Ingezonden persbericht

11 augustus 2010

Levensmiddelenindustrie vermindert zout in voeding
Resultaten eerste fase FNLI Actieplan zoutverlaging bekend, reductie van 10% behaald.
Rijswijk - De Nederlandse levensmiddelenindustrie heeft het toegevoegd zout in haar producten gemiddeld met een flinke stap van 10% verlaagd in de eerste fase van het FNLI Actieplan zoutvermindering. Dit blijkt uit de monitoringgegevens die zijn verzameld door de leden van de Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie (FNLI). Alle sectoren hebben een goede start gemaakt met zoutvermindering. De doelstelling om in 2010 de hoeveelheid toegevoegd zout met gemiddeld 12% te verminderen is nog niet gehaald.

In 2007 startte de FNLI de Taskforce Zout in Levensmiddelen in antwoord op de eind 2006 uitgebrachte Richtlijnen Goede Voeding van de Gezondheidsraad. Dit leidde in 2008 tot de lancering van het Actieplan Zoutreductie. Het actieplan bevat meer fasen. In de eerste fase zijn concrete afspraken gemaakt met alle deelnemende sectoren om in gezamenlijkheid het toegevoegd zout (natrium) in producten in 2010 met 12% verlaagd te hebben. De leden van de FNLI hebben de verminderingen/hoeveelheden in voedingsmiddelen de afgelopen periode gemonitord.

Sectoren goed op weg
Het is duidelijk dat het proces van zoutvermindering in alle productcategorieën goed op gang is gekomen. Veel bedrijven hebben behoorlijk wat werk verzet. Een groot aantal productcategorieën behaalde de reductiedoelstelling of overtroffen deze: broodvervangers1, koek en banket, frituur & vleessnacks2, salades, groentenconserven, bak- en braadproducten, ontbijtgranen en smeltkaas bereikten hun doelstelling. Bij brood en kaas werden substantiële reducties van respectievelijk 10% en 14% behaald. Gezien het belang van deze producten bij zoutvermindering werd hiermee een belangrijke bijdrage aan de totale reductie geleverd. De broodbranche heeft de vermindering tot stand gebracht door het ministerie van VWS zelf te verzoeken de wettelijke maximumnorm voor zout in brood te verlagen.

Resultaten eerste fase
In alle categorieën werden positieve resultaten behaald, maar het verwachte resultaat van 12% werd niet behaald. Ook waar de doelstellingen niet zijn gehaald, zijn er stevige resultaten geboekt. Recente ontwikkelingen geven zicht op een goed vervolg. Zo heeft een aantal grote fabrikanten pas in 2010 verminderingen doorgevoerd die nog niet in de resultaten zijn opgenomen. Met het behaalde resultaat loopt Nederland in de pas en in het tempo van landen als het VK en Finland. Een overzicht van de bevindingen is onderstaand weergegeven.

Tijdens de eerste fase van het actieplan bleek het belang van samenwerking in de keten. Dit geldt met name voor private label producten en de retail, maar ook voor afnemers in de catering en horeca. Medewerking van deze partijen is noodzakelijk om substantiële reducties te realiseren. De FNLI maakt zich hard om deze samenwerking versneld te ontwikkelen en de ketenpartners te verbinden aan gelijke ambities. Zo kan het verminderingsfront belangrijk worden verbreed.

Inspanningen moeten worden doorgezet
De FNLI is verheugd dat het proces van zoutvermindering op gang is gekomen. De daling werd onlangs bevestigd door de cijfers die de VWA publiceerde. Indien deze resultaten worden afgezet tegen de referentie die de FNLI heeft gehanteerd, kunnen hieruit vergelijkbare verminderingen worden afgeleid. De FNLI vindt het jammer dat de gezamenlijke inspanning nog niet heeft geresulteerd in het behalen van het beoogde resultaat.

"Wij zijn erg blij met het harde en goede werk in alle sectoren om zout te verminderen. Dit is een gezamenlijke inspanning die tijd nodig had om breed op gang te komen. Dat is gelukt. "zegt Philip den Ouden, directeur van de FNLI. "Wij zijn het eens met minister Klink dat de inspanning door de industrie nu moet worden doorgezet. Vermindering van zout is een belangrijke bijdrage aan verantwoorde voeding. Het is spijtig dat we er nog niet in geslaagd zijn de doelstelling voor de eerste fase te halen. Die is wel binnen handbereik gekomen. Dus nu doorgaan met een tandje erbij. "

Vervolg
De FNLI zal zich inzetten voor verdere reductie van zout. Allereerst wordt met de betrokken sectoren, en specifiek daar waar de doelstellingen nog niet zijn behaald, over nieuwe afspraken en vervolgafspraken voor de komende jaren gesproken. Den Ouden: "We moeten ons beraden hoe we de vaart kunnen vermeerderen om de kleine achterstand in te lopen. Hoe houden we elkaar scherp? Waar moeten we oplossingen voor obstakels vinden? Hoe sporen we alle bedrijven aan vol te houden? We zullen de te bewandelen paden daarom nog eens grondig onder de loep nemen. Daarbij wordt gekeken naar het soort doelen dat we zetten, hoe we die formuleren en hoe we de monitoring frequenter en volgens een vast patroon kunnen uitvoeren. "

De FNLI zal de vervolgstappen voor eind 2010 bekendmaken.

Resultatentabel fase 1
Zoutvermindering per productgroep

Productgroep
Doelstelling Fase 1
Gerealiseerd Fase 1

reductie
(%)
reductie
(%)

brood
12
10

sauzen (versier en maaltijd)
10
9

soepen
10
8

kant- en klaar maaltijden
10
6

kaas halfhard (Goudse jong belegen)
15
14

frituur&vleessnacks (ragoutsnacks, vleessnacks, loempia)
10
10

broodvervangers
10
12

hartige droge snacks en noten
15
9

koek& banket
10
10

salades
10
31

groentenconserven
10
16

ontbijtgranen
15
23

smeltkaas (smeerkaas)
10
18

tafelzuren
15
0

bak- en braadproducten
10
16

mosterd
20
22

Totaal
12
10

Toelichting

De basis van de vermelde reductiepercentages zijn de natriumgehalten vermeld in de NEVO 2006 en sector data.
Rekening is gehouden met de bijdrage die elke productgroep levert aan de natriumconsumptie in Nederland.
Daarvoor zijn gegevens uit de Voedsel Consumptie Peiling (VCP) 1998 gehanteerd. Per productgroep heeft de sector
monitoring uitgevoerd. De uitkomst daarvan is weergegeven onder 'gerealiseerd fase 1'.

1 Producten zoals crackers
2 Producten zoals frikandel, hamburger, kroket en loempia