Nederlandse inzet voor de Kabulconferentie
Kamerbrief inzake Nederlandse inzet voor de Kabulconferentie
Kamerbrief | 16 juli 2010
In vervolg op de brief met kenmerk DVB/CV-201/2010 van 24 juni jl. en
met referentie aan mijn toezegging van 21 april 2010 aan de vaste
commissie voor Buitenlandse Zaken inzake de Afghanistan conferentie in
Kabul op 20 juli a.s., wil ik u via deze brief op de hoogte stellen van
de Nederlandse inzet tijdens die conferentie.
De voorbereidingen van de internationale conferentie in Kabul zijn al
lange tijd gaande, ondermeer in het kader van diverse thematische
werkgroepen en de Joint Coordination and Monitoring Board (JCMB), het
voornaamste overlegforum tussen de internationale gemeenschap en de
Afghaanse regering. Op basis van de uitkomsten van de JCMB worden
uiteindelijk de agenda en opzet van de Kabulconferentie vastgesteld,
waarbij de kanttekening moet worden geplaatst dat nog tot op het
laatste moment gewerkt zal worden aan de precieze details van de agenda
en de beleidsstukken. De conferentie zal worden geopend door president
Karzai en mede-voorgezeten door de Secretaris-Generaal vande Verenigde
Naties, Ban Ki-moon. Naar verwachting zullen meer dan 65 internationale
delegaties aanwezig zijn. De Nederlandse delegatie zal onder leiding
staan van de Directeur-Generaal Internationale Samenwerking.
De Kabulconferentie heeft dezelfde inhoudelijke opzet als de
conferentie in januari dit jaar in Londen. Dat wil zeggen dat de
hoofdonderwerpen wederom vrede en veiligheid, goed bestuur en
ontwikkeling en regionale samenwerking zullen zijn. In Kabul zal het
vooral gaan om de voortgang die is geboekt bij de operationalisering
van de in Londen gemaakte afspraken. De Afghaanse regering zal voor de
respectievelijke onderwerpen concrete beleidsplannen presenteren en
uiteenzetten hoe zij de komende jaren de verwachte resultaten wil
bereiken. De internationale gemeenschap zal worden gevraagd om al
toegezegde of gecommitteerde steun beter te doen aansluiten op de door
de Afghaanse regering geformuleerde plannen. De conferentie is
uitdrukkelijk niet bedoeld als `pledging conference'.
De Kabulconferentie dient vooral gezien te worden als een volgende stap
in het transitieproces van versterking van de soevereiniteit van de
Afghaanse staat, vergroting van de eigen, Afghaanse
verantwoordelijkheid en het beter laten aansluiten van de inspanningen
van de internationale gemeenschap op de prioriteiten en doelstellingen
van de Afghaanse regering. Vanuit dat oogpunt beziet Afghanistan de
Kabulconferentie niet als een op zichzelf staand evenement, maar als
onderdeel van een proces dat met de inaugurele rede van president
Karzai in november 2009 is begonnen, in Londen is gecontinueerd en dat
ook na Kabul zal worden voortgezet. De committering die de Afghaanse
regering aan zal gaan in de vorm van beleidsplannen en
ontwikkelingsprogramma's, zal gepresenteerd worden als een reeks
verplichtingen jegens het Afghaanse volk, waarop de regering op termijn
afgerekend wenst te worden. De beleidsplannen en
ontwikkelingsprogramma's zullen tevens dienen als een meetlat waarlangs
de komende jaren door de internationale gemeenschap vooruitgang kan
worden gemeten
Deze toenemende eigen verantwoordelijkheid aan Afghaanse zijde is
duidelijk merkbaar in de voorbereidingen voor de conferentie. Hoewel de
VN tijdens de vergadering als co-voorzitter zal optreden en ook
logistieke ondersteuning biedt, is de organisatie in handen van de
Afghanen zelf. De inzet en het ownership aan Afghaanse zijde om deze
conferentie tot een succes te maken zijn bemoedigend. Er wordt
intensief gewerkt aan de beleidsplannen en clusterprogramma's die
tijdens de conferentie voor zullen liggen. Sommige terreinen vorderen
daarbij sneller dan andere. In Londen waren de afspraken op het gebied
van veiligheid al veel concreter dan die voor bestuur of ontwikkeling.
