Gemeente Utrecht

Vragen dhr. van Oldenborg aan college Utrecht over erfafscheidingen woonboten

2010 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
95 Vragen van de heer V. Oldenborg
(ingekomen 12 augustus 2010)

Geacht College

In februari 2006 heeft de gemeenteraad unaniem een motie aangenomen met de titel "Handhaven kan heel vernieuwend zijn" betreffende het oeverbeleid bij woonschepen. In deze motie werd het College uitgenodigd om het bestaande oeverbeleid uit de jaren 90 van de vorige eeuw te gaan handhaven. En dus geen tijd te steken in de formulering van een nieuw oeverbeleid. Het College heeft beloofd deze motie uit te voeren en is er mee aan de slag gegaan. In het voorjaar 2008 bleek dat er problemen ontstonden bij de handhaving van het oeverbeleid tussen de gemeente en woonschipeigenaren. Er hebben toen een aantal verhelderende gesprekken plaatsgevonden tussen het SUWO en de verantwoordelijk wethouder over het hoe, wat en waarom van de handhaving. Naar wij hebben begrepen loopt het traject sinds die gesprekken zonder noemenswaardige problemen en met positieve inzet van de medewerkers van de gemeente en de woonschipeigenaren.
Naar wij begrepen hebben duikt er nu echter langs de Vechtdijk een probleem op. Ten eerste valt de reactietermijn voor woonschipeigenaren op die plek op de gemeentelijke aanschrijving precies in de vakantieperiode. Daar heb ik in andere schriftelijke vragen al eerder aandacht voor gevraagd. Ten tweede lijkt er discussie te ontstaan over de hoogte van erfscheidingen langs de Vechtdijk. Dit leidt voor de fractie van Stadspartij Leefbaar Utrecht tot de volgende vragen:

1. Is onze informatie juist, dat er discussie is ontstaan over de hoogte van de schuttingen en andere erfafscheidingen langs de Vechtdijk in verband met de door de bewoners ervaren onveiligheid in dat gebied?
2. Is het College bereid om in overleg met de betreffende woonschipbewoners en wellicht ook de politie nader te bezien of langs de Vechtdijk andere eisen kunnen worden vastgelegd met betrekking tot erfafscheidingen?
3. Is het College bereid om de afgegeven aanschrijvingen aan te houden en de reactietermijn te verlengen tot 1 september zodat de bewoners in de gelegenheid zijn om eventueel gezamenlijk een zienswijze in te dienen, waar het dit onderwerp betreft?