Openbaar Ministerie

OM eist drie en twee jaar gevangenisstraf voor lekken staatsgeheime informatie

29 juni 2010 - Arrondissementsparket Den Haag

De officier van justitie heeft vandaag gevangenisstraffen geëist tegen een 40-jarige medewerkster van de AIVD en een 49-jarige oud-medewerker, beiden uit Voorburg. De man en de vrouw hebben een relatie met elkaar. Ze worden ervan verdacht dat zij staatsgeheime informatie hebben gelekt aan een journaliste van dagblad de Telegraaf. De 40-jarige verdachte was op dat moment werkzaam bij de AIVD. Het tweetal werd op 18 juni 2009 aangehouden.

Het Openbaar Ministerie vindt de rol van beide verdachten even groot. Maar de officier van justitie eiste tegen de 40-jarige verdachte een hogere straf omdat de vrouw vanuit haar functie bij de AIVD staatsgeheimen heeft gelekt. De 40-jarige verdachte moet als het aan het OM ligt voor drie de gevangenis in. De 49-jarige verdachte hoorde een gevangenisstraf van twee jaar tegen zich eisen.

Naast het lekken van staatsgeheime informatie aan een journalist wordt het tweetal ook verweten dat zij zonder toestemming staatsgeheime documenten in hun woning bewaarden. De documenten die in hun huis zijn gevonden zijn een informatie rapport, een document over werkprocessen in de crisisorganisatie, een verslag van een buitenlandse dienstreis, een conceptvoorstel over samenwerking tussen de toenmalige BVD en een buitenlandse dienst en een document over de aanpak van een verkennend onderzoek integriteit. De 40-jarige verdachte wordt er bovendien van verdacht dat zij gegevens uit een notitie over een AIVD-project heeft doorgespeeld aan haar 49-jarige partner. Hij zou de gegevens op zijn beurt hebben doorgespeeld aan een derde.

Artikelen in de krant

De Telegraaf heeft volgens het OM twee keer staatsgeheime informatie gepubliceerd. Op 28 maart 2009 verscheen in de Telegraaf een artikel met de titel "AIVD faalde rond Irak" en op 4 juni verscheen het stuk met de titel "Dalai Lama bedreigd". Naar aanleiding van de publicatie over het Irak-rapport, startte de AIVD een eigen onderzoek. Medewerkers van de dienst vergeleken in de dagen na de krantenpublicatie onafhankelijk van elkaar in totaal vier concept-versies van het Irak-rapport met de tekst in de krant.

Twee van de drie medewerkers kwamen tot de conclusie dat de derde concept-versie gelekt moest zijn aan de Telegraaf. De derde medewerker was toevallig de 40-jarige verdachte. Opmerkelijk was dat zij als enige tot de conclusie kwam dat het om de vierde concept-versie moest gaan omdat die versie het gebouw van de AIVD had verlaten en bij de minister was terechtgekomen. Ook gaf zij aan dat zij het mogelijk achtte dat een stuk als in de Telegraaf te maken had met open bronnen.

Omdat binnen de AIVD meerdere mensen de concept-versies hadden gezien, was het voor de AIVD niet mogelijk om intern uit te vinden wie er gelekt had. Daarom besloot de AIVD om de telefoon van de journalisten die de artikelen hadden geschreven af te luisteren. Ook werd er later in het onderzoek een observatieteam ingezet dat constateerde dat de journaliste afsprak in de woning van de verdachten.

Op 11 juni 2009 overhandigde de AIVD de resultaten van het eigen onderzoek aan het Openbaar Ministerie in Den Haag. Vervolgens startte de Rijksrecherche op 12 juni onder leiding van het OM een onderzoek. Volgens de officier van justitie wisten beide verdachten dat zij met een journalist van de Telegraaf te maken hadden en wisten zij dat de staatgeheime informatie die zij haar doorspeelden zou worden gepubliceerd.

De 49-jarige verdachte en de 40-jarige vrouw verklaren beiden dat ze onschuldig zijn.

De rechtbank in Haarlem doet over 14 dagen uitspraak.