Gemeente Twenterand


Twenterand betrekt belanghebbenden bij bestemmingsplan LOG's

MER brengt mogelijke gevolgen milieu in beeld

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Twenterand gaat belanghebbenden meer betrekken bij de ontwikkeling van het bestemmingsplan buitengebied. In dat bestemmingsplan wordt beschreven dat er in de Landbouwontwikkelingsgebieden in Twenterand geen ruimte is voor nieuwe vestigingen van intensieve veehouderijbedrijven. Het bestemmingsplan wordt opgesteld door de Grontmij. Hen zal ook gevraagd worden een communicatietraject op te stellen om belanghebbenden meer te betrekken. Het is van groot belang om maatschappelijke en andere betrokken organisaties tijdig te betrekken. Het college van burgemeester en wethouders hoopt op die manier begrip en draagvlak te creëren voor haar keuzes.

Het college van burgemeester en wethouders heeft dit besluit genomen in de vergadering van 25 mei jl. Hiermee wordt het advies van de werkgroep LOG, bestaande uit een afvaardiging van de raad overgenomen.

LOGvisie

De Grontmij is vanaf oktober 2009 van start gegaan met de voorbereidingen tot het opstellen van een LOGvisie, planMER en een hiermee in lijn liggend bestemmingsplan. Het opstellen van de visie en het bepalen van ontwikkelingsruimte van landbouwbedrijven in de LOGs (Fortwijk, Weitemanslanden en Daarlerveen) is onderhevig aan een maatschappelijke discussie in de gemeente maar ook daarbuiten. Daarom heeft Grontmij geadviseerd om de verschillende belanghebbenden bij het opstellen van de visie te betrekken. Een aantal redenen ligt daaraan ten grondslag: ten eerste een resultaat krijgen dat bij de Raad van State beter houdbaar is, omdat er vanaf het begin verschillende belanghebbenden erbij betrokken zijn. Ten tweede, bij de verschillende betrokkenen meer begrip en draagvlak creëren voor de te maken keuzes en daarmee voor de visie en de uitwerking daarvan in het bestemmingsplan.

Gevolgen milieu

De ontwikkelingsmogelijkheden voor intensieve veehouderij zijn zogenaamde `milieu-effect rapportage-(beoordelings)plichtige activiteiten'. Daarom moet voor het kaderstellende bestemmingsplan een plan-milieueffectrapportage worden uitgevoerd. Een milieueffectrapportage is een instrument om het milieubelang een volwaardige plaats te geven in de besluitvorming. Het wordt gebruikt bij activiteiten die mogelijk nadelige gevolgen hebben voor het milieu.

Vervolg

Het MER en het voorontwerpbestemmingsplan worden naar verwachting in het najaar van 2010 ter inzage gelegd. In die periode is het mogelijk zienswijzen (mondeling of schriftelijk) gedurende zes weken bij ons in te dienen. Hierover volgt te zijner tijd meer informatie.

Informatieavond

Nog voor de zomer zullen maatschappelijke organisaties en andere betrokken organisaties worden benaderd voor een werksessie en er wordt een informatieavond gehouden.