Rijksoverheid


Antwoorden Kamervragen over uitwijken van Nederlandse lymepatienten naar buitenland

Geachte voorzitter,
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Van Gerven (SP) (kenmerk: 2010Z07466) over het uitwijken van honderden Lymepatiënten naar het buitenland uit onvrede over de medische hulp in Nederland (ingezonden 26 april 2010).

Hoogachtend,
de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. A. Klink





Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Van Gerven over het uitwijken van honderden Lymepatiënten naar het buitenland uit onvrede over de medische hulp in Nederland.

(Ingezonden 26 april 2010)


1
Wat is uw reactie op het uitwijken van honderden Lymepatiënten naar het buitenland (Duitsland en Slowakije) uit onvrede over de medische hulp in Nederland? 1)

Ik betreur het dat mensen zich in Nederland niet adequaat behandeld voelen en zich genoodzaakt voelen zorg buiten Nederland te zoeken. Het overgrote deel van de Nederlandse patiënten maakt overigens nog altijd bij voorkeur gebruik van zorg in eigen land. In algemene zin, zie ik grensoverschrijdende zorg als een mogelijk waardevolle aanvulling op het zorgaanbod in Nederland.


2
Hoe beoordeelt u de controverse over de behandeling, waarbij sommigen pleiten voor langdurige behandeling met antibiotica en anderen dit niet nodig achten? Zijn er nog nieuwe ontwikkelingen sinds uw antwoord op eerdere vragen? 2)

Ik realiseer mij dat er controverse bestaat over de behandeling voor de ziekte van Lyme. Dit wordt onder andere veroorzaakt door de wetenschappelijke vragen rondom de positieve en negatieve uitslagen bij bloedonderzoek. De beoordeling over wat een goede behandeling is laat ik over aan de betrokken beroepsgroepen. Het vergt immers medische expertise om de voor- en nadelen van een behandeling voor een specifieke patiënt te beoordelen. In 2009 informeerde ik u over de nieuwe richtlijn die werd ontwikkeld. Deze wordt in het voorjaar 2011 verwacht. Op de website van het CBO is beschreven welke deelnemers bijdragen aan de richtlijn.
Binnenkort start in Nederland een door ZonMW gefinancierd onderzoek naar het verschil in effect van een kortdurende behandeling met antibiotica (2 weken) versus een langdurende behandeling met antibiotica (3 maanden). Dit onderzoek zal enkele jaren duren.
In Nederland is er groeiende expertise rondom de ziekte van Lyme beschikbaar, onder andere bij het Universitair Medisch Centrum St. Radboud in Nijmegen. Door hen wordt ook samengewerkt met de patiëntenvereniging.


3
Bent u van mening dat de huidige diagnostiek en behandeling een adequaat antwoord bieden op de toename van het aantal besmette teken in Nederland? Wilt u uw antwoord toelichten?

Er zijn veel vragen rondom de beste diagnostiek en behandeling van de ziekte van Lyme. Het is van belang dat de beroepsgroep werkt aan standaardisatie van diagnostiek, de interpretatie van de reeds beschikbare diagnostiek en de ontwikkeling van nieuwe diagnostische methoden. Met betere diagnostiek kunnen meer Lyme-patiënten adequaat behandeld worden.
In verband met de toename van het aantal besmette teken in Nederland zal het RIVM-CIb voor de zomer een deskundigenberaad over Lyme organiseren. Dat zal naar verwachting meer duidelijkheid scheppen over de mogelijkheden om de ziekte van Lyme te bestrijden.


1) Netwerk, 16 april 2010

2) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008-2009, nr. 2366