Senternovem

07-06-2010 |

Verslag bijeenkomst Verdiepingsslag AOS 26 april 2010

De eerste kick-off bijeenkomst voor de Verdiepingsslag voor de Academische Opleidingsschool (AOS) vond plaats op 26 april op de locatie van Agentschap NL aan de Hanzelaan 310 in Zwolle. Deze dag was speciaal gericht op het Primair Onderwijs. Van alle acht deelnemende AOS'en uit het PO was een kleine of grotere delegatie aanwezig.

Veel deelnemers hebben tijdens de auditgesprekken aangegeven meer ruimte voor onderlinge kennismaking en uitwisseling op prijs te stellen. Daarom was voor de kick-off een programma samengesteld met veel gelegenheid voor onderlinge interactie. Er is veel gepraat in groepjes tussen verschillende AOS'en onderling. Hierdoor zijn veel nieuwe contacten tot stand gekomen.

's Ochtends is het eindrapport van KPMG besproken. Bob Koster, lector Kantelende Kennis bij Interactum en lid van de klankbordgroep, presenteerde een overzicht van de typologie op hoofdlijnen. KPMG onderscheidt als hoofdconcepten voor de Academische Opleidingsschool:
- de AOS als Opleidingsschool plus

- de AOS als Onderzoeksplek gericht op schoolontwikkeling
- de AOS als Kenniscentrum
Na deze introductie hebben deelnemers van verschillende AOS'en elkaar spiegelsgewijs geïnterviewd om zich voorlopige te positioneren in de typologie.
Concluderend kan gesteld worden dat de indeling voor iedereen herkenbaar was, maar dat op de onderdelen waarop de criteria te algemeen geformuleerd waren, AOS'en de tendens hadden om zichzelf wellicht te hoog in te schalen. Om deze reden zijn de criteria in het overzicht (ten behoeve van de tweede bijeenkomst) aangescherpt.

Na de lunch waren er twee workshops. De eerste workshop, geleid door Marieke van der Plas van Agentschap NL, ging over criteria voor het beoordelen van docentonderzoek. Lees hier het verslag. Een van de conclusies is dat de onderzoekstaken van docentonderzoekers nog onvoldoende worden meegenomen in de beoordelingsgesprekken en dat hiervoor nog geen standaard criteria zijn.

De tweede workshop, geleid door Ton van der Valk van Agentschap NL, ging over de ontwikkeling van een onderzoeksagenda binnen de jaarcyclus van de Academische Opleidingsschool. Miriam Spijkers van AOS Signum Rosmalen liet in haar inleiding zien hoe op haar scholen de procedure voor het indienen van onderzoeksvoorstellen georganiseerd is. Een probleem dat duidelijk naar voren kwam is de vraag hoe basisscholen met een duidelijk verschillende onderwijsvisie toch gezamenlijke onderzoeksvragen kunnen ontwikkelen.
De onderzoeksagenda kan een instrument zijn om het draagvlak binnen de scholen en het opleidingsinstituut te verbreden en verschillende stakeholders op een democratische wijze te laten meedenken over onderzoek ten behoeve van de schoolontwikkeling. Een conclusie is echter dat het thema van de onderzoeksagenda voor veel deelnemers nog vrij abstract is.

Tijdens de plenaire discussie kwam een zekere tegenstelling aan de orde tussen de interne begeleidingsrol van directeuren en onderzoekscoördinatoren, die vooral op motiveren en faciliteren gericht is en de externe verantwoordingsrol tegenover subsidieverleners, NVAO en inspectie, die draait om meten en beoordelen. Ook hier geldt de conclusie dat een zorgvuldige uitvoering van de procedure voor het vaststellen van de onderzoeksagenda van de academische opleidingsschool nodig is om te voorkomen dat er een tegenstelling ontstaat tussen bottom-up eigenaarschap van het onderzoek van docenten en studenten zelf en top down beleid van schooldirecties en externe opdrachtgevers. Wijzigingsdatum |

07-06-2010