Centraal Bureau voor de Statistiek
CBS

Industriemonitor, vrijdag 13 augustus 2010 9:30

Industriebeeld: opnieuw flinke toename omzet en productie

De ondernemers in de industrie realiseerden in juni 19 procent meer omzet dan in juni 2009. In mei was de waarde van hun omzet 16 procent hoger. De gemiddelde dagproductie van de Nederlandse industrie lag in juni 7 procent hoger dan een jaar eerder. In mei werd 9 procent meer geproduceerd.

Het producentenvertrouwen is in juli voor de tweede maand op rij gedaald. De indicator kwam uit op -2,4 tegen -0,7 in juni. De ondernemers in de industrie waren met name minder optimistisch over de productie in de komende drie maanden.

Volgens de eerste, voorlopige raming van het CBS is de Nederlandse economie in het tweede kwartaal van 2010 met 2,1 procent gegroeid ten opzichte van hetzelfde kwartaal een jaar eerder.

Productiegroei en producentenvertrouwen

Fors hogere omzet in aardolie en chemie

Bij de sterke omzettoename moet bedacht worden dat de industriële omzet in de eerste negen maanden van 2009 zo'n 20 à 30 procent lager was dan een jaar eerder. De omzet lag de afgelopen maanden nog altijd ruim onder het niveau van dezelfde maand in 2008.

Juni 2010 had een ander werk- en feestdagpatroon dan juni 2009. Het positieve effect hiervan op de omzetontwikkeling wordt geraamd op ongeveer 2 procent. De door de industrie verkochte producten waren in juni ruim 9 procent duurder dan een jaar eerder.

Binnen de industrie was het beeld wisselend. De omzet in de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie nam met 36 procent het meest toe. Ook in de elektrotechnische- en machine-industrie, de basismetaal- en metaalproductenindustrie en de transportmiddelenindustrie was de omzet fors hoger dan een jaar eerder. Hiertegenover stond een bescheiden omzettoename in de voedings- en genotmiddelenindustrie en de overige industrie.

Op de exportmarkt werd in juni 23 procent meer omzet behaald. De omzet op de binnenlandse markt was 14 procent hoger dan in juni 2009. Al vijf maanden is de toename van de in het buitenland gerealiseerde omzet duidelijk groter dan die van de binnenlandse omzet.

Meer productie

Bij de hoge productie moet in ogenschouw worden genomen dat de industriële productie in het eerste half jaar van 2009 zo'n 13 procent lager was dan een jaar eerder. Ook in juni 2010 lag de productie nog steeds ruim onder het niveau van 2008.

De productietoename was het grootst in de elektrotechnische en machine-industrie en in de basismetaal- en metaalproductenindustrie. De productie in deze branches was respectievelijk 22 en 17 procent hoger dan in juni 2009. De transportmiddelenindustrie realiseerde 15 procent meer productie. Ook in de aardolie-, chemische, rubber- en kunststofproductenindustrie en de voedings- en genotmiddelenindustrie was de productie hoger dan een jaar eerder, maar met 4 en 3 procent was de toename daar meer gematigd.

Afnemend vertrouwen in toekomstige productie

De stemming over de toekomstige productie was een stuk minder optimistisch dan in juni. Waar vorige maand de producenten nog een toename in de productie verwachtten, werd in juli een nagenoeg gelijkblijvende productie voor de komende drie maanden voorzien. Ook over de voorraden dachten de industriële ondernemers in juli minder positief. Wel verbeterde hun kijk op de orderpositie. Toch zijn er nog altijd meer ondernemers met een negatief oordeel over de orderpositie dan met een positief oordeel.

De concurrentiepositie is volgens de ondernemers in het tweede kwartaal licht verbeterd. De grootste verbetering werd op de buitenlandse markt buiten de EU gezien. Over de toekomstige afzet in het buitenland waren de ondernemers in juli nog altijd optimistisch, maar wel in iets mindere mate dan een kwartaal eerder. Onvoldoende vraag werd nog altijd door 25 procent van de ondernemers genoemd als een productiebelemmering. Wel was dit aantal lager dan in april toen 30 procent deze belemmering aangaf.

De bezettingsgraad steeg van 78,7 procent in april naar 80,2 procent in juli. Desondanks was de bezettingsgraad nog steeds laag. Afgelopen 20 jaar benutte de industrie steeds tussen de 80 en 87 procent van haar productiecapaciteit.

Krimp voorraden industrie gelijk

De ondernemers in de industrie hielden in mei bijna 13 procent minder voorraad gereed product aan dan een jaar eerder. De afname in mei was vergelijkbaar met die in voorgaande maanden. De voorraden zijn al meer dan een jaar maandelijks onafgebroken lager dan een jaar eerder, maar de omvang van de krimp neemt niet meer toe. De index van de voorraden gereed product (2005=100) bleef nagenoeg onveranderd op 96,5. De afname van de voorraden viel samen met een verdere toename van de omzet in de industrie in mei.

Sterke groei bruto toegevoegde waarde industrie

De Nederlandse economie is in het tweede kwartaal van 2010 met 2,1 procent gegroeid in vergelijking met een jaar eerder.

Ten opzichte van het voorgaande kwartaal groeide de Nederlandse economie in het tweede kwartaal van 2010 met 0,9 procent. Hierbij is rekening gehouden met werkdag- en seizoenseffecten.

De industrie groeide met ruim 8 procent in het tweede kwartaal. Over de hele linie is de productie in de industrie toegenomen. De handel en het transport profiteerden hiervan en groeiden met respectievelijk 7 en 6 procent. In het tweede kwartaal van 2010 was het volume van de uitvoer van goederen en diensten 12 procent hoger dan een jaar eerder. Deze groei betreft zowel de uitvoer van Nederlands product als de wederuitvoer. De uitvoer van Nederlands product groeide met 10 procent. Vooral de buitenlandse vraag naar producten van de chemische, metaal- en elektrotechnische industrie was fors hoger.