Vereniging Nederlandse Gemeenten

Rijksbegroting slecht voorteken voor gemeenten

21.09.2010

De rijksbegroting die vandaag wordt gepresenteerd is een slecht voorteken voor gemeenten. Het demissionaire kabinet stapelt korting op korting richting de gemeenten. Op de terreinen werk, zorg en inburgering worden gemeenten zwaar gekort. Het werk van gemeenten op deze gebieden komt hierdoor onvermijdelijk onder druk te staan. De inwoners zijn daarvan de dupe.

Versoberingen in de AWBZ en andere kortingen in de zorg zullen zorgen voor een groter beroep op de bijzondere bijstand en op welzijnsvoorzieningen, kortingen op re-integratie maken het voor gemeenten onmogelijk om mensen uit de bijstand naar werk te begeleiden of ze van werk naar werk te helpen, en de voor participatie noodzakelijke inburgeringscursussen komen onder druk te staan. De problemen worden nog eens vergroot doordat gemeenten miljoenen te weinig ontvangen voor het betalen van alle uitkeringen.

Financiële situatie gemeenten onder druk
Het rijk confronteert de gemeenten in de miljoenennota met ongefundeerde kortingen. Deze financiële tegenvallers komen bovenop de aanzienlijke bezuinigingen waar gemeenten zelf al voor staan. Door wettelijke taken door te schuiven zonder het benodigde geld, ontneemt het rijk gemeenten de ruimte om zelf te bepalen hoe zij bezuinigen. De VNG vreest dat dit de voorboden zijn voor het afschuiven van nog veel meer tekorten van het rijk op de gemeenten die daardoor minder kunnen doen voor de eigen inwoners. Dit gaat ten koste van de burger.

VNG bezorgd
Het gemeentefonds blijft in 2011 op het in 2009 afgesproken niveau. Gemeenten krijgen echter minder vergoeding voor de uitvoering van landelijke regelingen. Bovendien hebben gemeenten zelf ook te maken met teruglopende eigen inkomsten en hogere uitgaven. Hierdoor moeten op lokaal niveau keuzes worden gemaakt die ingrijpende consequenties hebben voor de inwoners. De VNG is bezorgd over mogelijke maatregelen die nog komen. Daarom wil de VNG met het nieuwe kabinet graag het gesprek aan over het financiële perspectief na 2011.