Ministerie van Financiën

Beantwoording Kamervragen over het gebruik van de Edelweissroute

Kamervragen | 21-06-2010 | Belastingdienst

Hierbij doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen van de kamerleden Sap (GroenLinks) en Bashir (SP), ingezonden 6 mei 2010, uw kenmerk 2010Z07796.

Deze vragen inzake het gebruik van de Edelweissroute, gesteld aan de ministers van Financiën en Justitie worden door mij mede namens de minister van Justitie beantwoord.

Hoogachtend,
de minister van Financiën,

mr. drs. J.C. de Jager.

2010Z07796
Vragen van de leden Sap (GroenLinks) en Bashir (SP) aan de ministers van Financiën en van Justitie over het gebruik van de Edelweissroute. (Ingezonden 6 mei 2010) met antwoorden.

Vraag 1
Bent u bekend met het artikel "Witwasserij via erfenis" uit de Telegraaf van 26 februari 2009? 1)

Vraag 2
Was u bekend met het gebruik van de zogenaamde Zwitserse `Edelweissroute' door Nederlandse notariskantoren?

Antwoord vragen 1 en 2
Het artikel in de Telegraaf is mij bekend en illustreert de ontgaans- en ontduikingsmogelijkheden welke men zoekt via belastingparadijzen.

Vraag 3
Is het waar dat niet alle erfgenamen een aangifte successierecht dienen te ondertekenen?

Vraag 4
Wat vindt u ervan dat niet alle erfgenamen de aangifte successierecht hoeven te ondertekenen?

Antwoord vragen 3 en 4
Uitgangspunt bij het doen van aangifte voor de erfbelasting is dat iedere erfgenaam aangifte doet. De erfgenamen kunnen gezamenlijk aangifte doen, en dienen dan allen te ondertekenen. Wanneer er een executeur is aangewezen die aangifte doet, behoeft slechts deze executeur de aangifte te ondertekenen. De executeur vertegenwoordigt gedurende zijn beheer de
erfgenamen/belastingplichtigen (4:145 lid 2 BW).

Vraag 5
Wat vindt u ervan dat een erfgenaam hierdoor de tegoeden op een buitenlandse nummerrekening niet kan aangeven bij de Belastingdienst, als een meerderheid van erfgenamen dan wel de executeur testamentair dit niet wil?

Antwoord
De verkrijger van een erfenis kan dan altijd voor zichzelf (en los van de andere verkrijgers, en ook als een executeur aangifte voor alle erfgenamen heeft gedaan) aangifte doen van zijn verkrijging uit een nalatenschap. Ook kan hij naar aanleiding van de aan hem opgelegde aanslag contact opnemen met de inspecteur en om een navorderingsaanslag verzoeken. Langs deze twee wegen kan de verkrijger alsnog het bij hem of haar bekende vermogen aangeven.

Vraag 6
Bent u bereid wettelijk te verplichten dat alle erfgenamen en alle executeurs testamentair de aangifte successierecht ondertekenen?

Vraag 8
Bent u bereid wettelijk te verplichten dat alle executeurs, inclusief buitenlandse executeurs, moeten meetekenen bij het doen van een aangifte successierecht?

Antwoord vragen 6 en 8
Nee, zowel diegene die is uitgenodigd tot het doen van aangifte als de aangewezen executeur(s) zijn gehouden tot vervulling van al de bij de Successiewet 1956 opgelegde verplichtingen.
Is er een executeur aangewezen dan is hij op grond van artikel 72 Successiewet 1956 bevoegd om namens de erfgenamen aangifte te doen, dan wel is hij tot het doen van aangifte verplicht indien alle erfgenamen buiten Nederland woonachtig zijn. Heeft hij de aangifte ondertekend dan is hij verantwoordelijk voor de juistheid daarvan (Zie ook antwoord op
Zie het origineel
vraag 4).
Voor situaties waarin erfgenamen menen dat er onjuiste aangifte is gedaan, verwijs ik naar het antwoord op vraag 9, en naar het antwoord op vragen 11 en 12 waarin ik inga op de maatregelen die reeds worden genomen ter verbetering van het toezicht op notarissen, advocaten en gerechtsdeurwaarders.

