Universiteit van Amsterdam

Mode woog zwaarder bij opdrachtgever Griekse beeldhouwkunst dan status


Promotie Archeologie


woensdag 8 september, 14.00 uur

Helle Hochscheid onderzocht de praktische en sociale omstandigheden waaronder de beeldhouwkunst tot bloei kwam in het Athene van de zesde en vijfde eeuw voor Christus. Daarbij gebruikte zij het perspectief van de art world, een concept van socioloog Howard Becker. Art worlds zijn groepen mensen van wie de activiteiten op wat voor manier dan ook bijdragen aan de totstandkoming van kunstwerken, of dit nu museumwaardige schilderijen of voor het plezier gemaakte borduursels zijn. Deze benadering werkt goed voor de oudheid, omdat het onderscheid tussen hoge kunst en ambacht destijds niet zo bestond. Daarnaast wordt in de archeologie vaak over beeldhouwers nagedacht, maar zelden over anderen die bijdroegen aan de antieke sculptuurrijkdom. Zo waren er schilders die de beelden verfden, transporteurs die steen aanvoerden, maar ook opdrachtgevers die de vraag naar sculptuur bepaalden. Atheense opdrachtgevers lieten beelden opstellen in de openbare ruimte, op heiligdommen en begraafplaatsen. Vaak wordt aangenomen dat ze hiermee hun status wilden etaleren. Hoewel dit vanuit een modern perspectief logisch lijkt, laat Hochscheid zien dat het voor de oudheid onwaarschijnlijk is. De keuzes die opdrachtgevers maakten zijn namelijk zeer divers, hoewel de aanleidingen om beelden te bestellen heel vergelijkbaar zijn. Eerder lijkt er sprake te zijn van mode in de beeldhouwkunst. Mw. H.K. Hochscheid: Transactions in Stone. Making sculpture in Athenian society in the sixth and fifth centuries BC. Promotoren zijn dhr. prof. dr. B. Kempers en dhr. prof. dr. U. Sinn (Universität Würzburg, Duitsland).
Locatie: Aula van de UvA, Singel 411, Amsterdam.