Ook op deze laatste onderwerpen is desondanks goede voortgang geboekt
in de concretisering van beleidsvoornemens, zeker wat betreft
ontwikkeling. Hieronder zal kort in worden gegaan op wat per
deelterrein ter tafel zal liggen en wat de Nederlandse inzet zal zijn.
De Nederlandse inzet voor de Kabulconferentie is gelijk aan de Europese
inzet. In lijn met de doelstellingen van het EU Actieplan voor
Afghanistan, dat een meer intensieve en gecoördineerde inzet van de EU
in Afghanistan beoogt, heeft de Europese Unie voorafgaand aan de
conferentie dezelfde boodschap richting de organiserende autoriteiten
in Afghanistan uitgedragen. De nieuwe EU Vertegenwoordiger in Kabul
heeft in dat kader in het voorbereidende traject een nuttige,
coördinerende rol kunnen spelen, hetgeen de invloed en input van de
Unie in de opzet, agenda en stukken voor de conferentie heeft kunnen
vergroten. Ook tijdens de conferentie zal de Unie zoveel mogelijk met
één stem spreken. Barones Ashton zal als Hoge Vertegenwoordiger namens
de EU het woord voeren tijdens de conferentie.
Op het gebied van veiligheid zal in Kabul de discussie worden
voortgezet over de transitie van verantwoordelijkheden aan de Afghaanse
autoriteiten, over de opbouw van de Afghaanse veiligheidstroepen,
waarbij zowel het leger als de politie in ogenschouw zullen worden
genomen, en over de re-integratie van strijders. De Afghaanse regering
zal een samen met ISAF ontwikkelde transitiestrategie presenteren,
gericht op de geleidelijke overdracht van
veiligheidsverantwoordelijkheden per provincie. Nederland is van mening
dat toekomstige beslissingen met betrekking tot welke provincies als
eerste in aanmerking komen voor transitie, zorgvuldige besluitvorming
vergt, waarbij alle relevante partijen, inclusief UNAMA en ISAF, nauw
betrokken dienen te worden. Dit transitieproces zal bovendien om een
zorgvuldige communicatie vragen zodat duidelijk is dat het hier niet
gaat om het begin van de terugtrekking van de internationale steun,
maar dat het Afghaanse leger en de politie de leiding overnemen en dat
ISAF meer op de achtergrond zal optreden. Uitgangspunt voor Nederland
is voorts dat aspecten van bestuurlijke opbouw en versterking in de
planning en aanpak van het transitieproces verankerd dienen te zijn. In
Londen onderstreepte Nederland al dat adequaat openbaar bestuur
onmisbaar is voor een duurzame en succesvolle overdracht van
veiligheidsverantwoordelijkheden aan de Afghanen. De strategie die het
transitieproces zal gaan vormgeven, dient hier volgens Nederland blijk
van te geven.
In het kader van veiligheid zal door de Afghaanse regering tevens een
eerste concept van het nieuwe nationale veiligheidsbeleid van
Afghanistan worden gepresenteerd. Hierin zal dieper worden ingegaan op
de taken en verantwoordelijkheden van de verschillende Afghaanse
veiligheidsinstanties en hoe deze zich tot elkaar verhouden. Nederland
zal in dit verband letten op de wijze waarop training en
kwaliteitsbewaking worden zekergesteld binnen de voorgenomen,
substantiële vergroting van de omvang van het Afghaanse leger en de
politie.
