Raad van State


vrijdag 23 juli 2010
(Deze zaak is op 19 juli jl. ingetrokken)
Zitting over het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Haarlem om een ondergrondse afvalcontainer te plaatsen op de Pijlslaan in Haarlem. Een omwonende verzet zich tegen de komst van de afvalcontainer. Hij is van mening dat de ondergrondse container zijn woongenot vermindert en een waardedaling van zijn huis tot gevolg heeft. Daarnaast zal de afvalcontainer volgens hem lawaai en stank meebrengen. Hij vindt dat er genoeg alternatieve locaties zijn om de afvalcontainer te plaatsen. De man komt dan ook tegen het besluit van het gemeentebestuur in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. (zaaknummer 201001697/1)

10.45 uur

Zitting over het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Haarlem om een ondergrondse afvalcontainer te plaatsen op de Rollandslaan in Haarlem. Twee buren verzetten zich tegen de komst van de afvalcontainer. Zij zijn van mening dat de ondergrondse container veel te dicht bij hun huizen wordt geplaatst. Daarnaast zal de afvalcontainer volgens hen lawaai meebrengen. Zij vinden dat deze locatie uit nood is geboren, nu maar liefst drie eerdere locaties op bezwaren stuitten van omwonenden. Hierin zien zij geen weloverwogen keuze. De twee komen dan ook tegen het besluit van het gemeentebestuur in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. (zaaknummer 201002218/1)
Zitting over het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Zwijndrecht om een ondergrondse afvalcontainer te plaatsen in een groenstrook op de Kortenaerstraat in Zwijndrecht. Een aantal bewoners van de straat verzet zich tegen de komst van de afvalcontainer. Zij hebben vier alternatieve locaties voor de container aangedragen die zich buiten het zicht van de woningen bevinden. Het gemeentebestuur vindt alle vier de locaties ongeschikt. Bij sommige locaties liggen kabels en leidingen in de grond en zijn de kosten van omlegging onevenredig hoog. En bij een ander alternatief is de loopafstand voor de veelal oudere flatbewoners te ver weg, aldus het gemeentebestuur. De bewoners komen tegen het gemeentebesluit in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. (zaaknummer 201002381/1)

14.00 uur

Zitting over het zogenoemde projectbesluit van het college van burgemeester en wethouders van Veldhoven voor de bouw van 300 woningen en appartementen en een zorginstelling 'Oerle-Zuid'. De ontwikkeling van Oerle-Zuid is een eerste uitwerking van het Masterplan Veldhoven West en maakt deel uit van de substantiële woningbouwtaak die de gemeente heeft in de regio Zuidoost Brabant. De 300 woningen en het zorgcluster komen aan de zuidzijde van het kerkdorp Oerle. Een echtpaar dat in de omgeving woont, is tegen het projectbesluit. Zij voeren tal van bezwaren aan. Zij zijn onder andere van mening dat er alternatieve, betere locaties zijn voor de woningbouw en zij vinden dat het onderzoek naar de beschermde diersoorten in het gebied onvolledig en ondeugdelijk is. Ook vinden ze dat het projectbesluit onvoldoende tot uitdrukking brengt wat de gevolgen voor de luchtkwaliteit zijn. De rechtbank in Den Bosch heeft in maart 2010 een eerder beroep van het echtpaar gegrond verklaard. De rechtbank is van oordeel dat het besluit van het gemeentebestuur niet op alle onderdelen een zogenoemde goede ruimtelijke onderbouwing bevat. Het gemeentebestuur is het niet eens met de uitspraak van de rechtbank en komt hiertegen in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het echtpaar komt, ondanks het gunstige resultaat, ook in hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank. Zij vinden dat de rechtbank sommige van hun beroepsgronden ten onrechte heeft verworpen en dat de rechtbank niet alle beroepsgronden heeft behandeld en gewogen. (zaaknummer 201004647/1)