Raad voor de Rechtspraak


Effecten invoering minimumstraf onduidelijk

Den Haag, 22 juli 2010 - Over de effecten van minimumstraffen op de ontwikkeling van criminaliteit en de beïnvloeding van het veiligheidsgevoel bij burgers is zo goed als niets bekend. Dat concludeert Peter J. P. Tak, emeritus hoogleraar aan de Radboud Universiteit Nijmegen, in zijn onderzoek `De minimumstraf opnieuw bezien. Een geactualiseerde beknopte rechtsvergelijking.'

Dit onderzoek is een vervolg op een studie naar minimumstraf stelsels in Frankrijk, België, Duitsland, Engeland en Wales die Tak samen met Anton van Kalmthout ( emeritus hoogleraar strafrecht en vreemdelingenrecht aan de Universiteit van Tilburg) in 2003 publiceerde. Tak verrichte het huidige onderzoek op verzoek van de Raad voor de rechtspraak. Aanleiding was de hernieuwde politieke discussie over minimumstraffen en het initiatiefwetsvoorstel minimumstraffen van Tweede Kamerlid Raymond de Roon (PVV) in het bijzonder.

Het onderzoek is gebaseerd op analyses van de juridische literatuur, invloedrijke dagbladen en raadpleging van deskundigen. Na een beschrijving van de minimumstrafstelsels in een groot aantal Europese landen zoomt de studie in op Frankrijk - waar de minimumstraf in 2007 heringevoerd werd - en op Engeland en Wales, waar de stelsels in 2005 aanmerkelijk verfijnd werden.

Taks voornaamste conclusie luidt dat het onmogelijk is de onderzochte stelsels in een typologie onder te brengen: Verschillen tussen de strafkaders lopen daarvoor te ver uiteen. In geen van de landen is onderzoek beschikbaar waaruit onomstotelijk blijkt dat invoering van minimumstraffen tot minder criminaliteit of recidive heeft geleid. Ook in de achtergronden van de introductie schuilt weinig gemeenschappelijks. Voor zover er sprake is van publieke onvrede over straftoemeting is het onzeker of dat gevoel verdwijnt door de invoering van minimumstraffen. Wat wel vaststaat, is dat minimumstraffen tot capaciteitsproblemen in het gevangeniswezen en stijgende financiële lasten kunnen leiden.

"Atypisch, gecompliceerd en strenger"
Over het voorstel van De Roon is Tak duidelijk: Dat zou leiden tot een stelsel dat "atypisch, gecompliceerder dan vergelijkbare stelsels en opmerkelijk strenger" is. Daarnaast laat het weinig rechterlijke discretionaire ruimte. Ook mist het voorstel een systeem van strafverminderende en -verlichtende omstandigheden dat in andere systemen goed werkt.

De Roon's voorstel beoogt naast de introductie van minimumstraffen verhoging van de huidige maximumstraffen, onbeperkte cumulatie bij meerdaadse samenloop, een verzwaard strafstelsel bij recidive, verlaging van de strafrechtelijke meerderjarigheidsgrens naar 16 jaar en verlaging van de leeftijdsgrens voor de strafrechtelijke aansprakelijkheid naar 10 jaar.

Over de auteur
Dr. J. P. Tak is gespecialiseerd in de strafrechtelijke rechtsvergelijking. Hij heeft rechtsvergelijkende rapporten geschreven, onder andere over vormverzuimen, het gerechtelijk vooronderzoek, buitenlandse DNA-wetgeving en bijzondere opsporingsmethoden. Daarnaast schreef hij tien rechtsvergelijkende boeken, waaronder `Heimelijke opsporing in de EU' en `Sanctiestelsels in de landen van de Raad van Europa.'

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met P. J. P. Tak: 024-3234155, p.tak@jur.ru.nl of met Annelies van Knippenbergh, persvoorlichter van de Raad voor de rechtspraak: 070 - 3619 721, a.van.knippenbergh@rechtspraak.nl.

Bron: Raad voor de rechtspraak Datum actualiteit: 22 juli 2010 Naar boven