In navolging van het onlangs door de vredesjirga verschafte mandaat aan
de overheid voor de aanvang van een proces van verzoening en
re-integratie, zal de Afghaanse regering in Kabul een
re-integratieprogramma presenteren. Nederland heeft in Londen reeds
laten weten zeer te hechten aan een proces van verzoening en
re-integratie, maar terughoudend te zijn ten opzichte van de plannen
tot er meer duidelijkheid is over de uitwerking. Elementen waar
Nederland op zal letten zijn: het leren van fouten uit eerdere
programma's; het nemen van heldere en strikte maatregelen tegen
corruptie; het kunnen garanderen van veiligheid van re-integranten en
gemeenschappen; het voorkomen van een `draaideur-effect'; en vooral de
mate waarin het programma gebaseerd is op een breder (lokaal)
vredesproces. Nederland zal tevens pleiten voor een gerichte inzet op
de verbetering van bestuur en ontwikkeling. Overheidsoptreden of het
gebrek daaraan is immers juist vaak een reden voor mensen om de kant
van de Taliban kiezen. Om die reden is beter functionerend (lokaal)
bestuur essentieel voor succesvolle re-integratie. Naar aanleiding van
het Algemeen Overleg met uw Kamer op 30 juni jl., heeft Nederland er in
de aanloop naar de Kabulconferentie herhaaldelijk op gewezen dat
re-integranten geweld zullen moeten afzweren, niet alleen tegen
Afghanen, maar ook tegen buitenlandse troepen. In de EU-boodschap die
HV Ashton zal uitdragen in Kabul is deze verwijzing naar het afzweren
van geweld in algemene zin opgenomen. Nederland zal er daarnaast voor
blijven pleiten dat processen van verzoening en re-integratie niet
leiden tot straffeloosheid en dat recht kan worden gedaan aan het
lijden van slachtoffers van oorlogsmisdaden en
mensenrechtenschendingen.
In breder verband zal Nederland hierbij opnieuw aandacht vragen voor
het respect voor mensenrechten en de positie van vrouwen en daarbij het
belang van de betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld
benadrukken.
Als belangrijkste ontwikkelingsprioriteit noemt de Afghaanse regering
sociaal-economische ontwikkeling. In dit verband zullen drie
beleidsprogramma's worden aangekondigd, gericht op landbouw en rurale
ontwikkeling, human resources, en economie en infrastructuur. In deze
programma's zal een sterkere prioriteitsstelling worden aangebracht
voor sociale en economische hervormingen en worden bestaande
ontwikkelingsprogramma's geclusterd om zo tot een meer effectieve en
efficiënte aanpak te komen. De doelstelling is niet om extra
financiering van de programma's te vragen, maar donoren te verzoeken
hun bestaande financiering meer in lijn te brengen met deze
prioriteiten en meer middelen via de Afghaanse begroting te
kanaliseren. Hieraan verbonden zullen ook voorstellen worden gedaan
voor een verbeterd systeem voor het beheer van publieke middelen, om de
capaciteit van de overheid om ontwikkelingsprogramma's te ontwerpen en
uit te voeren te vergroten, op basis van transparantie en
accountability. De Europese Unie heeft in afwachting van de Afghaanse
beleidsvoorstellen de vaststelling van het nieuwe EU-
meerjarenprogramma 2011-2013 voor Afghanistan aangehouden tot na de
Kabulconferentie. Dit heeft overigens geen gevolgen voor de lopende
OS-programma's van de EU, omdat het hier de programmering vanaf 2011
betreft. In lijn met het verzoek aan de internationale gemeenschap om
steun meer in lijn te brengen met de Afghaanse prioriteiten, zal de EU
aan de hand van de uitkomsten van de conferentie bekijken of het nieuwe
meerjarenprogramma aanpassing behoeft. Kanalisering van deze meerjarige
middelen via de Afghaanse begroting, zal hierbij afhankelijk zijn van
de voortgang die wordt geboekt in het bestrijden van corruptie en het
versterken van het financiële management. Nederland hanteert deze
zelfde criteria, ook voor de reeds bestaande Nederlandse steun.
De verbetering van het openbaar bestuur in Afghanistan, zowel op
nationaal als op lokaal niveau, is wat Nederland betreft de rode draad
tijdens de Kabulconferentie. Zowel v.w.b. transitie als re-integratie
en economische ontwikkeling staat adequaat openbaar bestuur aan de
basis van een succesvolle uitvoering van de beleidsplannen. De
bestrijding van corruptie dient hierin een belangrijke plaats in te
nemen. Bij het beoordelen van de beleidsplannen van de Afghaanse
overheid heeft Nederland speciale aandacht voor dit aspect. Ook pleit
Nederland voor nauwere betrokkenheid van vrouwen en maatschappelijke
organisaties bij deze processen, ook in de follow-up van de
conferentie.
Ten slotte zal de conferentie spreken over de regionale context op
basis van een nieuw Afghaans beleidsplan voor verdergaande regionale
samenwerking. Uiteraard is hiervoor ook de betrokkenheid en
samenwerkingsbereidheid van de landen in de regio essentieel.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Ministerie van Buitenlandse Zaken