Vraag 7
Bent u bereid te verbieden dat een executeur testamentair advocaat tekeningbevoegd wordt gemaakt door een erflater op een nummerrekening, trust- en/of ander doelvermogen buiten medeweten van alle erfgenamen?

Antwoord
Nee, zodanige tekeningbevoegdheid staat los van de belastingheffing.

Vraag 9
Wat is wat u betreft de route om in te keren voor erfgenamen die 'buitenspel' zijn gezet als gevolg van het gebruik van de Edelweissroute? Hoe kunnen deze mensen wel aangifte successierecht doen, ofwel aan hun verplichtingen voldoen?

Antwoord
Erfgenamen die `buitenspel' zijn gezet, kunnen de hen bekende feiten bij de Belastingdienst melden, zodat een navorderingaanslag kan worden opgelegd over het juiste vermogen dat op de erfgenamen overgaat (zie ook het antwoord op vraag 5).

Vraag 10
Hoe verhoudt zich wat u betreft het wettelijk beroepsgeheim van executeurs testamentair na het openvallen van de nalatenschap tot de mogelijkheden om belastingontduiking te voorkomen? Is uw mening hierin, gezien de recente berichtgeving, inmiddels veranderd? 2)

Antwoord
Indien een advocaat of notaris als executeur aangifte doet voor de erfbelasting, is hij op gelijke wijze als een erfgenaam verplicht om de aangifte stellig en zonder voorbehoud te doen. Zijn ambts- of beroepsgeheim staat hier niet aan in de weg. Advocaten en notarissen zijn voorts op grond van Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft) gehouden om, in uitzondering op hun ambts- of beroepsgeheim, ongebruikelijke transacties te melden bij het daarvoor bestemde meldpunt van justitie.

Vraag 11
Zou u actie willen ondernemen wanneer blijkt dat Nederlandse notarissen en advocaten meewerken aan defiscaliseer-constructies als de Edelweissroute?

Vraag 12
Welke actie valt er over het algemeen van u te verwachten ten aanzien van het gebruik van de Edelweissroute?

Antwoord vragen 11 en 12
Als executeurs bij het doen van aangifte bewust gegevens achterhouden die worden verlangd ten behoeve van de heffing van erfbelasting, plegen zij een fiscaal delict. Daarnaast is een notaris wettelijk verplicht om zijn medewerking te weigeren indien hij de overtuiging heeft dat de van hem verlangde diensten een ongeoorloofd karakter of oogmerk hebben, zoals dat het geval is bij belastingontduiking. Indien hij dit verzuimt, pleegt hij een tuchtrechtelijk vergrijp. Ook een advocaat die bewust meewerkt aan belastingontduiking pleegt een tuchtrechtelijk vergrijp, aangezien hij in dat geval niet handelt zoals een behoorlijk advocaat betaamt.
Ten slotte kan in dit verband nog worden gewezen op de brief van de Minister van Justitie aan uw Kamer van 5 maart 2010 (Kamerstukken II 2009/10, 32 123 VI, nr. 87) betreffende de toekomstige vormgeving van het toezicht op notarissen, advocaten en gerechtsdeurwaarders. Met betrekking tot het notariaat is hieraan uitvoering gegeven in het reeds aanhangig wetsvoorstel tot wijziging van de Wet op het notarisambt naar aanleiding van de evaluatie van die wet (Kamerstukken II 2009/10, nr. 32 250, nr. 2).


1) De Telegraaf, 26 februari 2009
http://www.telegraafnl/dft/nieuws_dft/3343142/ Witwasserij_via_erfenis .html?p=21,l

2) Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2008-2009, nr. 1890, vraag 3