Rijksdienst Cultureel Erfgoed


Gemaal Lovink eerste gebouwde rijksmonument in de Flevopolder

Persbericht | 1 sep 2010 - 15:22

`Pompend hart van Flevopolder' in top 100 naoorlogse monumenten

AMERSFOORT/DRONTEN - Met de aanwijzing van het gemaal H.J. Lovink in Dronten krijgt de Flevopolder zijn eerste gebouwde rijksmonument. Het gemaal uit 1957 is volgens de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed een mijlpaal van de naoorlogse drooglegging van Flevoland. Het is bovendien een toonbeeld van de wederopbouw van Nederland op het gebied van het vormen van nieuw land op de zeebodem.

Directeur van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Cees van 't Veen, zal het aanwijzingsbesluit op zaterdag 11 september tijdens de landelijke Open Monumentendag overhandigen. Dat doet hij namens de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap aan dijkgraaf Henk Tiesinga van Waterschap Zuiderzeeland, eigenaar van het gemaal Lovink en aan burgemeester Aat de Jonge van de gemeente Dronten. Aansluitend zal het waterschap een monumentenplaquette onthullen. Ter gelegenheid van de nieuwe rijksmonumentale status is het gemaal eenmalig tussen 11.00 en 14.00 uur geopend voor publiek.

Land en water

Het gemaal is ontworpen door architect Dirk Roosenburg (1887-1962) en staat op de dijk langs het Veluwemeer. Het werd eind jaren vijftig ingezet om de oostelijke Flevopolder leeg te pompen. Het gemaal Lovink is vernoemd naar voorzitter dr. H.J. Lovink (1866-1938) van de staatscommissie die de landbouwkundige en economische kant van de inpoldering behandelde. Het gebouw onderscheidt zich door zijn modernistische vormgeving met bijzondere betonconstructie, elektrische installatie met elektromotoren en het kunstwerk Land en Water van kunstenaar J.M. Roozenburg boven de entree. Daarop schudden een visser en een boer elkaar de hand. Dit reliëf verwijst naar de bijzondere betekenis van het gemaal voor Flevoland. Samen met andere gemalen vormt het een groter geheel van grote cultuurhistorische betekenis. ,,Het gemaal is het pompende hart van de polder. Een oer-Hollands bouwwerk voor de landaanwinning", zegt Eva Wijdeveld, consulent van de Rijksdienst.

Monumenten uit de wederopbouwtijd

Voor een gemeente als Dronten, die pas sinds 1972 bestaat en waarvan de bouw van het eerste dorp in 1960 startte, is het bij gebrek aan oude gebouwen bijzonder om een rijksmonument te hebben. Toch is dat mogelijk, omdat de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed na een grondige inventarisatie, in 2007 honderd bouwwerken uit de periode 1940-1958 heeft voorgedragen als rijksmonument. Deze bouwwerken zijn van groot belang geweest voor de wederopbouw van Nederland en vormen een mijlpaal in de ontwikkeling van de architectuur, stedenbouw, landinrichting, bouwtechniek of ruimtegebonden kunst. Behalve het gemaal Lovink zijn onder meer de Euromast, de Bijenkorf en de aankomsthal van de Holland-Amerika-Lijn in Rotterdam, de stadsschouwburg in Utrecht, de Opstandingskerk in Amsterdam en de NS-stations van Eindhoven, Vlissingen en Zutphen inmiddels al rijksmonument geworden. Ook de ventilatietorens van de Velsertunnel staan op de nominatie. Die laatste zijn eveneens door Roosenburg ontworpen. Volgens de Rijksdienst is zijn architectuur kenmerkend voor de wederopbouw. Consulent Eva Wijdeveld: ,,In de periode 1940-1965 zijn in Nederland zo'n 250 gemalen gebouwd. Gemaal Lovink is uitzonderlijk in zijn combinatie van traditionele baksteen in een moderne betonconstructie. In de bouwwerken van Roosenburg waren vooral het gebruik en de praktische oplossingen belangrijk."

Dit is een gezamenlijk persbericht van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed en Gemeente Dronten.