Maximale werkstraf voor doorgeven informatie uit computersystemen
politie
Den Haag, 8 september 2010 â De rechtbank âs-Gravenhage heeft vandaag
een 39-jarige voormalige informatierechercheur van de politie
Rotterdam-Rijnmond veroordeeld tot de maximale werkstraf van 240 uur,
omdat hij informatie uit de computersystemen van de politie heeft
doorgegeven aan een derde, terwijl hem in ruil hiervoor beloften in het
vooruitzicht waren gesteld.
De ex-rechercheur heeft van februari 2006 tot maart 2008 op verzoek van
een medewerker van de Marokkaanse ambassade in Nederland personen
nagetrokken in de computersystemen van de politie en de betreffende
informatie doorgegeven aan deze ambassademedewerker. De
ambassademedewerker had de rechercheur verteld dat de bevragingen van
de computersystemen te maken hadden met terrorisme, wapenhandel of
acties tegen de Koning van Marokko.
De rechtbank was van oordeel dat de voormalige rechercheur, gelet op de
ernst van het feit, een onvoorwaardelijke straf moest krijgen. Evenals
de officier van justitie vond de rechtbank een gevangenisstraf in dit
geval echter een te zware straf, maar een werkstraf passend.
De rechtbank heeft in het voordeel van de man meegewogen dat de
informatie die hij heeft opgevraagd weliswaar persoonsgegevens maar
geen staatsgeheimen bevatte of anderszins bijzonder was van karakter.
Ook heeft de rechtbank meegewogen dat de nagetrokken personen
vooralsnog geen nadeel hebben ondervonden van het feit dat de man
informatie over hen heeft bevraagd en doorgegeven.
Tenslotte heeft de rechtbank rekening gehouden met het feit dat de man
door zijn handelen zijn baan als informatierechercheur bij de politie
is kwijtgeraakt en dat de zaak uitgebreid in de media is besproken.
Daar staan volgens de rechtbank een aantal strafverzwarende aspecten
tegenover. Zo heeft de man willens en wetens gehandeld in strijd met
zijn ambtsplicht en in strijd met de door hem getekende
geheimhoudingsverklaring. Ook heeft hij door het verstrekken van de
informatie de privacy van de betrokken personen ernstig geschonden.
Het vonnis is te vinden via onderstaand LJ-nummer.
LJ Nummer
BN6204
Zie het origineel
Bron: Rechtbank 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 8 september 2010 Naar boven
Gerechtelijke organisatie