De Vlinderstichting

11 juni 2010

Bijzondere waarneming van de vroege dwergspanner (Eupithecia lanceata)

De vroege dwergspanner (Eupithecia lanceata) die dit voorjaar in Terwolde werd waargenomen. Foto: Dini Hurenkamp Eerder dit jaar, op 30 maart, werd in Terwolde, in Gelderland nabij de IJssel, een exemplaar van de zeer zeldzame vroege dwergspanner (Eupithecia lanceata) waargenomen.

De vlinder werd binnenshuis op een raamkozijn gevonden door mevrouw Dini Hurenkamp. De determinatie is bevestigd door Rob de Vos van het Zoölogisch Museum van Amsterdam. Het gaat om een bijzondere waarneming: de soort is in Nederland voornamelijk bekend van enkele vindplaatsen in Zuid-Limburg, daarbuiten is de vlinder slechts eenmaal waargenomen in Friesland (Ter Idzard, 1989, Philip Zeinstra). De vroege dwergspanner vliegt zoals de naam al aangeeft vroeg in het jaar, van begin april tot eind mei, in één generatie en komt in naaldbossen en gemengd bos voor. De rupsen leven van de naalden van fijnspar en lariks. In de literatuur worden bosranden en bospaden genoemd als plekken waar de rupsen en de vlinders vooral worden aangetroffen. Wat de waarneming uit Terwolde extra bijzonder maakt, is dat de vlinder ver van zijn eigenlijke biotoop is gezien: de directe omgeving is arm aan naaldhoutbegroeiing. Een verklaring van deze bijzondere waarneming blijft gissen. Mogelijk dat de soort meer voorkomt dan tot nu toe werd gedacht of dat deze een sterk zwerfgedrag kan vertonen, of een combinatie daarvan. Wellicht dat eventuele nieuwe waarnemingen in de toekomst hier meer licht op kunnen werpen.