Stichting Wakker Dier

Geen modder, geen welzijn!
(7 september 2010)
Modderbaden zijn een basisbehoefte voor varkens, zoals grazen voor koeien en scharrelen voor kippen. Dit staat in een rapport dat vandaag is gepubliceerd door Wageningen Livestock Research, in opdracht van stichting Wakker Dier. Dit komt ondermeer door de genetische verwantschap van varkens met nijlpaarden, wilde zwijnen en olifanten: deze dieren hebben modder nodig om af te koelen omdat zij niet kunnen zweten. De drang om te modderbaden is voor varkens in de kale stallen van de vee-industrie zo groot, dat het zindelijke varken uit wanhoop gaat badderen in de eigen poep. Het ontbreken van het modderbad in politieke en wetenschappelijke discussies over het welzijn van varkens is een blinde vlek, zo staat in het onderzoek.

Het rapport bespreekt de verschillende functies van `zoelen', ofwel modderbadderen. De belangrijkste functie is thermo-regulatie (afkoelen), maar ook bescherming van de huid tegen parasieten, ontstekingen en zonnebrand is van groot belang (p13). Zoelen heeft ook een functie in sexueel gedrag en geurmarkering. Het rapport stelt dat zoelen een aangeboren natuurlijk gedrag is, dat op zich zelf al belangrijk is omdat de varkens er zeer de behoefte aan hebben en van genieten (p18). Van nature gebruiken varkens modderpoelen bij zeer hoge én zeer lage temperaturen, zelfs soms rond het vriespunt. Rond de 22 graden wordt als `kritische temperatuur' opgegeven: daarboven wordt een modderbad aanbevolen om oververhitting te voorkomen. In de Nederlandse stallen ligt de temperatuur meestal hoger (p16). Vleesvarkens, zwangere zeugen, en in nog ergere mate de lacterende zeugen, worden bij hogere temperaturen gehouden. Op hete dagen zijn sterftecijfers hoger en zoeken varkens hun afkoeling in de eigen mest. Dit gedrag wordt abnormaal genoemd en zelfs vergeleken met staartbijten (p15).

De Nederlandse overheid baseert haar beleid `duurzame veehouderij' op de vijf vrijheden (lees: basisbehoeftes) van Brambell. Het rapport merkt op dat zoelen drie van de vijf basisbehoeftes ondersteunt (p2), en daarom deel zou moeten zijn van het Nederlands beleid. In welzijnsonderzoek wordt echter met geen woord over modderpoelen gerept. Het rapport spreekt van een `blinde vlek' (p22). De EU besloot eerder dat de legbatterij verboden moet worden, omdat kippen in de kleine kooien hun natuurlijke gedrag niet kunnen uitvoeren zoals een stofbad nemen, een legnest maken en scharrelen. Wakker Dier wil met dit rapport hetzelfde doel bereiken voor de varkens. "Geen modder, geen welzijn", is in één zin de samenvatting van het rapport. Modderbaden dienen onderdeel te worden van het duurzaamheidbeleid. Op korte termijn moeten er twee dingen gebeuren om het tekort aan welzijn te verzachten: stro om te wroeten, en varkensdouches om af te koelen. In Denemarken zijn boeren verplicht om hun varkens verkoeling aan te bieden en zijn douches standaard praktijk (p22).
Met haar acties tegen goedkoop vlees voert Wakker Dier campagne om meer varkens naar buiten te krijgen. De goedkope prijzen hebben ertoe geleid dat de modderpoel compleet is verdwenen uit praktijk, regelgeving en wetenschap. Voor de komst van de vee-industrie was een poel standaard onderdeel van de varkenshouderij en werd het belang ervan ook beaamd door wetenschappers, aldus het rapport. Sinds de intensivering is de modderpoel verdwenen. Deze paste niet in de neerwaartse spiraal om steeds goedkoper en daardoor steeds massaler te produceren. Wakker Dier wil deze spiraal doorbreken: geen kwantiteit, maar kwaliteit; een eerlijke prijs voor de boer en een goed leven voor het dier.

Ook blijft Wakker Dier het publiek voorlichten en overtuigen om te kiezen voor biologisch. De Wakkere Winkelaar, een wekelijkse nieuwsbrief met diervriendelijke aanbiedingen van de 10 grootste supermarkten, helpt de consument om te kiezen voor diervriendelijk.

Nog geen 10.000 van de twaalf miljoen varkens in Nederland hebben toegang tot een modderpoel. Hoofdstuk 5 van het rapport beschrijft de `ideale poel': hoe moet een poel eruit zien om varkens optimaal te kunnen laten zoelen. Zoelen bestaat meestal uit een aaneenschakeling van gedragingen (hoofdstuk 3 en 5): het varkens wandelt naar de poel, wroet in de aarde, bedekt de huid met een laag modder, ligt of baddert in het water, en schurkt de dikke laag modder eraf. De poel moet dan ook groot genoeg zijn en makkelijk toegankelijk voor alle varkens. De ideale poel ziet eruit als vijver met een brede modderrand, heeft diverse dieptes en goede schurkmogelijkheden vlakbij. Deze criteria zullen worden overhandigd aan de biologische varkenssector, zodat de bijna honderd biologische varkenshouders in Nederland hun poel voor optimaal varkensgenot kunnen inrichten.