Port of Rotterdam

Binnenvaart vecht terug

14-06-2010

De binnenvaart heeft in het crisisjaar 2009 zijn positie in het vervoer van containers versterkt. Het aandeel in de Rotterdamse´modal split´ nam ten opzichte van het voorgaande jaar toe van 30% naar 33%. Voor een dergelijke winst in één jaar moeten we teruggaan naar de vorige eeuw. Het spoorvervoer daalde van 13% naar 11% en is terug op het aandeel van 2006. Het wegvervoer leverde ook in: van 57% naar 56%.

Deze cijfers worden vanmorgen (10.00 uur) bekend gemaakt door president-directeur Hans Smits van het Havenbedrijf Rotterdam tijdens de conferentie 'Rail infrastructure for freight services: from corridors to network' in Rotterdam. Voor meer hierover: Een nieuwe impuls voor Europese spoorcorridors

Het totale volume van het achterlandvervoer daalde met 12% van 7.823.000 TEU in 2008 naar 6.869.000 TEU in 2009. Het spoor vervoerde 755.000 TEU, een afname van 25% ten opzichte van de 1.010.000 TEU van 2008.(1) Over water werd 2.269.000 TEU getransporteerd, 3% minder dan de 2.337.000 TEU van 2008. Over de weg liep het volume 14% terug van 4.476.000 naar 3.845.000 TEU.

Flexibel
Het spoorvervoer kon of wilde de tarieven niet, of niet snel genoeg, aanpassen aan het afnemende volume. Zo werden pas laat in 2009 de toegangstarieven voor de Betuweroute verlaagd. Binnenvaart en wegvervoer zijn flexibeler in hun tariefstelling wanneer er een overschot is aan vervoerscapaciteit. Daarnaast profiteerde de binnenvaart van het wegvallen van beperkingen in de afhandelingcapaciteit op de zeeterminals. Het wegvervoer leed relatief meer onder de crisis omdat het een groot aandeel heeft, rond de 70%, in het intra-Europese (´shortsea') vervoer. Dit is relatief zwaar getroffen door de economische teruggang in vooral het Verenigd Koninkrijk, Ierland en Spanje. De binnenvaart wist het aandeel in het achterlandtransport van ´shortsea containers echter flink te vergroten. Dit is opvallend omdat dit door afstanden en snelheden geldt als het domein van truck en trein. (2).

Toekomst
De toekomstige groei van de containeroverslag vindt plaats op de grote terminals in het westen. Vanaf 2013 worden terminals op de Tweede Maasvlakte operationeel. Op de Maasvlaktes wordt gestreefd naar een 'modal split' van in 2035; binnenvaart 45%, spoor 20% en weg 35%.

Modal shift (3)
De Rotterdamse haven voert een beleid om het aandeel van de vrachtwagen te verminderen; het bewerkstelligen van een 'modal shift'. Sinds 1993 is het aandeel van de vrachtwagen, volgens de 'oude' methodiek, gedaald van 66% naar ongeveer 53%. Sindsdien is de totale overslag toegenomen van 4,2 naar 9,7 miljoen TEU.

Ontwikkeling "modal split" voor achterlandcontainers (in %): BinnenvaartSpoor Weg
"Oud" - ECT terminals
199326 866
2001391249
"Nieuw"- alle terminals
200130961
200232959
2003311059
200431960
200531960
2006301159
2007301159
2008301357
2009331156

(1) De continentale spooreenheden op de terminals RSC, Bertschi en PCT, enkele honderdduizenden TEU´s, zijn niet meegeteld. Continentale eenheden komen van / gaan naar bedrijven in de haven en de rest van Nederland. Deze hebben geen directe zeebinding. De aan/afvoer naar/van de terminal gebeurt volledig per vrachtwagen. (2) Over de ontwikkelingen in het ´shortsea´vervoer verschijnt een afzonderlijk persbericht. (3)Tot en met 2001 zijn de cijfers van de ECT Terminals (Home, later City geheten, +Delta) gebruikt, lange tijd goed voor bijna driekwart van de totale containeroverslag. Dit met de aantekening dat hierdoor het aandeel van binnenvaart en spoor overgewaardeerd werd en de vrachtwagen ondergewaardeerd. Door de komst en groei van APM Terminal Rotterdam en het containervervoer "shortsea" (lolo en roro), daalde de representativiteit van de cijfers van ECT en is vanaf 2001 de telling verbreed tot alle terminals. Dat jaar is dubbel vermeld om het verschil in resultaat van de tellingen aan te geven.

Meer informatie:
Feiten en cijfers Havenbedrijf Rotterdam N.V. en de Rotterdamse haven


----------

© Havenbedrijf Rotterdam N.V.