Rijksoverheid


Datum 23 september 2010
Betreft Verslag informele Energieraad 6/7 september 2010

Hierbij bied ik u het verslag aan van de informele Energieraad die op 6 en 7 september jl. bijeenkwam in Brussel. Tijdens deze informele Raad werd van gedachten gewisseld over het consumentvriendelijker maken van energiebeleid, de interne energiemarkt, energie!infrastructuur en energie! efficiëntie. Voorts gaf commissaris Oettinger informatie over zijn gesprekken met lidstaten en bedrijven over de veiligheid van olieplatforms. Een uitgebreid verslag van deze informele Raad vindt u in de bijlage bij deze brief. De eerstvolgende formele VTE!Raad (Energie) vindt plaats op 2 december 2010. Voorts zal het onderwerp energie centraal staan tijdens de Europese Raad van 4 februari 2011.

(w.g.) Maria J.A. van der Hoeven

Minister van Economische Zaken

BIJLAGE: VERSLAG INFORMELE ENERGIERAAD 6/7 SEPTEMBER 2010

Op 6/7 september vond in Brussel een informele Energieraad plaats onder de titel 'Fuelling a Secure, Low!Carbon and Affordable Energy Future for Europe'. Vanwege het informele karakter van deze Raad vond een vrije gedachtewisseling plaats zonder besluitvorming. In twee sessies werd van gedachten gewisseld over het consumentvriendelijker maken van energiebeleid en energie!infrastructuur. Daarnaast werd kort gesproken over de interne energiemarkt en energie! efficiëntie en gaf commissaris Oettinger (Energie) informatie over zijn gesprekken met lidstaten en bedrijven over de veiligheid van olieplatforms. Naast EU!lidstaten en de Europese Commissie waren Zwitserland, Noorwegen en Turkije aanwezig en werden op de diverse onderwerpen presentaties verzorgd door het Europees Parlement, de Europese Investeringsbank (EIB), het Europese Netwerk van Transmission System Operators (ENTSO!E en ENTSO!G), het Europees Bureau van Consumentenverenigingen (BEUC) en het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC).
Het consumentvriendelijker maken van energiebeleid Op 6 september werd informeel van gedachten gewisseld over consumentgerelateerde aspecten van het Europese energiebeleid. In hun interventies benadrukten veel lidstaten het belang van liberalisering van de energiemarkt voor de consument. In dit kader werden lidstaten door de Commissie opgeroepen voortgang te maken met de implementatie van het derde pakket energierichtlijnen. Diverse lidstaten waaronder Nederland gaven aan dat liberalisering van de interne energiemarkt alleen onvoldoende is. Door consumenten goed te betrekken en te informeren kunnen zij optimaal gebruik maken van de voordelen van de geliberaliseerde energiemarkt. Dit geldt evenzeer voor het gebruik van nieuwe technologieën. Slimme meters kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan het verlagen van energierekeningen, maar goede voorlichting van consumenten is hierbij essentieel. Nederland wees in dit kader tevens op het belang van privacybescherming en adequate veiligheidseisen. Voorts stelde een aantal lidstaten dat het overstappen naar andere energiebedrijven in sommige lidstaten nog onvoldoende eenvoudig is en een betere voorlichting nodig is.
Om consumenten beter te betrekken bij besluitvorming over energieonderwerpen werd door veel lidstaten gewezen op de rol die het London Citizens Forum hierbij kan spelen. In dit Forum kunnen lidstaten en belanghebbenden van gedachten wisselen over best practices, aandachtspunten voor beleid en gewenst onderzoek naar de werking van de consumentenmarkt. Door een aantal lidstaten werd hierbij benadrukt dat consumentenorganisaties actiever bij het London Citizens Forum betrokken zouden moeten worden.
Sommige lidstaten drongen aan op een gemeenschappelijke definitie van kwetsbare consumenten. Diverse lidstaten, waaronder Nederland, gaven aan voldoende ruimte te willen houden om het beleid ten aanzien van energiearmoede nationaal in te vullen. Het belang van uitwisseling van best practices werd in dit kader door veel lidstaten benadrukt. Daarnaast riep een aantal lidstaten op actuele, vergelijkbare statistieken over energie binnen de EU te verzamelen en inzichtelijk te maken.
De Commissie gaf aan op basis van de discussie een notitie over consumentvriendelijker energiebeleid te zullen opstellen ten behoeve van een gedachtewisseling tijdens de VTE!Raad (Energie) van 2 december. Het Voorzitterschap verzocht hierbij om in de notitie onder andere een overzicht van relevant EU!energiebeleid, best en worst practices en concrete maatregelen om de toegang tot betaalbare energie te verzekeren op te nemen. Energie1Infrastructuur
Op 7 september stond de totstandkoming en financiering van een modern en geïntegreerd energienetwerk centraal. Veel lidstaten waaronder Nederland benadrukten het belang van een goed Europees energienetwerk voor het functioneren van de energiemarkt, het behalen van de Europa 2020!doelen, energievoorzieningszekerheid en diversificatie van energiebronnen en -routes. De energiemarkt is op dit moment echter nog onvoldoende geïntegreerd, door onvoldoende marktwerking en reguleringsbelemmeringen in sommige landen en te weinig interconnectoren in vooral Centraal en Oost!Europa. Veel lidstaten gaven aan dat de aanleg van grensoverschrijdende energie! infrastructuur vaak wordt belemmerd door de langdurige vergunningsprocedures. Niet alleen nationale wetgeving kan hierbij belemmerend werken, maar ook Europese wetgeving. Diverse lidstaten suggereerden dat infrastructuurprojecten met een Europees belang prioriteit zouden moeten krijgen waarbij procedures verkort kunnen worden.
Een aantal lidstaten benadrukte het belang van het beschikbaar stellen van Europese fondsen om het Europese energienetwerk te versterken, terwijl andere lidstaten aangaven terughoudend te staan tegenover directe financiering vanuit EU!fondsen. Veel lidstaten waaronder Nederland benadrukten dat investeringen in de eerste plaats moeten worden gerealiseerd door (gereguleerde) marktpartijen. Alleen indien investeringen niet door de markt kunnen worden gerealiseerd, kan onder voorwaarden financiële ondersteuning door de EU geboden worden voor projecten met een Europees belang, waarbij deze fondsen als hefboom fungeren om private investeringen te stimuleren. Verschillende lidstaten gaven hierbij aan dat hiertoe projecten geselecteerd dienen te worden op basis van een overkoepelende visie op de Europese energie!infrastructuur, zoals het ENTSO netwerkontwikkelingsplan. Gezien de benodigde investeringen stelde het Belgische voorzitterschap voor een rondetafel te organiseren met de energie!industrie. Commissaris Oettinger benadrukte tot slot het belang van een gemeenschappelijk buitenlandbeleid op het terrein van energie om ondermeer de energieafsluiting van individuele lidstaten te voorkomen. In dit kader werd aangegeven dat de Commissie werkt aan een notitie over gasleveranties.

