Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek

Mentoren geven beginnende docenten vooral emotionele steun

28 juni 2010

Voor beginnende docenten is het niet makkelijk om voor het eerst voor de klas te gaan staan. Daarom krijgen ze steeds vaker begeleiding van mentoren van de school waar ze werken. De mentoren bieden veel emotionele steun, maar de begeleiding heeft minder effect op de professionele ontwikkeling. Dat concludeert NWO-onderzoeker Chantal Kessels, die op 30 juni op dit onderwerp hoopt te promoveren aan de Universiteit Leiden.

Chantal Kessels onderzocht in hoeverre begeleidingsprogramma's bijdragen aan het welbevinden van de beginnende docenten en aan hun professionele ontwikkeling. Zij interviewde eerst een beperkte groep mentoren en docenten aan twaalf verschillende middelbare scholen. Daarna deed ze een grootschalige vragenlijststudie.

Kessels ontdekte dat de nadruk in begeleidingsprogramma's vaak ligt op emotionele ondersteuning. Daarnaast krijgen ze advies over het `managen' van de klas. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat de meeste mentoren sterk gericht zijn op de alledaagse urgente zorgen en problemen van de docent. Daarmee willen ze hen meteen helpen.

Meer professionaliteit

Uit het onderzoek van Kessels bleek dat de meeste docenten vinden dat de begeleiding weinig invloed heeft op hun professionele ontwikkeling. De promovenda adviseert om de begeleiding meer te sturen en om bij de selectie van mentoren rekening te houden met hun competentie om docenten te kunnen uitdagen in hun professionele ontwikkeling. Daar is wel een investering in de voorbereiding en scholing van mentoren voor nodig. Ook verdient het aanbeveling om assessment-procedures in het programma op te nemen, die mentoren beter in staat stellen docenten in hun professionele ontwikkeling te ondersteunen. Ten derde adviseert Kessels de professionele ontwikkeling van docenten een meer centrale plaats te geven in scholen dan nu vaak het geval is, bij voorkeur in samenwerking met lerarenopleidingen.

Chantal Kessels promoveert aan de Universiteit Leiden op het proefschrift
`The influence of induction programs on beginning teachers' well-being and professional development'. Promotoren zijn prof.dr. D. Beijaard en prof.dr. N. Verloop. Het onderzoek is gefinancierd door de Programmaraad voor het Onderwijsonderzoek, onderdeel van NWO.

Over NWO

NWO is dé nationale wetenschapsfinancier en heeft tot taak het wetenschappelijke onderzoek in Nederland te laten excelleren via nationale competitie. Jaarlijks geeft NWO ruim 700 miljoen euro uit aan subsidies voor toponderzoek en toponderzoekers, vernieuwende instrumenten en apparatuur, en aan instituten waar toponderzoek wordt bedreven. NWO financiert het onderzoek van ruim 5300 getalenteerde wetenschappers aan universiteiten en instellingen. Selectie door middel van peer review is in handen van onafhankelijke deskundigen. NWO bevordert de overdracht van kennis naar de maatschappij.

..............................

Nadere informatie:

* NWO, Afdeling Voorlichting en Communicatie
* t.: +31 (0)70 344 07 13, voorlichting@nwo.nl