Rijksoverheid
Verslag Raad Buitenlandse Zaken
Ons kenmerk
BEB/HPG / 10137487
Graag bied ik u hierbij het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 10
september 2010.
(w.g.) Maria J.A. van der Hoeven
Minister van Economische Zaken
Pagina 2 van 4
Directoraat
generaal voor
Buitenlandse Economische
Betrekkingen
Directie Handelspolitiek en
Globalisering
Ons kenmerk
BEB/HPG / 10137487
BIJLAGE
Vrijhandelsakkoord Zuid Korea
De Raad sprak zeer uitgebreid over het vrijhandelsakkoord van de EU met Zuid!
Korea, aangezien nog niet alle lidstaten in staat waren gebleken in te kunnen
stemmen met het tekenen van het vrijhandelsakkoord. In de discussie werden
compromissen gevonden voor verschillende specifieke zorgpunten, maar
uiteindelijk werd overeenstemming pas op 16 september bereikt in een ingelaste
Raad Buitenlandse Zaken. Afgesproken is dat ondertekening plaats zal vinden op
6 oktober a.s. en dat het akkoord voorlopig zal worden toegepast per 1 juli 2011.
Het voorzitterschap ging uitgebreid in op zorgpunten die ter tafel waren gekomen
en stelde voor deze te adresseren in Raadsconclusies. Zo is met Zuid!Korea
afgesproken dat eventuele additionele toezeggingen aan de VS ook aan de EU
zullen worden toegekend. Ook is het mogelijk om vrijwaring specifiek van
toepassing te laten zijn op een enkele tarieflijn, waaronder die voor kleine auto's.
De directe coördinatie tussen de toepassing van het vrijhandelsakkoord en
instemming van het Europees Parlement met de bilaterale vrijwaringsverordening
kon worden bevestigd, uiteraard zolang dit past binnen de regels van het Verdrag
van Lissabon. EU!commissaris voor handel De Gucht bevestigde genoemde
punten en ging ook in op de voorgenomen CO2!regelgeving van Zuid!Korea. Juist
omdat deze regelgeving nog niet was vastgesteld, was het van belang om dit
vrijhandelsakkoord te tekenen en daarmee Zuid!Korea te binden aan het
toegezegde non!discriminatoire karakter van deze regelgeving.
Onder de lidstaten was er brede steun voor de compromisvoorstellen van
voorzitterschap en Commissie. Ook was er brede weerstand tegen het voorstel
van een enkele lidstaat om voorlopige toepassing met een jaar uit te stellen.
Verschillende lidstaten, waaronder Nederland, onderstreepten het belang van het
akkoord voor de Europese economie. Het is een remedie voor de economische
crisis en mag niet gegijzeld worden door angst en defensieve belangen van één
sector, namelijk de automobielsector.
De door het voorzitterschap opgestelde Raadsconclusies accommodeerden de
genoemde zorgpunten, maar strandden op weerstand van een enkele lidstaat,
omdat er niet in uitstel van voorlopige toepassing werd voorzien. Het
voorzitterschap besloot dat er in deze Raad Buitenlandse Zaken geen
overeenstemming gevonden kon worden en schoof de discussie door om de
Commissie en de betrokken lidstaat tijd te geven aan een oplossing te werken. Op
16 september werd alsnog overeenstemming bereikt in een ingelaste Raad
Buitenlandse Zaken die plaatsvond voorafgaand aan de Europese Raad. Er is
besloten dat het akkoord voorlopig - hangende nationale ratificatie door alle
lidstaten ! zal worden toegepast per 1 juli 2011.
Pagina 3 van 4
Directoraat
generaal voor
Buitenlandse Economische
Betrekkingen
Directie Handelspolitiek en
Globalisering
Ons kenmerk
BEB/HPG / 10137487
Economic Partnership Agreements (EPA's)
De Raad discussieerde over de stand van zaken in de EPA!onderhandelingen.
Sinds 2007 is er nauwelijks voortgang geboekt in de onderhandelingen. Dit heeft
geleid tot een situatie waarbij verschillende handelsregimes naast elkaar bestaan
voor de 77 ACS!landen (Afrika, Caribisch Gebied, Stille Oceaan). Een aantal
landen maakt gebruik van preferenties die zijn gebaseerd op een verordening van
de EU die is bedoeld als overgangsregeling. Het gebrek aan vooruitgang in de
onderhandelingen roept vragen op over de internationaalrechtelijke houdbaarheid
van deze regeling. EU!commissaris voor handel De Gucht heeft daarom, samen
met zijn collega Piebalgs !EU!commissaris van ontwikkelingssamenwerking!, de
lidstaten verzocht zich te bezinnen op de weg voorwaarts.
