ChristenUnie


Bijdrage Arie Slob inbreng fiscale verzamelwet 2010

Bijdrage Arie Slob inbreng fiscale verzamelwet 2010

donderdag 16 september 2010 14:00

De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben kennisgenomen van het wetsvoorstel Fiscale verzamelwet 2010. Deze leden hebben hierom-trent nog enkele vragen.

De leden van de ChristenUnie-fractie constateren dat de uitsluiting van personenauto's voor de milieu-investeringsaftrek niet van toepassing is op kwalificerende elektrische personenauto's. Welke personenauto's zouden ook in aanmerking komen voor de MIA, indien de grens gelegd zou worden bij alle nieuwe personenauto's, die een CO2-emissie hebben van minder dan 50g CO2/km, zo vragen deze leden. En heeft de regering overwogen deze grens te hanteren, zo vragen de leden van de fractie van de ChristenUnie.

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennisgenomen van de in de Nota van Wijziging voorgestelde wijzigingen van artikel 4.17 en 4.17a van de Wet inkomstenbelasting 2001. In de memorie van toelichting wordt vermeld dat deze wijzigingen slechts dienen ter verduidelijking en vooral het oog hebben op de situatie dat bij de verdeling van de huwelijksgoe-derengemeenschap meer dan 50% van de aanmerkelijk belangaandelen wordt toebedeeld aan de nalatenschap. De leden van de ChristenUnie-fractie menen echter dat met de voorgestelde wijziging van artikel 4.17 tevens de laatste mogelijkheid wordt weggenomen om bij overlijden van de eerste echtgenoot de aanmerkelijk belangaandelen bij de verdeling van de huwelijksgoederengemeenschap allemaal toe te delen aan de langstlevende echtgenoot met de volledige doorschuiving van artikel 4.17, derhalve ook ten aanzien van eventueel beleggingsvermogen in de vennootschap. Dit zou betekenen dat bij vererving van aandelen in een vennootschap met (deels) beleggingsvermogen onder alle omstandig-heden in zoverre afrekening van de aanmerkelijk belangclaim plaatsvindt, ook indien de aandelen allemaal aan de langstlevende echtgenoot worden toegedeeld. Hoewel schijnbaar de meningen hierover niet eensluidend zijn, is volgens deze leden verdedigbaar dat onder de huidige wettekst bij toedeling van de aanmerkelijk belangaandelen bij de verdeling van de huwelijksgoeder-engemeenschap aan de langstlevende nog een volledige doorschuiving van de claim op dergelijke aandelen mogelijk is. Maar ook als aangenomen zou moeten worden dat dit niet juist is en dat reeds met de wetswijzigingen van 1 januari 2010 beoogd is om ook bij toedeling aan de langstlevende echtgenoot doorschuiving slechts toe te staan voor zover sprake is van ondernemingsvermogen, menen de leden van de ChristenUnie-fractie dat dit heroverwogen zou moeten worden. Het past naar hun mening bij het geldende erfrecht om in de veel voorkomende situatie van een langstlevende echtgenoot die alle goede-ren krijgt toebedeeld, de mogelijkheid open te houden om de aanmerkelijk belangclaim op dat moment volledig door te schuiven, ook voor zover sprake is van beleggingsvermogen. Dit ligt naar de mening van deze leden pas anders, indien de aandelen (ook) aan kinderen worden toebedeeld en bij overlijden van de langstlevende echtgenoot. De leden van de ChristenUnie-fractie vernemen graag van de regering welke bezwaren er zijn tegen het zodanig vormgeven van de doorschuifre-geling dat bij vererving of toedeling van alle aanmerkelijk belangaandelen aan een langstlevende echtgenoot, volledige doorschuiving mogelijk is, derhalve zonder de beperking van de doorschuiving tot alleen onderne-mingsvermogen. Deze leden tekenen daarbij aan dat vooral bij vennoot-schappen met beleggingsonroerend goed een tussentijdse afrekening van de aanmerkelijk belangclaim op grote praktische bezwaren kan stuiten vanwege het wellicht gedwongen te gelde moeten maken van het vermogen. Juist een langstlevende echtgenoot zou dit niet moeten worden aangedaan, aldus de leden van de ChristenUnie-fractie.

Arie Slob