken in Amsterdam, het
Hongaarse Budapest en Bulgaarse Sofia met elkaar gemeen? Ze nemen deel
aan het vijf jaar durende STACCATO-project, dat van deze snel uit de
grond gestampte woningen op duurzame wijze energiezuinige woningen
maakt.
Coördinator Wilfred van der Plas van STACCATO Drie voorbeeldprojecten
met één rode draad: de in totaal 2.500 tochtige huizen zijn na veertig
jaar toe aan een grondige renovatie. Die wordt (deels) mogelijk gemaakt
met een KP6-subsidie via het onderdeel Concerto, dat inzet op het
realiseren van grootschalige duurzame projecten én internationale
kennisuitwisseling, liefst tussen Oost- en West-Europese landen én
universiteiten. En dat lukt heel behoorlijk. In praktijk moet STACCATO
(Sustainable Technologies And Combined Community Approaches Take Off)
resulteren in een energiebesparing van vijftig procent.
Het straatbeeld van het Amsterdamse STACCATO-project bij het
Buikslotermeerplein is eentonig - standaardistisch zoals architect Van
Gool het noemde. Maar schijn bedriegt. Achter deze eentonige gevels is
geen huis hetzelfde. In deze wijk worden de vier ketelhuizen vernieuwd
en voorzien van een zuinige energiedistributie. Alle huizen krijgen
nieuwe ketels en zonnecollectoren én ze worden van top tot teen
geïsoleerd.
Betonplaten
De woonblokken in Sofia en Budapest zijn geen architectonische
hoogstandjes. Hier domineren betonplaten de aanblik. In zowel Sofia als
Budapest zijn de appartementen privé-eigendom. De eigenaren willen met
het project de energiekosten inperken, want die kunnen oplopen tot wel
vijftig procent van het maandsalaris. Ook wil men voor
energiedistributie minder politiek afhankelijk zijn. De Nederlandse
woningbouwcoöperaties streven vooral naar een `duurzame oplossing' - en
dus langere exploitatie.
Het eigendom maakt meteen een groot verschil duidelijk. Coördinator
Wilfred van der Plas van STACCATO: "Vooral de communicatie tussen
woningcoöperatie én de woningeigenaren in Oost-Europa verloopt
verschillend. In Nederland wordt alles vastgelegd: zeventig procent van
de bewoners moet vóór deelname stemmen. Dáár bekijkt men hoeveel mensen
willen deelnemen en gaat men er vanuit dat het aantal zal toenemen.
Want `zien is geloven'. Zo gaven lang niet alle Hongaarse
woningeigenaren (van 900 woningen) aan nieuwe kozijnen te willen.
Uiteindelijk zijn er 890 nieuwe kozijnen geplaatst. Wij merken dat de
Nederlandse regelgeving soms als een te krappe jas om een project heen
zit."
Inspireren
De samenwerking, die zonder Concerto niet was gestart, wordt gekenmerkt
door informatie- en kennisuitwisseling die voornamelijk via telefoon en
e-mail verloopt. Twee maal per jaar zien de partijen elkaar. De
Oost-Europese landen kloppen in Amsterdam aan voor technisch advies en
laten zich inspireren door de projectorganisatie. In Nederland leert
men van de communicatieve en logistieke aanpak van de projectpartners.
"Zo is het Hongaarse project van 900 woningen in negen maanden
uitgevoerd. Ook al zijn de projecten inhoudelijk verschillend, daar
zijn we best jaloers op, want wij hebben drie jaar nodig."
"Voor alle partijen is er veel te leren", gaat Van der Plas verder.
"Maar voor de Oost-Europese landen zijn het voorbeeldprojecten met een
`duurzaam' effect. Vanuit de universiteiten evalueren specialisten de
resultaten direct met de voorman. Dit leidt tot inzicht, die in de
toekomst zeker worden toegepast. Zo wordt de kennis verspreid."
Op 28 en 29 juni worden tijdens de STACCATO-conferentie in Budapest de
tussentijdse resultaten gepresenteerd en ervaringen gedeeld. Meer
weten? Kijk op www.concerto-staccato.eu.
Aan het Nederlandse project nemen deel: Ymere, Eigen Haard, Eneco,
Stadsdeel Amsterdam-Noord, IVAM en Ecofys.
Wijzigingsdatum |
27-05-2010