EU!commissaris voor handel De Gucht gaf aan een nieuwe tijdlijn vast te willen
stellen voor het afsluiten en tekenen van de akkoorden. De Commissie is bereid
een serie nieuwe voorstellen aan de ACS!landen te doen, maar dat heeft naar
inschatting van de Commissie alleen zin indien deze zijn gekoppeld aan een
duidelijk tijdpad en streefdatum. Daarnaast gaf EU!commissaris voor handel De
Gucht aan mogelijkerwijs de markttoegangsverordening aan te willen passen. Dit
zou enerzijds tot doel hebben de overgangsregeling weer in lijn te brengen met
WTO!vereisten, om de geloofwaardigheid van de EU als een 'rules based' entiteit
niet te ondergraven, en anderzijds zou het bijdragen aan het inbouwen van
prikkels in de onderhandelingen.
Verschillende lidstaten, waaronder Nederland, onderschreven de situatieanalyse
van de EU!commissaris voor handel. Nederland heeft de Commissie verzocht er
alles aan te doen om de onderhandelingen op een constructieve manier tot een
goed einde te brengen. Ook andere lidstaten zagen meerwaarde in het stellen van
een streefdatum, mits een redelijke termijn wordt gekozen en de EU zich inspant
om zich zo constructief mogelijk op te stellen vis!à!vis de ACS!landen. Enkele
lidstaten onderschreven weliswaar de situatieschets, maar wilden in de
voorgestelde aanpak, en binnen de kaders van de WTO, meer ruimte voor
flexibiliteit en pragmatisme. Een enkele lidstaat pleitte ervoor de ACS!landen die
geen EPA willen tekenen terug te laten vallen op het Algemeen Preferentieel
Stelsel (APS).
De EU!commissaris voor handel besloot de discussie met de mededeling dat het
niet de bedoeling is een streefdatum te stellen voorafgaand de EU Afrika Top van
eind november a.s., om te voorkomen dat deze teveel in het teken van de EPA's
komt te staan.
Investeringen
De lidstaten spraken over het EU!investeringsbeleid en gingen daarbij in op de
Mededeling, met daarin de hoofdlijnen voor het toekomstig beleid. Ook spraken zij
over de Verordening, met daarin de voorstellen van de Commissie voor een
Pagina 4 van 4
Directoraat
generaal voor
Buitenlandse Economische
Betrekkingen
Directie Handelspolitiek en
Globalisering
Ons kenmerk
transitieregime met betrekking tot de bestaande investeringsbeschermings! BEB/HPG / 10137487
overeenkomsten (IBO's) van lidstaten.
Er was brede instemming in de Raad met de hoofdlijnen voor het toekomstige
investeringsbeleid, zoals uiteengezet in de Mededeling. De lidstaten verzochten de
EU!commissaris voor handel echter de Verordening met het transitieregime nog
eens kritisch te bezien. Zij benadrukten dat het 'autorisatiesysteem' zoals nu
voorgesteld, niet de beloofde rechtszekerheid voor investeerders zou opleveren.
Nederland vroeg de EU!commissaris voor handel te kiezen voor een
vervangingssysteem ! waarin bestaande bilaterale IBO's blijven bestaan zolang er
geen EU!vervanging is ! in plaats van het autorisatiesysteem, en pleitte voor een
stevige focus op het toekomstige beleid, in plaats van een moeizame discussie
over reeds bestaande verordeningen. Verschillende lidstaten intervenieerden langs
dezelfde lijnen. Enkele lidstaten gaven de EU!commissaris voor handel daarbij
uitdrukkelijk hun vertrouwen door te stellen dat de nieuw te onderhandelen EU!
IBO's ongetwijfeld beter zouden zijn dan de huidige IBO's. De EU heeft immers
meer massa en ook de opname van investeringsafspraken in een
vrijhandelsakkoord levert voordelen op.
AOB: Pakistan
De Raad werd kort geïnformeerd over de mogelijkheden om Pakistan te
ondersteunen bij structureel herstel door middel van handelspreferenties. Aan de
verschillende opties - toelating tot APS+, unilaterale preferenties in combinatie
met een WTO!waiver, en gerichte tariefverlagingen op MFN!basis - kleven voor!
en nadelen. Verdere discussie werd doorverwezen naar het Gymnich overleg van
de Ministers van Buitenlandse Zaken en de Europese Raad (11 en 16
september). De Europese Raad van 16 september nam inmiddels een verklaring
over Pakistan aan en bevestigde daarin de bereidheid van de EU om de
handelsvoorwaarden voor Pakistan te verbeteren door een in de tijd beperkte
reductie van importtarieven voor een aantal voor Pakistan belangrijke producten,
in overeenstemming met de daarvoor geldende WTO!regels, en door het
voornemen om Pakistan per 2014 in aanmerking te laten komen voor het
zogenaamde APS+ stelsel, mits het land aan de daarvoor gestelde voorwaarden
voldoet. Naar aanleiding van de vraag in het AO van 8 september jl. merk ik voor
de volledigheid op dat op dit moment geen speciale donorconferentie voor
Pakistan is voorzien. Wel zullen op 14 en 15 oktober in Brussel de donoren die lid
zijn van de Friends of Democratic Pakistan wederom bijeen komen en organiseert
de Pakistaanse overheid medio november in Islamabad een bijeenkomst van het
Pakistan Development Forum.
---- --