Meer gevaar voor vrouwen en jongens in door oorlog verscheurd Congo

14/07/2010 15:45

Oxfam Novib

EMBARGO TOT 00.01 DONDERDAG 15 JULI

Het Congolese leger vormt een bedreiging voor bijna alle dorpen die Oxfam onderzocht. Hervormingen zijn nodig voordat vredestroepen zich kunnen terugtrekken. Burgers in Oost-Congo lopen steeds meer risico op verkrachting of dwangarbeid als gevolg van de internationaal gesteunde militaire operaties tegen rebellen. Dit meldt het onderzoek van ontwikkelingsorganisatie Oxfam, dat op 15 juli 2010 is uitgekomen: 'Women and children first: on the frontline of war in the Kivus'.

Het onderzoek onder 816 mensen in 25 dorpen in Noord- en Zuid-Kivu toont aan dat 60 procent van hen zich minder veilig voelt dan een jaar geleden. Vooral vrouwen en jongens lopen gevaar. Het onderzoek beslaat gebieden waar het offensief plaatsvindt van Amani Leo (Vrede Nu) tegen de 'Democratic Liberation Forces of Rwanda' (FDLR) en andere rebellengroepen. Het offensief wordt gesteund door de Verenigde Naties.

Ruim 75 procent van de vrouwen in het onderzoek zei dat zij zich meer gevaar lopen dan een jaar geleden. Dit loopt op tot 99 procent in delen van Zuid-Kivu waar de Amari Leo-operaties plaatsvinden. Twee derde van de jongens (66 procent) in het onderzoek voelt zich minder veilig. Dit percentage loopt op tot 100 procent in de gebieden waar de militaire operaties worden uitgevoerd. Vrouwen in 20 van de 24 onderzochte dorpen zeiden dat verkrachtingen zijn toegenomen. Jongens meldden dat scholen vaak worden aangevallen om de leerlingen dwangarbeid te laten verrichten.

Respondenten in 19 van de 24 dorpen zeiden dat, ondanks het offensief, de FDLR en andere milities nog steeds extreem geweld gebruiken, zoals verkrachtingen en het afbranden van dorpen. In sommige gebieden heeft het offensief geleid tot een toename van wrede vergeldingsaanvallen van het FDLR tegen burgers.

Het Congolese leger werd ook gezien als de hoofddader. In 23 van de 24 onderzochte dorpen vormden soldaten een bedreiging voor burgers. Ook al gaven bewoners van 11 dorpen voorbeelden van soldaten die mensen beschermden, zoals nachtelijke patrouilles en de bevrijding van mensen die door het FDLR waren ontvoerd, slechts één dorp meldde géén voorvallen van misbruik door soldaten. In sommige gebieden waren de misdaden van het leger zo extreem (moord, marteling, brand en groepsverkrachting) dat zij niet onderdeden van de ergste wreedheden van het FDLR. Driekwart van de dorpen meldde plunderingen waarbij soldaten alles meenamen, van baar geld en mobiele telefoons tot vee en voedsel. Een ander onderzoek in Kabare, Zuid-Kivu, toonde aan dat 15 checkpoints van het leger in het gebied maar liefst 18.000 dollar per maand opstreken met afpersing.

Ondanks hun boosheid op de soldaten meldden veel burgers ook dat het Congolese leger onder erbarmelijke omstandigheden moet werken. Het wordt vaak ingezet zonder rantsoen. Soldij wordt onregelmatig betaald of door commandanten gestolen. "Bedelen is een schande voor een regeringsoldaat, dus stelen ze", zei een respondent. Alle dorpen stelden dat de veiligheid voor burgers zou toenemen als de soldaten op tijd betaald zouden worden. De Congolese overheid heeft afgelopen juli een zero-tolerance-beleid ingevoerd voor misbruik door haar troepen. Maar volgens het onderzoek vinden de mensen nog steeds dat straffeloosheid breed verspreid is en dat er geen goed functionerend stelsel is voor rechtspraak en genoegdoening.

Marcel Stoessel, hoofd van Oxfam in Congo: "De militaire operaties hebben vernietigende gevolgen voor Congolese dorpen, die van alle kanten worden aangevallen. Het leger hoort mensen te beschermen, maar zolang er geen fundamentele hervormingen van het leger plaatsvinden zijn de risico's van dit offensief voor burgers gewoon te groot. Het inzetten van troepen zonder rantsoen of soldij is een garantie voor misbruik van burgers. De andere kant op kijken wanneer soldaten misdaden plegen, moedigt anderen aan om er nog meer te begaan. Het is duidelijk dat de slachtoffers van dit misbruik hard roepen om hervormingen."

Gezien de recente oproep aan de Verenigde Naties om het land te verlaten, is het gedrag van Congolese soldaten uitermate verontrustend. De VN-Veiligheidsraad zal in oktober de huidige samenstelling van de troepen herzien. Oxfam vindt dat de vredestroepen nodig blijven tot het Congolese leger zijn burgers betere bescherming kan bieden.

Volgens het onderzoek leidde de aanpak van de bedreiging die het FDLR vormt tot wisselende resultaten. In sommige gebieden zijn aanvallen van het FDLR nu minder frequent, maar wel steeds wreder. In de regio Petit Nord rechtvaardigde het FDLR het afbranden van een dorp met de verklaring: "Jullie hebben ons hebben weggejaagd." In het noordelijke deel van Zuid-Kivu zijn ontvoeringen zo alledaags geworden dat hele dorpen zijn verhuisd. Dorpelingen spraken van een toename van ontvoeringen van vrouwen, die herhaaldelijk verkracht worden en pas worden vrijgelaten na betaling van losgeld. Een dorp meldde dat in drie maanden tijd 16 meisjes waren ontvoerd en verkracht door het FDLR.

Driekwart van de onderzochte dorpen was tegen een voorzetting van de militaire operaties van Amani Leo en riepen juist op tot politieke oplossingen. Zoals de integratie van militieleden in het leger en meer politieke ruimte in Rwanda voor de terugkeer van FDLR-rebellen die niet bij de genocide betrokken zijn geweest.

Het offensief heeft ook ernstige gevolgen voor de plaatselijke jeugd en het onderwijs. Het onderzoek toonde aan dat delen van het leger zich vaak op scholen richtten om jongens te vinden voor het dragen van hun goederen. De lessen zijn afgezegd of scholen moesten zich verplaatsen om het risico voor studenten te verminderen. Zij die probeerden hier tegenin te gaan werden afgetuigd of zelfs vermoord. Jongens zeiden dat zij er ook vaak van werden beschuldigd dat zij militieleden zijn. Het dragen van een tatoeage was al genoeg om jonge mannen in elkaar te slaan, te arresteren of zelfs te vermoorden omdat zij een rebel zouden zijn.