Veiligheid olieplatforms
Commissaris Oettinger gaf een kort overzicht van zijn gesprekken met lidstaten en bedrijven over de veiligheid van olieplatforms. De veiligheid lijkt door nationale veiligheidseisen en toezicht door lidstaten voldoende te zijn gewaarborgd. Bovendien verschilt de situatie in Europa met die van de Golf van Mexico (minder diep en minder druk).
Tegelijkertijd zullen Europese bedrijven zich door de grote vraag naar olie genoodzaakt zien uitdagende olieboringen uit te voeren en bestaat de kans dat bedrijven bij grote calamiteiten eventuele schadeclaims financieel niet kunnen dragen. Voorts gelden binnen de EU verschillende veiligheidsstandaarden. De Commissie gaf aan een Mededeling over dit onderwerp te zullen presenteren met een analyse en voorstellen over voorzorgsmaatregelen, waarbij normen worden gesteld aan Europese bedrijven en niet!Europese bedrijven actief binnen de Europese Unie. Het onderwerp zal aan de hand van deze mededeling in de VTE!Raad (Energie) van 2 december worden besproken. Interne energiemarkt
Tijdens het diner op 6 september zette voormalig commissaris Mededinging en Interne Markt Mario Monti zijn aanbevelingen over de interne energiemarkt uiteen. Deze aanbevelingen maken onderdeel uit van zijn rapport over de interne markt dat in mei jl. werd gepresenteerd. In dit rapport pleit de heer Monti voor diverse maatregelen teneinde de Europese energievoorzieningszekerheid te vergroten, de consument de voordelen van concurrentie op de energiemarkt volledig te kunnen laten benutten, de Europese voorsprong op het terrein van milieuvriendelijke en koolstofarme producten, diensten en technologieën te behouden, en gerichte EU!financiering van energie!infrastructuur te versterken. Energie1efficiëntie
Tijdens een lunchsessie werd informeel van gedachten gewisseld over energie! efficiëntie. In het voorjaar van 2011 zal de Commissie naar verwachting een nieuw energie efficiëntie actieplan presenteren, waarin zij nieuwe instrumenten voor het bereiken van de 20% besparingdoelstelling zal voorstellen. Veel lidstaten benadrukten het belang van kostenefficiënte maatregelen voor energiebesparing om het gebruik van schaarse energiebronnen te verminderen, CO2!reductie te realiseren, de afhankelijkheid van energiebronnen te verkleinen en energiearmoede te verminderen. De Commissie benadrukte dat aanvullende maatregelen, op Europees, nationaal en lokaal niveau noodzakelijk zijn om de Europese doelstelling van 20% energiebesparing in 2020 te bereiken. Hierbij werden diverse maatregelen voorgesteld, zoals het integreren van energie! efficiëntie in alle relevante beleidsterreinen, specifieke aandacht voor de belangrijkste energieverbruikende sectoren (gebouwen, transport en industrie), stimulering van technologische ontwikkeling en innovatie op het terrein van energie!efficiëntie en het verbinden van de nationale energiebesparingsdoelen aan een ranglijst met indicatoren.