Rijksvoorlichtingsdienst

Politieacademie gaat studenten beter examineren

De Politieacademie gaat de studenten grondiger examineren. De examenopdrachten zullen de les- en leerstof beter dekken. Verder zullen de leeropdrachten die de studenten krijgen met onmiddellijke ingang verplicht worden. Ook krijgen de studenten meer uren contact met hun docenten. Op deze manier gaat de kwaliteit van het politieonderwijs omhoog.

Dit schrijft minister Hirsch Ballin (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Justitie) aan de Tweede Kamer. Hij heeft vorige week afspraken gemaakt met de Politieacademie over noodzakelijke verbeteringen van de politie-examens en het onderwijs. De afspraken volgen op een onderzoek van de Inspectie Openbare Orde en Veiligheid naar het politieonderwijs voor de functies van assistent politiemedewerker (mbo niveau 2), politiemedewerker (mbo niveau 3) en allround politiemedewerker (mbo niveau 4). Hirsch Ballin heeft dat onderzoek ook naar de Tweede Kamer gestuurd.

Volgens de Inspectie OOV dekken examenopdrachten in het politieonderwijs nu nog onvoldoende de kennis en vaardigheden die de studenten moeten opdoen. Studenten aan de Politieacademie besteden minder tijd aan hun opleiding dan ervoor staat. Zij richten zich vooral op de verplichte examenopdrachten en maken slechts iets meer dan de helft van de leeropdrachten, die tot nu toe nog niet verplicht waren. Volgens de inspectie is het meer dan aannemelijk dat studenten na het halen van hun politiediploma nog niet volledig alle vastgestelde kennis en vaardigheden beheersen.

In het politieonderwijs studeren en werken de studenten steeds een kwartaal in de praktijk bij een politiekorps, afgewisseld met een kwartaal op school aan de Politieacademie. De lengte van de opleiding varieert per niveau van anderhalf tot vier jaar. De aspiranten krijgen tijdens hun opleiding salaris.

Examenopdrachten nu onvoldoende dekkend
De Inspectie OOV heeft bij 18 vakken ('kernopgaven') gekeken of de examenopdrachten ('proeven van bekwaamheid') wel voldoende de kennis, vaardigheden en beroepshouding toetsen die studenten zich eigen moeten maken. In elf gevallen waren de examenopdrachten onvoldoende, ze toetsen minder dan driekwart van de les- en leerstof. Laag scoren bijvoorbeeld de examens over het optreden bij misdrijven, optreden bij drugsdelicten en het uitvoeren van ingewikkelde verkeerscontroles. Examenopdrachten in de meer publieksgerichte vakken zijn veel beter. Verplichte leeropdrachten als formeel onderdeel van de examens kunnen volgens de inspectie de lacunes opvullen. Uit enquêtes door de Inspectie OOV blijkt dat veel docenten en begeleiders bij de politiekorpsen en bij de Politieacademie ook vinden dat de studenten na een examenopdracht niet of grotendeels nog niet de vereiste kennis, vaardigheden en beroepshouding hebben. De begeleiders in de praktijk oordelen daarbij positiever dan de docenten en begeleiders van de Politieacademie.

Tijdsbesteding studenten
Tijdens hun periode bij de politiekorpsen studeren en werken de studenten 36 uur per week. Tijdens hun periode op school aan de Politieacademie moeten zij ook 36 uur aan hun opleiding besteden, in lessen en door zelfstudie. Dat aantal uren halen de studenten niet: zij steken maar tussen de 18 en 30 uur in hun opleiding. Aan het begin van de opleiding hebben de studenten meer uren contact met hun docenten, later neemt dat af en wordt van de studenten meer zelfstudie verwacht. Deze opzet blijkt maar gedeeltelijk te werken: het aantal lessen door docenten neemt wel af naarmate de opleiding vordert, maar het aantal uren zelfstudie neemt maar een beetje toe. Door de leeropdrachten te verplichten zal het aantal uren effectieve zelfstudie toenemen. Bovendien zal de Politieacademie ervoor zorgen dat het aantal daadwerkelijk gerealiseerde contacturen tussen studenten en docenten omhoog gaat.

Voorstellen om opleidingen in het politieonderwijs te verkorten zullen alleen door kunnen gaan als zeker is dat de kwaliteit van het politieonderwijs is gewaarborgd.

Noot voor redacties (